Carlotta Cosials, Ana García Perrote, Ade Martín en Amber Grimbergen komen uit Madrid en vormen samen Hinds.
Het debuut van het viertal luistert naar de titel Leave Me Alone, maar dat is het laatste dat je wilt doen met deze plaat. Leave Me Alone is immers een plaat die je wilt omarmen en koesteren.
Hinds maakt op haar debuut muziek die bestaat uit gelijke delen 60s garagerock en 60s (Phil Spector) garagepop en die vervolgens is voorzien van een dun laagje lo-fi.
Kom bij Hinds niet om virtuoos gitaarwerk of gouden keeltjes. Het gitaarwerk is rauw en rammelt aan alle kanten, maar meer dan eens komt een vrijwel onweerstaanbaar gitaarloopje of een betoverende gitaarriff voorbij, die zo lijken weggelopen uit de jaren 60.
Ook in vocaal opzicht maakt Hinds geen diepe indruk. De vocalen rammelen net zoals de rest van de muziek en klinken vaak nonchalant, maar ze zijn wel raak, met een incidenteel en opvallend trefzeker koortje als kers op de taart. Wat voor de gitaren en de zang geldt, geldt ook voor de ritmesectie, waardoor de muziek van Hinds in ieder geval consistent rammelt.
Op basis van het bovenstaande zal duidelijk zijn dat Leave Me Alone niet bij iedereen in goede aarde zal vallen, maar voor liefhebbers van onweerstaanbare popliedjes met een rafelrandje is Leave Me Alone absoluut niet te weerstaan.
Hinds neemt je op haar debuut mee terug naar de jaren 60, maar de songs van het viertal zijn zo fris als een bos na een flinke regenbui en zo urgent als wat. Hinds wekt misschien de indruk dat het zomaar wat charmante popliedjes uit de mouw schudt, maar wat zijn ze allemaal goed en wat komen ze allemaal heerlijk binnen.
Heel even moet je misschien wennen aan de rammelende instrumentatie of aan de wat nonchalante zang, maar vervolgens hebben de vier meiden uit Madrid je heel snel te pakken, of je dat nu wilt of niet.
Leave Me Alone is een plaat zonder opsmuk of poespas. Hinds maakt goudeerlijke popmuziek met een lekker rauw randje. Dat is lang niet altijd een garantie voor succes, maar op het debuut van Hinds valt alles op zijn plek. Wat een heerlijke plaat! Erwin Zijleman