De Zweedse band The Knife doet het momenteel even wat rustiger aan, wat zangeres Karin Dreijer Andersson de mogelijkheid heeft geboden om solo haar kunsten te vertonen. Inmiddels ligt de onder de naam Fever Ray uitgebrachte soloplaat van Karin Dreijer Andersson in de winkel en direct bij eerste beluistering blijkt dat het veel meer is dan een tussendoortje in afwachting van een nieuwe plaat van The Knife. De muziek van Fever Ray heeft dankzij het veelvuldig gebruik van elektronica, tegendraadse ritmes en natuurlijk de uit duizenden herkenbare stem van Karin Dreijer Andersson absoluut raakvlakken met die van The Knife, maar klinkt tegelijkertijd toch ook heel anders. Het debuut van Fever Ray is een bezwerende plaat met een aardedonkere en bijna angstaanjagende sfeer. Op een ondergrond van ijle elektronische klanken tovert Fever Ray de ene na de andere prachtsong voorbij. Deze zijn soms voorzien van onheilspellende ritmes, vervreemdende klanken en Oosterse mystiek, maar soms heeft Fever Ray ook genoeg aan een langzaam tikkende ritmebox en een handjevol simpele akkoorden. De stem van Karin Dreijer Andersson is minstens net zo veelzijdig als de instrumentatie. Het ene moment fluistert ze bijna lieflijk in je oor, om je het volgende moment bits toe te spreken met bijtende en flink vervormde vocalen. Waar de muziek van The Knife me tot dusver geen hele plaat kon boeien, dringt de muziek van Fever Ray zich genadeloos op en hoor je steeds weer nieuwe dingen in de prachtige en bezwerende klanken. Het debuut van Fever Ray houdt je ruim drie kwartier gevangen in een nachtmerrie. Een onheilspellende muzikale droom die schrik aanjaagt, maar wakker worden wil je dankzij de donkere schoonheid absoluut niet. Een bijzonder fascinerende plaat die tot dusver alleen maar mooier en indrukwekkender wordt. Erwin Zijleman