Anders Osborne is geboren in Zweden, maar woont inmiddels een groot deel van zijn leven in New Orleans. Hij maakt al bijna twintig jaar platen, waarvan ik er aardig wat in mijn bezit heb, maar ik luister er eerlijk gezegd vrijwel nooit naar. Dat gold in eerste instantie ook voor het een week of zes geleden verschenen Peace, maar inmiddels ben ik toch aardig verknocht geraakt aan de zoveelste plaat van Anders Osborne. Voor een ieder die de muziek van Anders Osborne niet kent; de Amerikaanse Zweed is een geweldig gitarist die in meerdere genres uit de voeten kan. Nu staat een virtuoos gitarist nog niet garant voor een goede plaat (ik heb hier talloze voorbeelden van in mijn bezit), waardoor veel platen van Anders Osborne vol staan met geweldig gitaarwerk, maar verder niet heel erg veel indruk maken. Ook Peace staat vol met geweldig gitaarwerk, maar dit keer vertrouwt Anders Osborne zeker niet alleen op zijn fascinerende snarenspel. Zoals gezegd kan Anders Osborne met zijn gitaar uit de voeten in meerdere genres en dat geldt ook voor de songs op Peace. De openingstrack laat zich nog beschrijven als een mix van Neil Young (inclusief Crazy Horse) en Pink Floyd in het door Roger Waters gedomineerde tijdperk, maar in de track die volgt krijg je opeens melodieuze rock voor je kiezen die wel dat doet denken aan Aerosmith. En zo schiet Peace eigenlijk alle kanten op. Van stevige bluesy rock tot melodieuze westcoastpop, van psychedelisch aandoende muziek tot aanstekelijke pop met een reggae twist en van stampende rootsrock tot muziek die zich onmiskenbaar heeft laten beïnvloeden door de thuisbasis van Anders Osborne, New Orleans. Het gitaarwerk is op de hele plaat dik in orde, maar Anders Osborne verliest zich niet in eindeloos soleren. Sterker nog, in een aantal gevallen hadden de solo’s wat mij betreft best nog wat opgerekt mogen worden. Peace heeft echter veel meer te bieden dan spetterend gitaarwerk. Anders Osborne laat zich op zijn nieuwe plaat bijstaan door een bijzonder solide ritmesectie en laat verder horen dat hij zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld tot een uitstekend zanger, die me persoonlijk wel wat aan Steve Miller doet denken (met een vleugje Daniel Lanois misschien). De songs op Peace zijn niet alleen buitengewoon afwisselend, maar ook stuk voor stuk van een zeer hoog niveau. Peace bevat het soort songs dat zich na een paar keer horen in het geheugen heeft genesteld en zich vervolgens niet zomaar laat verwijderen. Peace groeit zelfs nog een aardig tijdje door, met name door alle goed verstopte invloeden op de plaat. Anders Osborne laat op Peace flink wat invloeden uit de jaren 70 horen, maar ook de muziek van recentere datum is hem niet ontgaan, wat bijvoorbeeld blijkt uit de experimenten met moderne ritmes. Met Peace weet Anders Osborne erg te verrassen en levert hij een plaat af die iedere muziekliefhebber moet horen. Doen dus. Als hij niet bevalt kun je altijd de opvallende hoes nog ophangen. Erwin Zijleman