Hospital Bombers is een Nederlandse band die voor haar tweede plaat de briljante titel At Budokan heeft verzonnen. Het is een titel die me mee terugneemt naar de jaren 70, toen menig rockband van naam en (en meestal wat teruglopende) faam haar dubbele live-LP bij voorkeur opnam in de Japanse poptempel vol gillende meiden en vervolgens voorzag van de titel At Budokan. De nieuwe plaat van de Hospital Bombers heeft niets te maken met rockmuziek uit de jaren 70 en werd ook niet live opgenomen in de beroemdste concerthal in Tokyo. Hospital Bombers maakt ook op haar tweede plaat weer muziek die zich lastig laat omschrijven. Wanneer ik het probeer kan ik niet om kreten als indie, lo-fi en folkpop heen en daarom maak ik er maar lo-fi indie folkpop van. Hospital Bombers maakt op At Budokan lekker eigenzinnige popliedjes met een geheel eigen geluid. Dat eigen geluid wordt voor een belangrijk deel bepaald door de zeer voorname rol die de viool heeft gekregen, maar ook de stekelige gitaarloopjes en de uitstekende zang dragen bij aan de overtuigingskracht waarmee Hospital Bombers zich op At Budokan presenteert. Hospital Bombers maakt muziek die direct bekend en aangenaam in de oren klinkt, maar desondanks laat de muziek van de band zich lastig vergelijken met de muziek van andere bands en stranden pogingen bij weinig zinvolle vergelijkingen als "The Velvet Underground op een Belle & Sebastian Tribute plaat" (of andersom natuurlijk) of als "The Mountain Goats op het Nederlandse platteland". Het zijn steeds vergelijkingen die maar even stand houden, want net wanneer je denkt dat de Hospital Bombers het pad in de richting van donkere folk zijn ingeslagen, komt de band op de proppen met een vrolijke popsong vol Motown invloeden. En zo valt er steeds weer wat nieuws te beleven op At Budokan. Hospital Bombers maakt muziek die lekker rammelt, maar steeds weer blijkt gegoten in knap in elkaar zittende en vrijwel zonder uitzondering behoorlijk onweerstaanbare popliedjes. Ondanks de kritische teksten en de melancholische vioolklanken is At Budokan een opgewekte plaat, die weliswaar mijlenver is verwijderd van de perfecte lentepop die Excelsior in het verleden uitbracht, maar toch de zon voorzichtig laat schijnen. At Budokan is me inmiddels behoorlijk dierbaar en is als je het mij vraagt een plaat die zich kan meten met die van de internationale concurrentie. De zoveelste parel in de schatkist van Excelsior en een prachtig begin van de muzikale lente van 2012. Erwin Zijleman