31 maart 2022

Jensen McRae - Are You Happy Now?

Het debuutalbum van de Amerikaanse muzikante Jensen McRae imponeert in productioneel en vocaal opzicht en slaagt er ook nog eens in om heen en weer te springen tussen een aantal genres en stijlen
In het enorme aanbod van deze week viel het debuutalbum van de uit Los Angeles afkomstige Jensen McRae me onmiddellijk op. De Amerikaanse muzikante trok vorig jaar veel aandacht met haar single Immune, maar op haar debuutalbum laat ze wat mij betreft beter horen waartoe ze in staat is. Are You Happy Now? laveert knap tussen een aantal genres en sluit net zo makkelijk aan bij de indiepop en indierock van bijvoorbeeld Phoebe Bridgers als bij meer folky getinte muziek of muziek met vleugjes pop en R&B. Jensen McRae is een uitstekend zangeres, haar songs zijn aanstekelijk maar hebben ook inhoud en dan is er ook nog eens de avontuurlijke productie van Rahki. Wat een geweldig debuut.


De Amerikaanse muzieksite Pitchfork zette me een paar dagen geleden op het spoor van Jensen McRae, die deze week haar debuutalbum Are You Happy Now? heeft uitgebracht. Jensen McRae trok vorig jaar veel aandacht met haar single Immune, die ging over de coronapandemie en was geïnspireerd door de wijze waarop Phoebe Bridgers haar songs schrijft. Sindsdien mag Jensen McRae Phoebe Bridgers tot haar fans rekenen en dat kan nooit kwaad. 

Jensen McRae laat op haar debuutalbum, waarop Immune overigens ontbreekt, horen dat ze ook een meer eigen geluid heeft. Het is een geluid dat Pitchfork vooral vergelijkt met de muziek van Tracy Chapman. Daar zit wel wat in, maar Are You Happy Now? schuift wel wat meer op richting pop, jazz en R&B dan de muziek van Tracey Chapman en klinkt over het algemeen bovendien voller, speelser en zomerser. 

Het debuut van de muzikante uit Los Angeles, California, opent losjes en zonnig met de aanstekelijke single Starting To Get To You waarin een afwisselend jazzy en funky gitaarloopje wordt gecombineerd met heerlijk zwierige vocalen. Het klinkt bijzonder aangenaam, maar wat ook direct opvalt is dat Jensen McRae een uitstekende zangeres is en dat haar album op bijzonder knappe wijze is geproduceerd. 

Voor deze productie tekende de hiphop producer Columbus Smith III, die bekend is onder de namen Rahki en Rahki Beats en eerder werkte met Kendrick Lamar. Rahki is niet alleen producer, maar ook drummer en dat is goed te horen op het debuutalbum van Jensen McRae. De Amerikaanse muzikante heeft als basis genoeg aan haar akoestische gitaar en haar stem, maar Rahki heeft Are You Happy Now? onder andere verrijkt met mooie elektrische gitaarlijnen en strijkers en vooral met zeer inventieve percussie, waarmee het debuut van Jensen McRae zich makkelijk weet te onderscheiden. 

Wanneer Jensen McRae zich beperkt tot de akoestische gitaar en vocalen klinkt ze folkier (en hoor ik inderdaad wel iets van de al eerder genoemde Tracy Chapman), maar in de meeste tracks op Are You Happy Now? is de rol van invloeden uit andere genres groot. Ik vind de stem van Jensen McRae overigens ook mooier en vooral gevarieerder dan die van Tracey Chapman, die ik persoonlijk als het meest relevante vergelijkingsmateriaal zou vervangen door de Britse muzikante Arlo Parks. 

Het debuutalbum van Jensen McRae duurt ruim vijfenveertig minuten, waarin maar liefst vijftien songs voorbij komen. De muzikante uit Los Angeles schrijft redelijk compacte popliedjes en houdt mede hierdoor de aandacht bijzonder makkelijk vast. Are You Happy Now? heeft dankzij de bijzondere productie en de mooie stem van de Amerikaanse muzikante een duidelijk eigen geluid, maar Jensen McRae zoekt op haar debuutalbum ook nog naar richting, al is de veelzijdigheid van het album ook een groot goed. 

Het is een album dat is uitgebracht in een week met heel veel nieuwe releases, maar Are You Happy Now? schreef ik als een van de eerste albums definitief op voor de krenten uit de pop deze week. Jensen McRae heeft een album afgeleverd dat in de smaak zal vallen bij fans van indiepop en indierock favorieten als Phoebe Bridgers, maar ook bij liefhebbers van meer R&B georiënteerd muziek. Een grote belofte voor de toekomst wat mij betreft, want dit album groeit ook nog lang door. Erwin Zijleman


30 maart 2022

Maren Morris - Humble Quest

Na het geweldige HERO uit 2016 viel het wel erg lichtvoetige en poppy GIRL uit 2019 wat tegen, maar met het deze week verschenen Humble Quest is Maren Morris weer helemaal op de goede weg
Met HERO haalde Maren Morris in 2016 mijn jaarlijstje en schaarde ik haar onder de grote beloften van de country(pop). Zonder producer busbee klonk ze drie jaar later helaas een stuk minder overtuigend. GIRL had zijn momenten, maar was toch wat te veel lichtvoetige pop en te weinig country. Op het wederom door Greg Kurstin geproduceerde Humble Quest valt alles gelukkig weer de goede kant op. Country en pop zijn dit keer meer in balans, de productie is prachtig en de songs van Maren Morris graven niet alleen dieper, maar worden ook met meer gevoel vertolkt. Als lid van The Highwomen is Maren Morris de belofte al een tijdje voorbij, wat nog eens wordt onderstreept met dit prima album.


Na HERO uit 2016 en GIRL uit 2019 is Humble Quest het derde album van de Amerikaanse muzikante Maren Morris, althans wanneer we de drie albums die ze in haar tienerjaren maakte maar even vergeten. 
Met name het debuutalbum van de muzikante die werd geboren in Dallas, Texas, beviel me zeer. Op dit door de in 2019 overleden busbee (het alter ego van Michael James Ryan Busbee) geproduceerde album waren country en pop perfect in balans, net als dit op de eerste drie albums van Kacey Musgraves het geval was. 

HERO vond ik uiteindelijk zelfs goed genoeg voor mijn jaarlijstje over 2016, maar opvolger GIRL beviel me wat minder. Op haar tweede album sloeg de muziek van Maren Morris, die op dat moment ook was toegetreden tot de ‘supergroep’ The Highwomen, wat mij betreft net wat te ver door richting pop. GIRL had zeker zijn momenten, maar over de hele linie vond ik het door Greg Kurstin geproduceerde album, die het werk van busbee af mocht maken, toch een stuk minder dan het debuut van Maren Morris of haar werk met The Highwomen. 

Deze week keert Maren Morris terug met haar derde album en krijgen we een antwoord op de vraag of de Amerikaanse muzikante kiest voor de country of de pop. Het antwoord is dat Maren Morris op Humble Quest terugkeert naar de perfecte balans tussen country en pop van haar debuutalbum HERO. Het was een balans die prachtig werd bewaakt door producer busbee, die nog steeds wordt gemist. 

