Laura Jansen, dochter van een Amerikaanse moeder en een Nederlandse vader, brak een paar jaar geleden door met haar debuut Bells. Bells werd in opvallend brede kring de hemel in geprezen en daar was wel wat voor te zeggen. Bells viel op door lekker dromerige songs, een bijzonder fraaie, door piano gedomineerde, instrumentatie en vooral door de prachtige stem van Laura Jansen. Ondanks mijn begrip voor de lof die Laura Jansen met Bells wist te oogsten, had ik zelf niet zo heel veel en al snel helemaal niets meer met de plaat. Bells was de eerste paar keer nog wel aangenaam, maar vervolgens vond ik het al heel snel veel te gewoontjes en dat wist zelfs de prachtige stem van Laura Jansen niet te compenseren. Ik had daarom geen hoge verwachtingen van de nieuwe plaat van Laura Jansen, maar nu ik Elba een aantal keren heb gehoord durf ik het best een sensationele plaat te noemen. Wat Elba zo bijzonder maakt is dat Laura Jansen ook met haar tweede plaat vol inzet op de verovering van de wereld, maar tegelijkertijd heeft ze ook een plaat gemaakt die sprankelt en continu weet te verrassen. In de eerste tracks op de plaat weet Laura Jansen dit te realiseren door de stemmige pianoklanken van haar debuut te vervangen door een flinke batterij elektronica. Dat is al snel goedkoop effectbejag, maar de instrumentatie en productie van Elba zijn zo smaakvol en zo trefzeker dat de plaat zelfs de grootste criticus snel de mond zal snoeren. Elba is in muzikaal opzicht een grootse plaat en dat was niet zonder risico. De prachtstem van Laura Jansen, die op het debuut nog in de watten werd gelegd met voortkabbelende pianoklanken, moet opeens de strijd aan met een imposant elektronisch klankentapijt. Heel wat zangeressen zouden het loodje hebben gelegd, maar Laura Jansen komt alleen maar sterker uit de strijd. Op Bells vond ik haar zang mooi maar ronduit saai; op Elba doet Laura Jansen in vocaal opzicht spannende dingen en het resultaat is op zijn minst wonderschoon. Na een aantal tracks waarin Laura Jansen nadrukkelijk de grenzen opzoekt kruipt ze ook nog wel een paar keer achter de piano, maar ook hier horen we opeens een andere Laura Jansen: zelfverzekerder, dynamischer en avontuurlijker. Laura Jansen is van een mainstream zangeres opeens een serieuze concurrent geworden voor de meer eigenzinnige zangeressen met een piano (Fiona Apple, Tori Amos). Dit onderstreept ze vervolgens in een aantal songs waarin de elektronica net wat subtieler wordt ingezet en de twee gedaantes van Laura Jansen samensmelten. Net als op Bells kies Laura Jansen ook dit keer voor de vertolking van een song van anderen. Waar ik haar versie van Use Somebody persoonlijk zouteloos en slaapverwekkend vond, verrast Laura Jansen dit keer met een geheel eigen versie van Smalltown Boy van Bronski Beat en sluit ze in deze versie ook nog eens een paar keer naadloos aan bij Johnny Come Home van de Fine Young Cannibals. Elba is al met al een indrukwekkende plaat van een zangeres die haar status als wereldster weet te consolideren, maar in artistiek opzicht een sprong maakt die waarschijnlijk bijna niemand voor mogelijk had gehouden. Bells wist me niet te verleiden een paar jaar geleden, maar mijn liefde voor Elba is nu al grenzeloos. Prachtplaat! Erwin Zijleman