29 oktober 2012
Joni Mitchell - The Studio Albums 1968-1979
De feestdagen komen er weer aan en dus vliegen de fraai uitgevoerde en over het algemeen stevig geprijsde box-sets met reissues ons binnenkort weer om de oren. Het boxje dat Joni Mitchell deze week uit brengt is een wat vreemde eend in de bijt. Het eenvoudig uitgevoerde doosje bevat 10 cd’s in een al even eenvoudig kartonnetje. Geen luxe verpakkingen, boekwerken of gadgets en zelfs geen cd’s of DVD’s met bonusmateriaal. De prijs is er gelukkig naar. Het boxje kost maar iets meer dan vier tientjes en hiervoor krijg je maar liefst tien platen van wereldklasse. The Studio Albums 1968-1979 bevat de eerste tien studioplaten van Joni Mitchell; de vrouw die voor een belangrijk deel verantwoordelijk was voor het op de kaart zetten van de vrouwelijke singer-songwriter. Song To A Seagull (1968), Clouds (1969), Ladies Of The Canyon (1970), Blue (1971), For The Roses (1972), Court And Spark (1974), The Hissing Of Summer Lawns (1975), Hejira (1976), Don Juan's Reckless Daughter (1977) en Mingus (1979) zijn allemaal bovengemiddeld goede platen die je minstens één keer gehoord moet hebben, maar uiteindelijk is er natuurlijk wel een verschil tussen bovengemiddeld goede platen en echte klassiekers. Joni Mitchell’s debuut Song To A Seagull uit 1968 valt in de eerste categorie. Het is de eerste kennismaking met de uit duizenden herkenbare muziek van Joni Mitchell, die op haar door David Crosby geproduceerde debuut nog vooral put uit de archieven van de Laurel Canyon folk uit de late jaren 60. Het is nog altijd een plaat waar de klasse van af druipt, maar hij is niet zo goed als het in 1969 uitgebrachte Clouds. Op Clouds maakt Joni Mitchell een enorme sprong voorwaarts in zowel vocaal als muzikaal opzicht en schrijft ze songs die na één keer horen memorabel zijn. Het is een klassieke singer-songwriter plaat die na al die jaren niets van zijn glans heeft verloren en eigenlijk alleen maar beter is geworden. Dat geldt eigenlijk ook voor Ladies Of The Canyon uit 1970. Op deze plaat kiest Joni Mitchell voor een in muzikaal opzicht complexer geluid, waarin ruimte is voor uiteenlopende invloeden, waaronder voorzichtige invloeden uit de jazz die op haar volgende platen nog veel belangrijker zouden worden. Het veelzijdige geluid wordt verder uitgebouwd op Blue uit 1971. Blue is Joni Mitchell’s derde klassieker op rij en is volgens velen haar beste plaat. Ik kan me daar persoonlijk wel in vinden. For The Roses uit 1972 wordt wat minder hoog aangeschreven dan de voorgaande platen van Joni Mitchell, maar is een hele goede en vooral ook belangrijke plaat. Op For The Roses neemt Joni Mitchell wat meer afstand van de folk en omarmt ze de jazz in een aantal songs die nog altijd van wereldklasse zijn. For The Roses is bovendien in tekstueel opzicht een erg interessante plaat. Court And Spark uit 1974 is de best verkochte plaat van Joni Mitchell en is volgens flink wat van haar fans haar beste plaat. Op Court And Spark vermengt Joni Mitchell gelijke delen pop, jazz en folk en smeedt ze een aantal songs in elkaar die lekker in het gehoor liggen, maar op hetzelfde moment durven te experimenteren. Dat experimenteren doet Joni Mitchell volop op het uit 1975 stammende The Hissing Of Summer Lawns. Dit is en blijft de minst toegankelijke plaat die Joni Mitchell heeft gemaakt, al strijkt de plaat met de kennis van nu niet zo tegen de haren in als in 1975. Het is zeker niet mijn favoriete Joni Mitchell plaat, maar ik begin hem inmiddels wel te waarderen. Hejira uit 1976 ligt weer meer in het verlengde van de klassiekers die Joni Mitchell tussen 1969 en 1974 maakte en is een volgend hoogtepunt in het oeuvre van de van oorsprong Canadese singer-songwriter, al is de plaat wel lastiger te doorgronden dan haar vroegere werk. Met Don Juan's Reckless Daughter uit 1977 heb ik nooit iets gekund en ik kan er nog steeds niets mee. De plaat boeit me niet en raakt me niet en gaat dat waarschijnlijk ook nooit doen. Het is de enige cd die ik waarschijnlijk nooit meer uit het boxje haal (maar dat geldt waarschijnlijk alleen voor mij). Joni Mitchell’s eerbetoon aan jazzmuzikant Charles Mingus is weer een stuk beter. Mingus heeft het eerbetoon zelf nooit kunnen horen, hij overleed vlak voor de release van de plaat, maar hij zou ongetwijfeld trots zijn geweest op het resultaat. Mingus is mij wat te jazzy, maar zo af en toe komt de plaat ook bij mij goed tot zijn recht. The Studio Albums 1968-1979 bevat voor mij al met al één misser, drie hele aardige tot goede platen en zes onbetwiste klassiekers. Het is een score die maar in weinig box-sets wordt gehaald. The Studio Albums 1968-1979 kan ik daarom van harte aanbevelen. Vanwege de prijs, maar vooral vanwege de bijna onwaarschijnlijk hoge kwaliteit en de hieraan gekoppelde invloed die tot op de dag van vandaag voortduurt. Erwin Zijleman