Maren Morris deed, net als voor haar vorige album, een beroep op topproducer Greg Kurstin, die op Humble Quest een stevige vinger in de pap heeft en niet alleen tekent voor de productie, maar ook flink wat instrumenten bespeelt en meeschreef aan een groot deel van de songs. Op GIRL was ik niet erg gecharmeerd van de productie van deze Greg Kurstin, die we niet alleen kennen als producer van onder andere Adele, Paul McCartney en Beck, maar ook als lid van het duo The Bird And The Bee. Op de productie van Humble Quest heb ik echter niet zoveel aan te merken. Integendeel zelfs, het album klinkt prachtig en bevat een aangename jaren 70 vibe. 

Op Humble Quest verwerkt Maren Morris over het algemeen gelijke delen pop en country in haar songs, al slaat de balans soms wat door richting country of juist richting pop. Humble Quest is daarom minder geschikt voor rootspuristen, maar muziekliefhebbers met een zwak voor goed gemaakte countrypop hebben aan het nieuwe album van Maren Morris echt een prima album. 

Zowel de productie als de instrumentatie klinken zeer verzorgd en met name de songs met net wat meer invloeden uit de Amerikaanse rootsmuziek klinken prachtig. Maren Morris heeft, samen met flink wat aansprekende songwriters uit de Nashville scene, een serie prima songs geschreven en ze is ook nog eens een uitstekend zangeres, met een stem die gemaakt is voor de countrypop. 

Vergeleken met voorganger GIRL zijn op Humble Quest niet alleen country en pop meer in balans, maar laat Maren Morris bovendien meer diepgang en meer emotie horen. Op basis van HERO voorspelde ik Maren Morris in 2016 een grote toekomst. De belofte maakte ze op GIRL wat mij betreft niet waar, maar het succes kwam desondanks. Op haar nieuwe album maakt Maren Morris ook de artistieke belofte waar met een album dat vooral niet te vroeg moet worden afgeserveerd als popalbum. Erwin Zijleman


Humble Quest van Maren Morris is verkrijgbaar via de Mania webshop:


Cowboy Junkies - Songs Of The Recollection

Albums met alleen maar covers zijn meestal niet meer dan een tussendoortje, maar Songs Of The Recollection van Cowboy Junkies is wel een heel mooi tussendoortje met een aantal opvallend rauwe songs
Albums met covers sla ik meestal over, maar voor Songs Of The Recollection van Cowboy Junkies maak ik natuurlijk een uitzondering. De Canadese band is immers al bijna 35 jaar zeer bedreven in het vertolken van songs van anderen en slaagt er met grote regelmatig in om van songs van anderen Cowboy Junkies songs te maken. Dat lukt de band ook weer op het deze week verschenen album dat een aantal covers bevat die je verwacht van Cowboy Junkies, maar ook een aantal verrassingen als songs van David Bowie en The Cure. Het gitaarwerk op Songs Of The Recollection is verrassend ruw en Margo Timmins zingt zoals gewoonlijk de sterren van de hemel. Prima dus.


Ik word lang niet altijd blij van albums met uitsluitend covers, maar er zijn bands die het kunstje van het vertolken van songs van anderen zo goed beheersen dat het toch interessant wordt. De Canadese band Cowboy Junkies is wat mij betreft zo’n band. Dat was al duidelijk op het in 1988 verschenen The Trinity Sessions, waarop prachtige versies staan van klassiekers als Sweet Jane (The Velvet Underground), I’m So Lonesome I Could Cry (Hank Williams) en Blue Moon (onder andere Elvis Presley). 

Op opvolger The Caution Horses uit 1990 staan al even mooie versies van Powerderfinger (Neil Young) en You’ll Be Loved Again (Mary Margaret O’Hara) en zo kan ik er nog wel wat noemen (op Black Eyed Man uit 1992 staan bijvoorbeeld twee zeer fraaie Townes van Zandt covers). Verder trok de band op Demons: The Nomad Series, Vol. 2 uit 2011 een heel album uit voor de songs van Vic Chesnutt en ook dat was prachtig. 

De Canadese band weet dus wel hoe je van de song van iemand anders je eigen song kunt maken, maar desondanks had ik liever een regulier Cowboy Junkies album gezien dan het deze week verschenen Songs Of The Recollection. Zoveel albums heeft de band de afgelopen tien jaar immers niet gemaakt en de albums die wel verschenen, waaronder het geweldige All That Reckoning uit 2018, smaakten absoluut naar meer. 

Goed, we zullen het moeten doen met een nieuw Cowboy Junkies met alleen maar covers en dat is nog altijd veel beter dan helemaal geen Cowboy Junkies album. Songs Of The Recollection opent wat mij betreft opvallend met Five Years van David Bowie. Het is een keuze die ik niet direct van de band had verwacht en het is er bovendien een waaraan je je heel makkelijk vertilt. Ik vind de Cowboy Junkies van Five Years echter best geslaagd, al is het maar vanwege het heerlijk gruizige gitaarwerk en de emotievolle vocalen van Margo Timmins. 

Ooh Las Vegas van Gram Parsons zou op papier beter moeten passen bij het geluid van Cowboy Junkies, maar de versie op Songs Of The Recollection doet me minder, al is het gitaarwerk wederom fantastisch. No Expectations van The Rolling Stones had ik weer minder snel bedacht voor de Canadese band, maar de Cowboy Junkies versie is echt prachtig en laat maar weer eens horen hoe Margo Timmins een eigen song kan maken van de song van iemand anders. 

Songs Of The Recollection vervolgt met twee songs van Neil Young en die zijn bij Cowboy Junkies altijd in goede handen. De band uit Toronto speelt op haar nieuwe album lekker losjes en ook de zang van Margo Timmins klinkt ontspannen. Het past wel bij een tussendoortje dat een album met louter covers meestal is, al laat Songs Of The Recollection ook horen dat Cowboy Junkies op het moment in een uitstekende vorm steekt en tot veel meer in staat moet worden geacht. 

Het album vervolgt met songs van Gordon Lightfoot en Bob Dylan, die makkelijk overeind blijven door de prachtstem van Margo Timmins en wederom door fantastisch gitaarspel, waarna de band er met Marathon nog maar eens een Vic Chesnutt song tegenaan gooit. We zijn dan al bij de slottrack beland en ook die is opvallend, want wie verwacht Seventeen Seconds van The Cure bij Cowboy Junkies. Dankzij prachtig ruw gitaarwerk en de altijd goede zang, is ook deze cover geslaagd en hebben we al met al een heel fraai tussenalbum van Cowboy Junkies in handen. En nu graag weer een regulier album! Erwin Zijleman


Songs Of The Recollection van Cowboy Junkies is verkrijgbaar via de Mania webshop:


29 maart 2022

LAVALU - Earthbound

Earthbound van LAVALU valt op door een prachtige klassieke instrumentatie, maar door de aantrekkelijke songs en de mooie stem van de Nederlandse muzikante neigt het album ook naar pop
Ik besprak in het verleden al eens een album van 
LAVALU, maar was de Nederlandse muzikante eerlijk gezegd alweer vergeten. Haar nieuwe album Earthbound ga ik niet snel vergeten, want wat is het een prachtig album. Het is een album met een hoofdrol voor klassiek pianospel en de mooie stem van LAVALU en een onmisbare bijrol voor de muzikanten die strijkers en extra vocalen bijdragen. De klanken zijn sprookjesachtig mooi en beeldend, maar LAVALU maakt ook popsongs met een kop en een staart. De Nederlandse muzikante vertolkt ze met veel gevoel, waardoor het wonderschone album zich bij iedere keer horen nog net wat nadrukkelijker opdringt.


