De tijd waarin Ryan Adams meerdere platen per jaar maakte (en soms ook nog uitbracht) ligt achter ons en hetzelfde geldt voor de tijd waarin alles dat de Amerikaanse singer-songwriter aanraakte onmiddellijk in goud veranderde of op zijn minst de hemel in werd geprezen.
Prisoner verschijnt ruim anderhalf jaar na de remake van Taylor Swift’s 1989 en wordt hier en daar stevig gekraakt.
Daar kon ik me bij eerste beluistering van de groots klinkende rock-track waarmee de plaat opent wel iets bij voorstellen, want nog nooit lag de muziek van Ryan Adams zo dicht bij die van zijn in artistiek opzicht normaal gesproken toch beduidend minder interessante bijna naamgenoot Bryan Adams.
Prisoner volgt op de periode waarin het huwelijk van Ryan Adams met zangeres Mandy Moore op de klippen liep en kan dus worden gezien als een break-up plaat. Dat is voor Ryan Adams niets nieuws, want ook zijn debuut Heartbreaker uit 2000 was natuurlijk een echte break-up plaat.
Waar Ryan Adams op Heartbreaker de pijn van een verloren liefde in soms bijna hartverscheurende rootssongs stopte, kiest de Amerikaan dit voor een, zeker voor zijn doen, behoorlijk gepolijst rockgeluid. Prisoner werd geproduceerd door niemand minder dan Don Was, die het geluid van Ryan Adams flink heeft opgepoetst. Het is een geluid waar ik bij de eerste luisterbeurten wel wat moeite mee had, al raakt Prisoner ook meer dan eens aan de laatste paar platen van Bruce Springsteen.
Nadat ik de nieuwe plaat van Ryan Adams wat vaker had gehoord, begon mijn mening echter te veranderen. Prisoner concentreert zich misschien vooral op rockmuziek en heeft een nogal gepolijst geluid, maar na enige tijd komt ook de pijn van Ryan Adams naar boven, winnen de songs flink aan kracht en hoor je toch ook steeds meer rootsmuziek op Prisoner.
Zeker bij beluistering met de koptelefoon hoor je hoe mooi Don Was het geluid op de plaat heeft opgebouwd en hoor je bovendien nog meer van het recentere werk van Springsteen (en is de vergelijking met Bryan Adams al lang naar de achtergrond verdwenen).
Zeker de meer ingetogen songs worden eigenlijk alleen maar mooier en intenser. Het is prachtig hoe Ryan Adams door de ziel snijdt met mondharmonica uithalen vol weemoed, het is prachtig hoe in zijn stem soms een van melancholie overlopende snik is te horen en het is prachtig hoe Don Was de gitaren omgeeft door atmosferische elektronische wolken. Tenslotte moet gezegd worden dat ook de grootse rocksongs op de plaat steeds lekkerder klinken.
Natuurlijk kan Ryan Adams beter er is Prisoner geen Heartbreaker, maar de Amerikaan heeft ook volop platen gemaakt die uiteindelijk veel minder memorabel waren dan deze nieuwe plaat na flink wat luisterbeurten. Prisoner wordt afwisselend bejubeld en verguisd. Ik kon even meevoelen met het laatste kamp, maar kies nu toch met volle overtuiging voor het eerste. Erwin Zijleman