Toen Marc Almond in oktober 2004 bijna het leven liet na een ernstig motorongeluk, lagen zijn grote successen al vele jaren achter hem. Almond brak aan het begin van de jaren 80 door als zanger van Soft Cell en imponeerde na de breuk met Dave Ball met een serie hele goede soloplaten, waarvan The Stars We Are uit 1988 moet worden gezien als het commerciële en artistieke hoogtepunt. Gedurende de jaren 90 werden de platen van Marc Almond steeds minder interessant. Een overdosis live-platen liet horen dat Almond niet meer zo goed was als in zijn hoogtijdagen en de flirts met Franse en Russische muziek wisten maar gedeeltelijk te overtuigen. Na twee jaar revalideren keerde Almond in 2007 terug met Stardom Road; zijn zoveelste plaat met louter covers, maar wat mij betreft wel zijn beste plaat in vele, vele jaren. Ook op het vorig jaar verschenen Orpheus in Exile: Songs Of Vadim Kozin verkeerde Marc Almond weer in goede vorm, al lag de plaat wat mij betreft net wat te zwaar op de maag. Varieté is een stuk lichter verteerbaar en roept bij mij herinneringen op aan Marc Almond’s hoogtijdagen. Op Varieté vertolkt Marc Almond eindelijk weer eens eigen werk en laat hij horen dat hij zich nog altijd niet hoeft te schamen voor zijn songwriter skills, al heeft hij inmiddels meerdere malen aangegeven daar zelf anders over te denken. Varieté is een typische Marc Almond plaat. De tracks zijn vaak wat melancholisch en theatraal, vallen op door de fraaie muzikale inkleuring en worden gedragen door de uit duizenden herkenbare en nog altijd bijzonder overtuigende vocalen van Marc Almond. Varieté laat zich beluisteren als een Marc Almond verzamelaar met uitsluitend nieuw werk. De Russische invloeden van zijn laatste platen duiken meer dan eens op, maar Almond keert op Varieté ook terug naar de dagen van Mother Fist And Her Five Daughters, The Stars We Are, Jacques en Tenement Symphony. Waar Almond in de jaren voor zijn motorongeluk uitgeblust en ongeïnspireerd klonk, brandt het oude vuur op Varieté weer in alle hevigheid. Almond’s nieuwe plaat kan zich wat mij betreft meten met zijn beste platen en komt bovendien heel dicht in de buurt bij de meesterwerken die soortgenoot Gavin Friday lang geleden afleverde. Marc Almond zal waarschijnlijk voor velen een icoon uit de jaren 80 blijven, maar iedereen die de tijd neemt voor het uitstekende Varieté zal moeten concluderen dat Marc Almond ruim 20 jaar later zijn oude vorm akelig dicht benadert of zelfs overtreft. Varieté kan wat mij betreft de boeken in als één van de meest verrassende comebacks van 2010. Erwin Zijleman