LAVALU, het alter ego van de Nederlandse muzikante Marielle Woltring, voltooit deze week met Earthbound een heuse trilogie. Earthbound is een vervolg op Solitary High uit 2017 en Midair uit 2019. Ik ging er in eerste instantie van uit dat het nieuwe album van LAVALU mijn eerste kennismaking was met haar muziek, maar over Solitary High schreef ik aan het eind van 2017 wel degelijk een recensie en de cd bleek inderdaad in de kast te staan. 

De eerste twee albums van LAVALU uit 2009 en 2013, de muziek die ze maakte voor de succesvolle musical Het Pauperparadijs en het in 2019 verschenen Midair ken ik echter niet, waardoor Earthbound pas mijn tweede kennismaking is met de muzikante die werd geboren in Cleveland, Ohio, maar opgroeide in Eindhoven en inmiddels vanuit Arnhem opereert. 

De Nederlandse muzikante kreeg al op 4-jarige leeftijd haar eerste pianolessen en is klassiek geschoold. In haar pubertijd raakte ze ook geïnteresseerd in popmuziek en begon ze met het schrijven van eigen songs en muziek. De wereld van de klassieke muziek en de wereld van de popmuziek vloeien prachtig samen op Earthbound dat op knappe wijze een brug slaat tussen deze twee vaak gescheiden werelden. 

LAVALU doet dit samen met Roosmarijn Tuenter en Paul Rittel, die respectievelijk altviool en cello bijdragen aan het bijzondere geluid van LAVALU en bovendien extra vocalen toevoegen. Marielle Woltring nam haar pianospel en de zang voor Earthbound in haar eigen huis op, wat zorgt voor een intieme en ontspannen sfeer. Het levert een persoonlijk album op, dat in tekstueel opzicht in het teken staat van het omarmen van teleurstellingen en de zoektocht naar de vrouwelijke toon. 

Ik was Solitary High uit 2017 eerlijk gezegd al lang weer vergeten, maar ik ben zeer onder de indruk van het prachtige Earthbound. De klassieke instrumentatie op het album is van een bijzondere schoonheid. Het pianospel van LAVALU is zacht en teder, terwijl de toegevoegde strijkers op subtiele maar trefzekere wijze de opengelaten ruimte inkleuren. Het is muziek die het zonder vocalen prima zou doen als soundtrack bij een film en die goed is voor fraaie beelden, zeker wanneer LAVALU fraaie spanningsbogen toevoegt aan haar songs. 

Door het toevoegen van zang zorgt LAVALU er voor dat Earthbound niet alleen een klassiek album is, maar ook een popalbum. De Nederlandse muzikante laat pianospel horen dat ik hierboven beschreef als zacht en teder en dat is een omschrijving die ook van toepassing is op haar zang. De zang op Earthbound is prachtig en geeft het album hier en daar een sprookjesachtige sfeer. De twee andere muzikanten op het album voegen hier en daar vocalen toe, wat de songs op het album nog wat meer body geeft. 

Een album met vooral ingetogen klanken, een beperkt aantal instrumenten en wat zachte zang, wordt over het algemeen snel wat saai, maar Earthbound van LAVALU is een album dat tien tracks lang boeit en ook blijft boeien, hoe vaak je het album ook hoort. Ingetogen en beeldende klanken domineren op Earthbound, maar met Velvet laat LAVALU horen dat ze ook jazzy en poppy kan klinken. Het derde album van de Nederlandse muzikante is bovendien een album dat zich steeds meer opdringt en groeit tot grote hoogten. Prachtig. Erwin Zijleman


Earthbound van LAVALU is verkrijgbaar via de Mania webshop:


28 maart 2022

Camp Cope - Running With The Hurricane

Camp Cope maakte in 2018 met How To Socialise & Make Friends een over het hoofd geziene klassieker, maar laat op haar nieuwe en wat meer ingetogen album horen dat dit zeker geen toevalstreffer was
Aan het eind van 2019 ontdekte ik via een album van ene Georgia Maq met flinke vertraging een van de beste albums van 2018. De Australische band Camp Cope heeft, mede door de coronapandemie, lang gewerkt aan de opvolger van dit album en keert deze week terug met Running With The Hurricane. Het is een album dat kiest voor een verzorgder en wat meer ingetogen geluid, maar de dynamiek van de geweldige voorganger is gebleven. Die dynamiek komt vooral van de fantastische stem van frontvrouw Georgia McDonald, die ook nog eens tekent voor fraai gitaarwerk. Een ritmesectie met een vleugje postpunk en een serie uitstekende songs maken het af.


Aan het eind van 2019 kreeg ik Pleaser van de Australische singer-songwriter Georgia Maq in handen. Het bleek een bijzonder aangenaam album met invloeden uit de folk, rock en synthpop, maar Georgia Maq maakte vooral diepe indruk met haar krachtige stem. Via het eerste soloalbum van Georgia Maq ontdekte ik ook haar band Camp Cope, die in 2018 het werkelijk fantastische How To Socialise & Make Friends uitbracht. 

De krachtige stem van Georgia Maq, die in Camp Cope overigens Georgia McDonald heet, deed het in de rockmuziek van Camp Cope nog veel beter, zeker wanneer ze de zang hier en daar uit haar tenen liet komen en het af en toe uitschreeuwde. How To Socialise & Make Friends van Camp Cope kreeg in 2018 helaas niet al teveel aandacht, maar het is een weergaloos album, dat ik nog altijd met enige regelmaat uit de kast trek. Deze week keert Camp Cope terug met haar derde album, Running With The Hurricane. Het is een album waar ik met torenhoge verwachtingen aan begon en Camp Cope heeft me zeker niet teleurgesteld. 

Op het derde album van de band kiezen zangeres en gitarist Georgia McDonald, bassist Kelly-Dawn Hellmrich en drummer Sarah Thompson voor een wat meer ingetogen geluid, waarin meer aandacht is besteed aan de productie. Voor deze productie tekende de band deels zelf, waarna ook de onder andere van Courtney Barnett bekende Anna Laverty nog aanschoof, wat het aandeel van vrouwen op dit album nog wat verder vergroot. Courtney Barnett speelt zelf overigens ook nog een riedeltje mee. 

Het derde album van Camp Cope opent behoorlijk ingetogen, maar vrijwel onmiddellijk is er de krachtige stem van Georgia McDonald, die je meteen bij de strot grijpt. Camp Cope klinkt op Running With The Hurricane wat gepolijster dan op haar vorige album, maar de dynamiek die How To Socialise & Make Friends zo bijzonder maakte is er nog steeds, al is deze dynamiek wel wat subtieler. 

