The Coral. Ik was ze eerlijk gezegd al weer bijna vergeten. De band uit het Britse Hoylake debuteerde acht jaar geleden op buitengewoon imponerende wijze met een plaat vol verbijsterend goede psychedelische rockmuziek. Het titelloze debuut van The Coral klonk door de veelheid aan stijlen en invloeden als een omgevallen platenkast, maar wat was het een knappe en aangename plaat. The Coral werd wereldwijd de hemel in geprezen en een grote toekomst leek zeker. Desondanks heeft The Coral het sindsdien niet makkelijk gehad. Aan de platen die de band sinds het debuut heeft uitgebracht ligt het zeker niet. Magic And Medicine uit 2003 bouwde nadrukkelijk voort op het debuut, maar deed hier absoluut niet voor onder, Nightfreak And The Sons Of Becker uit 2004 klonk een stuk moderner dan zijn twee voorgangers maar bleek wederom een psychedelisch hoogstandje, The Invisible Invasion uit 2005 klonk een stuk minder uitbundig maar is objectief gezien misschien wel de beste plaat van de band, terwijl het weer wat verder terug in de tijd reizende Roots & Echoes uit 2007 nadrukkelijk herinnerde aan de eerste twee platen van de band. Het zijn stuk voor stuk prachtplaten, maar zo bejubeld of omarmd als het debuut werden ze geen van allen. De afgelopen jaren leek het doek te zijn gevallen voor The Coral, maar met Butterfly House zijn de Britten gelukkig weer helemaal terug. Het prachtige, psychedelisch aandoende artwork van Butterfly House suggereert al dat The Coral haar psychedelische wortels niet is vergeten en dat blijkt inderdaad het geval. Net als op haar eerste twee platen grijpt The Coral ook op Butterfly House weer nadrukkelijk terug op de psychedelische popmuziek uit de jaren 60. Invloeden van met name Love en The Byrds zijn nadrukkelijk aanwezig op de zesde plaat van The Coral, maar zoals altijd eren de Britten hun muzikale helden op eigenzinnige wijze. De pauze die de band, mede door het vertrek van gitarist Bill Ryder-Jones, heeft moeten nemen, heeft een positieve uitwerking gehad op de band. Waar The Coral op Roots & Echoes toch enigszins ongeïnspireerd en plichtmatig klonk, spat het plezier en de inspiratie van The Butterfly House af. Ook de keuze voor een producer van naam en faam, want zo mag je John Leckie (die eerder werkte met onder andere The Stone Roses, Radiohead, Muse, Simple Minds en Kula Shaker) toch wel noemen, heeft de band goed gedaan. Leckie heeft The Butterfly House voorzien van een uitgebalanceerd klinkend geluid waarin de muziek van The Coral uitstekend gedijt en waarin zowel de eclectische als de wat meer ingetogen passages goed tot hun recht komen. In beide uitersten overtuigt de band met prima songs die vol vuur worden vertolkt. Het enige verwijt dat je The Coral kunt maken is dat ook The Butterfly House weer klinkt als een plaat van The Coral. Hierdoor heeft ook de zesde plaat van de band weer niet de impact die het debuut acht jaar geleden had, al is The Butterfly House als je alles bij elkaar optelt waarschijnlijk een betere plaat. Ik ben dan ook zeer tevreden met deze wederopstanding van een band die absoluut behoort tot de leukere bands van het afgelopen en het huidige decennium en een plaat die wel eens mee kan gaan doen in de jaarlijstjes. Erwin Zijleman