Cate Le Bon (geen familie van Duran Duran zanger Simon Le Bon) is een jonge singer-songwriter uit Wales, die een paar jaar geleden een opvallend debuut (Me Oh My uit 2009) afleverde, maar pas echt indruk maakt met haar tweede plaat, het onlangs verschenen Cyrk. De muziek van Cate Le Bon is zeker niet alledaags. Haar mix van oude folk, psychedelica, lo-fi, psych-folk en Krautrock klinkt als Nico geproduceerd door Syd Barrett, als PJ Harvey die met een tijdmachine is afgereisd naar de hoogtijdagen van de Krautrock of als Sandy Denny die verstrikt is geraakt in het web van Devendra Banhart. Cyrk staat vol met gruizige en vaak wat rammelende popliedjes met inventieve gitaarlijnen, een drammerig orgeltje, spaarzame maar trefzekere accenten van andere instrumenten en de bijna pastoraal aandoende vocalen van de singer-songwriter uit Wales. Het is muziek die met een beetje fantasie uit de jaren 60 had kunnen stammen, al kan alle eigenzinnigheid die er in is te horen alleen maar uit het heden komen. Bij oppervlakkige beluistering blijft de muziek van Cate Le Bon op Cyrk niet echt hangen, maar wanneer je de tijd neemt voor deze plaat openbaart zich een prachtig dromerig geluid dat een bijna hypnotiserende uitwerking heeft. De stem van Cate Le Bon heeft wel iets van die van Nico, maar is wel een stuk toegankelijker en aangenamer en wint bovendien aan kracht wanneer je eenmaal gewend bent aan de op het eerste gehoor lastig te doorgronden muziek. Cyrk doet me af en toe wel wat denken aan de meest eigenzinnige platen van het ook uit Wales afkomstige Super Furry Animals, maar gaat hiernaast net zo makkelijk terug naar de Britse folk uit de jaren 70, de eerste platen van The Velvet Underground of de Berlijnse trilogie van David Bowie. Beluister het ruime half uur muziek van Cate Le Bon bij voorkeur meerdere keren achter elkaar. Dan immers merk je dat de avontuurlijke popliedjes één voor één opstaan en de impact krijgen die bij eerste beluistering is uitgebleven. Een groot publiek zal Cate Le Bon met Cyrk niet weten te bereiken, maar voor de fijnproever die niet vies is van wat experimenteerdrift is dit echt een plaatje om in te lijsten. Erwin Zijleman