In de meeste songs op het album bouwt de band uit Melbourne de spanning in muzikaal opzicht redelijk subtiel op en Georgia McDonald doet met haar zang hetzelfde. Hier en daar wordt het gaspedaal net wat dieper ingetrapt en komt Camp Cope in de buurt van het geluid van haar vorige album, maar de extremen blijven uit. De echte ruwe randjes ontbreken dit keer en dat vond ik bij eerste beluistering eerlijk gezegd best jammer, maar uiteindelijk bevallen het wat verzorgdere geluid op het derde album van Camp Cope en de bijna ingehouden spanning me wel. 

Ook op Running With The Hurricane is het vooral de stem van Georgia McDonald die indruk maakt. De Australische muzikante doet me met haar stem nog steeds met enige regelmaat denken aan Everything But The Girl’s Tracey Thorn, maar dan wel met een stevige rockinjectie. Ook in muzikaal opzicht valt er veel te genieten. Het gitaarwerk van Georgia McDonald is fraai, het drumwerk van Sarah Thompson degelijk en de diepe bassen van Kelly-Dawn Hellmrich voorzien het indierock geluid van Camp Cope van een vleugje postpunk. 

Het is misschien niet de mokerslag van How To Socialise & Make Friends, maar nu ik het nieuwe album van Camp Cope wat vaker heb gehoord, vind ik Running With The Hurricane anders, maar zeker niet minder. Hoogste tijd dat deze geweldige band voet aan de grond krijgt in Nederland. Erwin Zijleman

De muziek van Camp Cope is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Australische band: https://campcope.bandcamp.com/album/running-with-the-hurricane-2.


Running With The Hurricane van Camp Cope is verkrijgbaar via de Mania webshop:



27 maart 2022

Kate Bush - Never For Ever (1980)

Kate Bush manifesteert zich op het in 1980 verschenen Never For Ever voor het eerst nadrukkelijk als muzikaal vernieuwer op een sleutelalbum in haar oeuvre en bovendien een van haar beste albums
Kate Bush zat na het snel naar The Kick Inside uitgebrachte Lionheart even op dood spoor, maar sloeg terug met het geweldige Never For Ever dat twee jaar na haar debuut verscheen. Mede dankzij de van Peter Gabriel geleende Fairlight synthesizer klonk Never For Ever anders dan andere albums van dat moment en zette de Britse muzikante haar eerste stappen als vernieuwer in de popmuziek. Never For Ever klinkt ook ruim veertig jaar later nog fantastisch, maar maakt ook indruk met een serie geweldige songs, die Kate Bush op geheel eigen wijze vertolkt met haar zo karakteristieke stemgeluid. Het is wat mij betreft het beste album in haar kleine maar zeer indrukwekkende oeuvre.


Het oeuvre van de Britse muzikante Kate Bush is niet heel groot. Wanneer ik me beperk tot de studioalbums en Director’s Cut uit 2011 niet mee tel, kom ik tot slechts negen albums. Van deze albums worden Lionheart uit 1978 en The Red Shoes uit 1994 over het algemeen gezien als de wat mindere albums, maar tussen de resterende zeven albums is het wat mij betreft lastig kiezen (Lionheart vind ik persoonlijk overigens ook een prima album). 
Mijn persoonlijke favoriet is Never For Ever uit 1980. 

Nadat Kate Bush relatief kort na haar debuutalbum The Kick Inside uit 1978 het wat minder goed ontvangen Lionheart had uitgebracht, nam ze de tijd voor haar derde album. Never For Ever is een van de eerste albums waarop de in 1980 gloednieuwe Fairlight synthesizer en sampler werd gebruikt. Kate Bush leende het destijds revolutionaire apparaat van Peter Gabriel, die er direct een had aangeschaft, maar de Fairlight pas voor het eerst intensief zou gebruiken op zijn in 1982 verschenen vierde soloalbum. 

Aan Kate Bush daarom de primeur en die mogelijkheid greep ze met beide handen aan. Ik heb een plaatje van de Fairlight opgezocht en kon een glimlach niet onderdrukken, maar in 1980 was het een buitengewoon indrukwekkend en zeer prijzig stukje technologie (dat inmiddels ook in een eenvoudige iPhone app past). Door de bijzondere klanken van de Fairlight en de mogelijkheid om samples te gebruiken, klonk Never For Ever in 1980 anders dan andere albums, maar het was zeker niet alleen de nieuwe technologie die er zo’n mooi en bijzonder album van maakte. 

Op haar derde album zet Kate Bush stappen als songwriter, laat ze een wat gevarieerder geluid horen dan op haar eerste twee albums en is ze, duidelijker dan op haar eerste twee albums, een vernieuwer in de muziek. Ik vind Never For Ever ook in vocaal opzicht indrukwekkender dan de eerste twee albums. De stem van Kate Bush klinkt op haar derde album wat minder theatraal en ook wat minder schel, maar de Britse muzikante varieert ook wat meer met haar zo karakteristieke stem. 

In muzikaal opzicht is Never For Ever dankzij de bijdragen van een waslijst aan topkrachten en de inzet van de op dat moment revolutionaire Fairlight een indrukwekkend album. De grootste kracht van het album schuilt echter in de songs. Het in 1980 verschenen Never For Ever wordt hier en daar nog getekend door de Koude oorlog, maar songs als Breathing en Army Dreamers zijn helaas weer verrassend actueel. 

Never For Ever is vooral bekend van de bovengenoemde twee singles en het nog wat succesvollere Babooshka, maar het zijn andere tracks die er wat mij betreft uit springen. The Infant Kiss vind ik persoonlijk een van de mooiste Kate Bush songs aller tijden, maar Never For Ever kent wat mij betreft helemaal geen zwakke momenten, al klinkt de punk parodie Violin inmiddels wel wat gedateerd. 

De songs op Never For Ever zijn niet alleen van een hoog niveau, maar ze lopen, mede door de inzet van de Fairlight ook nog eens prachtig in elkaar over, waardoor Never For Ever zich laat beluisteren als een lange luistertrip. Never For Ever was het startpunt voor een wat experimenteler Kate Bush geluid, maar op dit album hoor je ook nog de Kate Bush die in 1978 werd omarmd. Juist die combinatie maakt dit wat mij betreft haar mooiste album. Erwin Zijleman


Never For Ever van Kate Bush is verkrijgbaar via de Mania webshop:


Aldous Harding - Warm Chris

Ook op haar vierde album doet de Nieuw-Zeelandse muzikante Aldous Harding continu dingen die je niet verwacht, maar betovert ze ook tien tracks lang met songs die de fantasie genadeloos prikkelen
Aldous Harding brak aan het eind van 2014 door met een sensationeel goed debuutalbum, waarop ze vooral aansloot bij de Amerikaanse psychedelische folk uit de jaren 60 en 70. Op de twee albums die volgden verlegde ze haar muzikale koers en koos ze voor een wat voller en veelzijdiger geluid. Ook voor het deze week verschenen Warm Chris heeft Aldous Harding weer een beroep gedaan op de Britse producer John Parish, die het album heeft voorzien van een mooi en gevarieerd geluid. Aldous Harding voegt minstens even gevarieerde vocalen toe. Niet iedereen is gecharmeerd van haar stem, maar ik vind het ook dit keer indrukwekkend hoe ze er in slaagt om steeds weer totaal anders maar altijd interessant te klinken.


Aan het eind van 2014 kwam ik bij toeval in aanraking met het eerder dat jaar verschenen titelloze debuutalbum van de Nieuw-Zeelandse muzikante Aldous Harding. Het album was op dat moment nog niet te vinden op de streaming media diensten, maar na de aanschaf van een digitale versie van het album bleek het liefde op het eerste gezicht. 

Op haar debuutalbum klonk de muzikante uit Lyttleton als de boegbeelden van de Amerikaanse psychedelische folk uit de late jaren 60 en vroege jaren 70, maar ze voorzag haar muziek ook van een eigentijds tintje door onder andere de inzet van elektronica. Het debuut van Aldous Harding dook twee weken na mijn ontdekking van het album hoog op in mijn jaarlijstje en daarin kwamen ook de twee volgende albums van de Nieuw-Zeelandse muzikante terecht. 

Op Party uit 2017 en Designer uit 2019 koos Aldous Harding, samen met producer John Parish, voor een wat voller geluid en verkende ze bovendien invloeden buiten de Amerikaanse psychedelische folk uit het verleden. Deze week duikt Aldous Harding op met haar vierde album en ook Warm Chris is weer geproduceerd door John Parish, die vooral bekend is van zijn werk met PJ Harvey. 

Warm Chris is, net als zijn twee voorgangers, fraai ingekleurd en knap geproduceerd, wat we John Parish inmiddels wel toe kunnen vertrouwen. In de meeste songs op Warm Chris staat de piano centraal, maar dat betekent niet dat het album eenvormig klinkt. Integendeel zelfs, want de muziek van Aldous Harding klonk nog niet eerder zo veelzijdig. 

Invloeden uit de psychedelische folk van illustere voorgangers als Linda Perhacs, Karen Dalton, Vashti Bunyan en Judee Sill klinkt nog altijd door in de muziek van Aldous Harding, maar de Nieuw-Zeelandse muzikante is zeker geen doorsnee folkie meer. In een aantal songs op Warm Chris zijn jazzy invloeden te horen, zeker wanneer blazers worden ingezet, maar Aldous Harding kan ook uit de voeten met tijdloze singer-songwriter muziek uit de jaren 70, met verrassend zonnige popmuziek, maar ook met wat stekeligere songs. Die laatste songs doen af en toe wel wat denken aan de muziek van PJ Harvey, maar voor de meeste songs op Warm Chris gaat deze vergelijking totaal niet op. 

Na mijn eerste jubelrecensie van het debuut van Aldous Harding kreeg ik vaak terug dat het lastig wennen was aan de bijzondere stem van Aldous Harding en dat is niet veranderd denk ik. Ook op Warm Chris laat de Nieuw-Zeelandse muzikante weer horen dat ze haar stem op meerdere manieren kan gebruiken en alledaags klinkt het maar zelden. Ik kan me eerlijk gezegd wel voorstellen dat niet iedereen gecharmeerd is van de stem van Aldous Harding, maar voor mij persoonlijk zijn het juist de bijzondere stem van de Nieuw-Zeelandse muzikante en haar bijzondere stemgebruik die haar muziek zo bijzonder maken. 

Ook op Warm Chris kan het weer alle kanten op. De instrumentatie klinkt in iedere track weer net wat anders en Aldous Harding zoekt er in iedere track de best passende vocalen bij. Ik zeg het vaak, maar ook dit is een album dat het best tot zijn recht komt bij beluistering met een goede koptelefoon. Ik begin inmiddels voor de zoveelste keer aan Warm Chris en vind het weer prachtig. Natuurlijk ontbreekt de sensatie van het onverwachte debuut, maar ook album nummer vier is er een vol verrassing. Erwin Zijleman

De muziek van Aldous Harding is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Nieuw-Zeelandse muzikante: https://aldousharding.bandcamp.com/album/warm-chris.


Warm Chris van Aldous Harding is verkrijgbaar via de Mania webshop:



26 maart 2022

Maida Rose - Tales Of Adolescence

Roos Meijer leverde een paar maanden geleden een prachtig folkalbum af en voegt daar nu, samen met Javièr den Leeuw, een dreampop album aan toe, dat Maida Rose op de kaart zet als smaakmaker in het genre
Dreampop is de laatste jaren weer springlevend en krijgt er deze week met het Nederlandse Maida Rose een band bij waar rekening mee moet worden gehouden. Tales Of Adolescence schuurt af en toe dicht tegen de muziek van Beach House aan, maar in muzikaal opzicht vind ik Maida Rose net wat interessanter. Het tweetal in Den Haag beschikt in de persoon van Roos Meijer bovendien over een geweldige zangeres. Dat liet ze al horen op haar pas een paar maanden oude soloalbum dat in het hokje folk paste, maar ook in dreampop van Maida Rose klinkt de stem van Roos Meijer fantastisch. Het levert een prachtig klinkend dreampop album op dat alleen maar mooier en indrukwekkender wordt en dat uiteindelijk niet onder doet voor de albums van de grote voorbeelden.


Het Amerikaanse duo Beach House heeft met Once Twice Melody de lat vorige maand behoorlijk hoog gelegd wanneer het gaat om albums die in het hokje dreampop passen. Nederland heeft geen hele rijke traditie wanneer het gaat om muziek in dit genre, maar het Haagse duo Maida Rose laat op haar debuutalbum Tales Of Adolescence horen dat het concurrentie met de grote bands in het genre best aan kan. 

Maida Rose bestaat uit de Nederlandse singer-songwriters Roos Meijer en Javièr den Leeuw, die naar verluidt ruim vijf jaar hebben gewerkt aan dit debuutalbum. De naam van Javièr den Leeuw ben ik nog niet eerder tegengekomen, maar Roos Meijer kennen we natuurlijk wel. De Nederlandse muzikante debuteerde net iets meer dan vier maanden geleden razend knap met het bijzonder fraaie Why Don’t We Give It A Try? waarop ze indruk maakte met mooi ingekleurde folksongs en vooral met een prachtige stem. 

Die stem is uiteraard ook een van de sterke wapens van Maida Rose, dat zich in vocaal opzicht makkelijk kan meten met het eerder genoemde Beach House. Roos Meijer liet op haar solodebuut horen dat ze een stem heeft die gemaakt lijkt voor folksongs, maar ook in het dreampop geluid van Maida Rose komt de stem van de Haagse singer-songwriter uitstekend tot zijn recht. 

Alleen door de zang was ik al na één keer horen smoorverliefd op Tales Of Adolescence, maar de stem van Roos Meijer is niet het enige dat er op het debuutalbum van Maida Rose uit springt. Ook in muzikaal opzicht weet het Haagse tweetal zich vrijwel onmiddellijk te onderscheiden. 

Tales Of Adolescence heeft zich laten inspireren door het beste dat de dreampop de afgelopen drie decennia te bieden had, maar kiest ook voor een duidelijk eigen geluid. Op het debuutalbum van Maida Rose duiken met enige regelmaat klanken op die onmiddellijk doen denken aan de muziek van Beach House, maar de muziek van Roos Meijer en Javièr den Leeuw is over het algemeen subtieler en wat minder pompeus. 

Zoals dat hoort in de dreampop heeft Maida Rose haar muziek vol of zelfs overdadig ingekleurd, maar het klinkt niet zo zwaar en wollig als de meeste bands in het genre kunnen klinken. Het zorgt er voor dat Tales Of Adolescence bijzonder makkelijk verleidt, zeker wanneer de lentezon zo aangenaam schijnt als op het moment. 

Het gelukzalige gevoel dat zich meester van je maakt wanneer het debuut van Maida Rose uit de speakers komt, contrasteert met de teksten op het album die in het teken staan van het volwassen worden, wat niet de makkelijkste fase van het leven is. Ondanks de melancholie in een aantal van de songs, is Tales Of Adolescence een album om heerlijk bij weg te dromen, zoals dat ook hoort bij een dreampop album. 

Dat wegdromen is aangenaam, maar het debuut van Maida Rose is ook een album waar je geen noot van wilt missen. Het album werd in het ouderlijk huis van Javièr den Leeuw opgenomen, maar klinkt alsof het in een gerenommeerde studio met een al even gerenommeerde producer werd opgenomen. Het is een geluid dat bestaat uit meerdere lagen en dat vol bijzonder fraaie details zit.

Ik ben al een tijdje behoorlijk verknocht aan het laatste album van Beach House, maar in muzikaal en zeker in vocaal opzicht is het debuutalbum van Maida Rose misschien wel beter, nee gewoon beter. Nederland heeft er een dreampop band bij die mee kan met de allerbesten en in de persoon van Roos Meijer ook nog eens beschikt over een van de mooiste stemmen van het moment. Erwin Zijleman

De muziek van Maida Rose is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van het Nederlandse duo: https://maidarosemusic.bandcamp.com/album/tales-of-adolescence.


Tales Of Adolescence van Maida Rose is verkrijgbaar via de Mania webshop:



25 maart 2022

Peter Doherty & Frédéric Lo - The Fantasy Life Of Poetry & Crime

Peter Doherty kennen we als boegbeeld van The Libertines en Babyshambles, maar de inmiddels in Frankrijk woonachtige muzikant laat op zijn nieuwe soloalbum een compleet andere kant van zichzelf horen
Goede songs, mooie teksten, mooie klanken en prachtige arrangementen, maar matige zang. Het was mijn eerste conclusie over het nieuwe album dat de Britse muzikant Peter Doherty maakte met de Franse componist, muzikant en arrangeur Frédéric Lo. Het is een conclusie die ik inmiddels heb moeten herzien. Natuurlijk is de zang van Peter Doherty niet zonder schoonheidsfoutjes, maar dat voorziet de vaak rijk georkestreerde en soms wat theatrale songs op The Fantasy Life Of Poetry & Crime juist van de scherpe kantjes en ruwe randjes die op dit soort albums zo vaak ontbreken. Het duurde even voordat alles op zijn plek viel, maar inmiddels vind ik het een geweldig album.


Peter Doherty, ook bekend als Pete Doherty, leek in zijn jonge jaren een zeer serieuze kandidaat voor de “27 Club” (ook bekend onder de naam Forever 27), maar de Britse muzikant haalde zijn 28e verjaardag en mocht eerder deze maand maar liefst 43 kaarsjes uitblazen. Peter Doherty kan inmiddels terugkijken op een bijzondere bijdrage aan de Britse rockmuziek met een aantal prima soloalbums en natuurlijk de muziek van zijn bands The Libertines en Babyshambles, waarvan zeker de eerste twee albums van The Libertines inmiddels klassiekers mogen worden genoemd. 

De Britse muzikant heeft zijn vaderland inmiddels achter zich gelaten en woont tegenwoordig in Frankrijk. Daar maakte hij samen met de Franse componist, muzikant en arrangeur Frédéric Lo een album dat laat horen dat Peter Doherty inmiddels ook de rock ’n roll achter zich heeft gelaten. Op The Fantasy Life Of Poetry & Crime horen we een hele andere kant van de Britse muzikant en het is een kant die me, weliswaar na enige gewenning, prima bevalt. 

Op zijn nieuwe album maakt Peter Doherty bij vlagen zeer rijk georkestreerde en vaak wat theatrale songs. Het zijn songs die je verwacht van muzikanten als Marc Almond, Jarvis Cocker en Gavin Friday, om maar een aantal namen te noemen, maar ook de voormalige voorman van de roemruchte band The Libertines kan met dit repertoire uit de voeten. 

The Fantasy Life Of Poetry & Crime is prachtig gearrangeerd en ingekleurd door Peter Doherty’s Franse kompaan Frédéric Lo, die klassiek aandoende klanken combineert met hier en daar stevig aanzwellende strijkers en blazers. In muzikaal opzicht klinkt het allemaal erg mooi en omdat ook de songs op het album sterk zijn, weet ik zeker dat bovengenoemde crooners met The Fantasy Life Of Poetry & Crime een geweldig album zouden hebben gemaakt. 

Voor Peter Doherty vond ik dat niet direct vanzelfsprekend, want de Britse muzikant is nooit een geweldig zanger geweest en is dat ook niet op zijn nieuwe album. Dat zat me bij eerste beluistering vooral in de weg, maar inmiddels kan ik de zang op The Fantasy Life Of Poetry & Crime wel waarderen en vind ik dat deze zang een bijzondere charme heeft. De wat ruwe en onzorgvuldige zang van de Britse muzikant zorgt er voor dat het allemaal niet te theatraal wordt en in ieder geval nog een beetje rock ’n roll blijft. 

Het is rock ’n roll die in muzikaal opzicht aansluit bij de muziek van de bovengenoemde muzikanten, maar The Fantasy Life Of Poetry & Crime is ook zeker schatplichtig aan alles dat Morrissey heeft gemaakt, om nog maar één andere naam te noemen. Ik moest er zoals gezegd wel even aan wennen, maar inmiddels vind ik niet altijd zuivere zang van Peter Doherty en de bijzonder fraaie klanken van Frédéric Lo een gouden combinatie. 

Peter Doherty is zeker niet de beste zanger die op deze wereld rondloopt, maar zijn songs en teksten zijn prachtig en hij vertolkt deze absoluut met flink wat gevoel en melancholie. The Fantasy Life Of Poetry & Crime is mijlenver verwijderd van de muziek die we kennen van een jonge Peter Doherty, maar laat horen dat de Britse muzikant nog steeds muziek kan maken die er toe doet. The Fantasy Life Of Poetry & Crime wakkert bovendien het verlangen naar een nieuw album van Gavin Friday aan, maar of dat er ooit gaat komen blijft vooralsnog helaas zeer de vraag. Erwin Zijleman


The Fantasy Life Of Poetry & Crime van Peter Doherty & Frédéric Lo is verkrijgbaar via de Mania webshop:


24 maart 2022

Yumi Zouma - Present Tense

De Nieuw-Zeelandse band Yumi Zouma heeft al een aantal prima albums op haar naam staan, maar zet een grote stap met Present Tense dat hopelijk uitgroeit tot de soundtrack van een mooie en zorgeloze zomer
Wat van ver komt is echt niet altijd lekkerder, maar voor het nieuwe album van de Nieuw-Zeelandse band Yumi Zouma gaat het gezegde zeker op. De band leverde precies twee jaar geleden een ijzersterk album af, maar het deze week verschenen Present Tense is nog een stuk beter. Gebleven zijn de heerlijk lome en dromerige vocalen van Christie Simpson en de bijzonder lekker in het gehoor liggende popliedjes met hier en daar wat echo’s uit de jaren 80. Vergeleken met het vorige album zijn de songs alleen maar beter geworden en verder klinkt Present Tense nog wat verzorgder en veelzijdiger dan zijn voorganger, zonder dat dit ten koste is gegaan van de niet ophoudende stroom zonnestralen. Prachtalbum.


Truth Or Consequences was precies twee jaar geleden mijn eerste kennismaking met de muziek van de Nieuw-Zeelandse band Yumi Zouma. Op het derde album van de band uit Christchurch waren vooral zonnige popliedjes te horen en die deden het uitstekend in de ontluikende lentezon van dat moment. 

Die lentezon laat zich op het moment ook veelvuldig zien en dus komt een nieuw album van Yumi Zouma op het juiste moment. De Nieuw-Zeelandse band heeft gelukkig niet al te veel veranderd aan de receptuur van haar muziek. Ook op het deze week verschenen Present Tense maakt Yumi Zouma heerlijk zonnige popliedjes. Het zijn over het algemeen genomen aanstekelijke en aangenaam lichtvoetige popliedjes met wat impulsen uit de elektronica, wat invloeden uit de jaren 80 en ook dit keer een hoofdrol voor de dromerige stem van zangeres Christie Simpson. 

Ik noem Yumi Zouma hierboven een band uit Christchurch, maar de leden van de band zijn al jaren verspreid over drie continenten. Het vorige album van de band verscheen op de dag dat de WHO voor het eerst sprak over een pandemie, waardoor Yumi Zouma een streep kon zetten door de tour die zou volgen op Truth Or Consequences en het opnameproces voor Present Tense een complexe operatie werd. 

Het album werd in 2021 in meerdere studio’s verspreid over Europa, de Verenigde Staten en Nieuw-Zeeland opgenomen, waarbij ook een flink aantal gastmuzikanten werd ingeschakeld. Dat is overigens niet te horen, want Yumi Zouma klinkt op haar vierde album als een hecht spelende band, wat ook alles te maken heeft met het feit dat Yumi Zouma ook al voor de coronapandemie op deze wijze werkte. 

Vergeleken met het vorige album is het aandeel van elektronica in de instrumentatie wat geslonken, waardoor Present Tense wat warmer en organischer klinkt dan zijn voorganger. Het nieuwe album van de band klinkt lekker vol, maar de muziek van Yumi Zouma klinkt nog altijd betrekkelijk licht en heerlijk zonnig. Wanneer je wat beter luistert hoor je overigens dat het niet zo lichtvoetig is als het lijkt, want wat steken de songs van de Nieuw-Zeelandse band knap in elkaar en wat is de instrumentatie op Present Tense mooi en bijzonder. 

Ook bij beluistering van Present Tense heb ik weer flink wat associaties met muziek uit de jaren 80, zonder dat ik hier heel precies de vinger op kan leggen, wat het eigen geluid van de Nieuw-Zeelandse band onderstreept. In muzikaal opzicht is Present Tense zoals gezegd nog wat interessanter dan Truth Or Consequences, maar ook dit keer komt de meeste verleiding voor mij van de heerlijke vocalen van Christie Simpson, die het zomerse gevoel dat het album oplevert nog wat verder versterkt met lome en dromerige zang. 

Ik was direct bij eerste beluistering overtuigd van de zoete verleiding van het vierde album van Yumi Zouma, maar sindsdien is het album alleen maar mooier en interessanter geworden. We hebben zo langzamerhand wel weer eens een mooie en zorgeloze zomer verdiend, maar helaas denkt een oorlogszuchtig heerschap in Moskou hier vooralsnog anders over. Laten we hopen dat deze zorgeloze zomer er alsnog gaat komen dit jaar. De perfecte soundtrack ligt inmiddels klaar en komt van Yumi Zouma. Erwin Zijleman

De muziek van Yumi Zouma is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Nieuw-Zeelandse band: https://yumizouma.bandcamp.com/album/present-tense.


Present Tense van Yumi Zouma is verkrijgbaar via de Mania webshop:



23 maart 2022

Bert Dockx - Safe

De Belgische muzikant Bert Dockx heeft met Safe een intiem en subtiel, maar ook veelkleurig en wonderschoon album gemaakt, dat zorgt voor een fraai rustpunt in deze hectische en gewelddadige tijden
Bert Dockx speelt in een aantal Belgische bands, maar de muzikant uit Antwerpen had ook nog tijd voor een soloalbum. Het is een soloalbum dat de luisteraar in een bijzondere stemming brengt. De songs op het album zijn deels instrumentaal en naast eigen werk bevat Safe ook twee bijzondere covers. Bert Dockx kan bijna verstilde muziek maken, maar de Belgische muzikant tekent ook voor indrukwekkende spanningsbogen. De instrumentatie bestaat uit meerdere lagen, zit vol met invloeden en wordt gedomineerd door subtiel, maar werkelijk wonderschoon gitaarspel dat alle kanten op kan. Safe is een prachtig album waarop je maar nieuwe dingen blijft horen.


Bert Dockx is een geschoold jazzmuzikant, maar ik ken hem tot dusver vooral van zijn band Flying Horseman, die inmiddels goed is voor een interessant stapeltje albums. Hiernaast maakt de Belgische muzikant deel uit van de bands Dans Dans en Ottla, die wat meer jazz georiënteerde muziek maken, en maakte hij een paar jaar geleden een interessant soloalbum met covers (Transit). Deze week keert Bert Dockx terug met een nieuw soloalbum en Safe is een prachtalbum. 

Safe bevat zeven tracks en voor deze tracks heeft de Belgische muzikant bijna 47 minuten nodig. Het zijn deels instrumentale tracks en ook dit keer vertolkt Bert Dockx deels songs van anderen. Naast prachtig ingetogen vertolkingen van Pale Blue Eyes van The Velvet Underground en Lonely Woman van Ornette Coleman bevat Safe dit keer voornamelijk eigen werk en het is fascinerend werk. 

Openingstrack Pit opent met subtiele maar bijzonder fraaie gitaarlijnen en wat ingetogen zang, maar in de bijna negen minuten die de track duurt, wordt de spanning steeds verder opgebouwd en wordt het geluid steeds iets voller. Het begint met overdrijvende wolken synths, maar uiteindelijk gaat ook het gitaarwerk helemaal los en laat Bert Dockx horen dat hij niet alleen een meester is in het bouwen van hoge spanningsbogen, maar ook een geweldig gitarist. 

Verder is direct vanaf de openingstrack duidelijk dat de Belgische muzikant muziek maakt die niet heel makkelijk in een hokje is te duwen. In de openingstrack duiken flink wat invloeden uit de psychedelica op, maar hier en daar hoor ik ook folky fragmenten, terwijl de wijze waarop de spanning wordt opgebouwd weer doet denken aan de wat toegankelijkere postrock. 

Ik ben normaal gesproken helemaal niet zo gek op instrumentale tracks, maar ook zonder vocalen houdt Bert Dockx de aandacht makkelijk vast en slaagt hij er niet alleen in om spannende muziek te maken, maar overtuigt hij ook met wonderschoon en verrassend veelkleurig gitaarwerk. Het zorgt ervoor dat de instrumentale tracks net zo interessant en avontuurlijk zijn als de tracks met zang. 

Alle songs op het album hebben in eerste instantie een rustgevende uitwerking op de luisteraar, maar een stemmingswisseling hangt continu in de lucht. Deze stemmingswisseling blijft in de wat meer verstilde songs op het album uit, maar ook in deze songs hangt er een bijzondere spanning in de lucht. 

Naarmate het album vordert sleept de muzikant uit Antwerpen er steeds meer invloeden bij. Safe klinkt soms bluesy en soms jazzy, maar over het algemeen vloeien invloeden naadloos in elkaar over. Bert Dockx maakte Safe voor een belangrijk deel zelf, maar hier en daar wordt hij bijgestaan door leden van zijn bands, die het geluid verrijken met onder andere extra vocalen en bijzonder fraaie blazers in de slottrack Lonely Woman. 

Safe is een intiem en sfeervol album, dat bij mij het best tot zijn recht komt bij beluistering met de koptelefoon. Bij beluistering met de koptelefoon duiken steeds meer fraaie details op in de instrumentatie en hoor je hoe de Belgische muzikant op fraaie en knappe wijze een eigen muzikaal universum creëert. Een subtiel album als Safe sneeuwt in deze hectische tijden waarschijnlijk makkelijk onder, maar gun jezelf de intimiteit, subtiliteit en schoonheid van dit bijzondere album. Erwin Zijleman

De muziek van Bert Dockx is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Belgische muzikant: https://bertdockx.bandcamp.com/album/safe.


Safe van Bert Dockx is verkrijgbaar via de Mania webshop:



M Ross Perkins - E Pluribus M Ross

De Amerikaanse muzikant M Ross Perkins maakt op zijn tweede album E Pluribus M Ross muziek die ook vijftig jaar geleden gemaakt zou kunnen zijn, maar die geen moment achterhaald klinkt
E Pluribus M Ross van de Amerikaanse muzikant M Ross Perkins is een fraai staaltje huisvlijt. De muzikant uit Dayton, Ohio, deed op zijn tweede album alles zelf en maakt indruk een uitermate veelzijdig muzikant en producer. Het is een muzikant die zijn klassiekers kent, want wanneer E Pluribus M Ross uit de speakers komt waan je je in de late jaren 60 en vroege jaren 70. M Ross Perkins heeft zich laten inspireren door de allergrootsten uit deze periode en overtuigt met zeer melodieuze en prachtig ingekleurde popmuziek. Het is licht psychedelische popmuziek met een vaak wat Beatlesque karakter, maar het is zeker geen bloedeloze retro. Het levert een knap album met een flinke vleug nostalgie op.


Een lezer van deze BLOG adviseerde me onlangs om zeker te gaan luisteren naar het nieuwe album van de Amerikaanse muzikant M Ross Perkins. Dat album is deze week verschenen en het is een album dat ik niet graag gemist had. Ik was de naam M Ross Perkins nog niet eerder tegen gekomen, maar het is een muzikant uit Dayton, Ohio, die een jaar of zes geleden debuteerde met een titelloos album, dat volgens mij nauwelijks aandacht heeft getrokken. 

Dat album krijgt deze week een vervolg met het fraai getitelde E Pluribus M Ross, dat zeer in de smaak zal vallen bij liefhebbers van de grote singer-songwriters uit de late jaren 60 en vroege jaren 70. Denk hierbij in eerste instantie aan Harry Nilsson, maar vervolgens ook aan Emitt Rhodes, Brian Wilson, Ray Davies, John Lennon en Paul McCartney, om direct maar eens de allergrootsten te noemen. 

Nu wil ik M Ross Perkins zeker niet vergelijken met muzikanten die stuk voor stuk mogen pronken in de eregalerij van de popmuziek, maar als M Ross Perkins een jaar of vijftig geleden een album als E Pluribus M Ross had gemaakt, had hij er misschien wel tussen gestaan. Het is een eindeloze discussie of het nu makkelijker of juist lastiger is om vijf decennia later popliedjes te schrijven die niet hadden misstaan in de jaren 60 of 70, dus ik hou het er maar op dat het minstens even makkelijk of lastig is. 

M Ross Perkins laat op zijn nieuwe album horen dat hij de kunst van het schrijven van volstrekt tijdloze popliedjes met een jaren 60 en 70 gevoel tot in de perfectie beheerst. Het zijn popliedjes met zowel invloeden uit de Britse als de Amerikaanse popmuziek en het zijn popliedjes waarin een vleugje psychedelica vrijwel nooit ontbreekt. Zeker de wat Beatlesque popsongs op E Pluribus M Ross zijn van een bijzonder hoog niveau en het zijn ook nog eens songs waarvan je alleen maar heel erg vrolijk kan worden. 

M Ross Perkins is niet alleen een uitstekend songwriter, maar ook een getalenteerd muzikant, zanger en producer. De muzikant uit Dayton, Ohio, heeft op E Pluribus M Ross alle touwtjes in handen. Hij schreef alle songs, tekent voor alle instrumenten en de vocalen en produceerde het album ook nog eens zelf. E Pluribus M Ross is hiermee een buitengewoon knap staaltje huisvlijt. 

Nu hou ik zelf wel van muziek met flink wat invloeden uit een ver verleden en dat is ook wel nodig om echt te kunnen genieten van het tweede album van M Ross Perkins. Muziekliefhebbers die alles wat ook maar naar retro ruikt bestempelen als achterhaald en overbodig en die vooral op zoek zijn naar muzikale vernieuwing, vinden op E Pluribus M Ross waarschijnlijk maar heel weinig van hun gading. Voor muziekliefhebbers met een zwak voor wat muzikale nostalgie is het tweede album van M Ross Perkins echter bijna drie kwartier lang een traktatie. 

De Amerikaanse muzikant is er in geslaagd om een album te maken dat ook minstens vijftig jaar oud zou kunnen zijn, maar dat geen moment klinkt als achterhaald en overbodig. Alle instrumenten op het album klinken prachtig authentiek, met een hoofdrol voor heerlijk gitaarwerk, en ook de stuk voor stuk zeer melodieuze songs strelen genadeloos het oor. Er zijn op het moment meer muzikanten die dit soort muziek maken, maar zo goed als M Ross Perkins het doet op E Pluribus M Ross hoor ik het niet vaak. Erwin Zijleman

De muziek van M Ross Perkins is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse muzikant: https://mrossperkins.bandcamp.com/album/e-pluribus-m-ross.


E Pluribus M Ross  van M Ross Perkins is verkrijgbaar via de Mania webshop: