Het is dit jaar 33 jaar geleden dat Elvis Costello debuteerde met My Aim Is True. De plaat werd in 1977 uiteraard in het hokje punk geduwd, maar is, zeker achteraf bezien, veel meer dan dat. Elvis Costello heeft zich de afgelopen decennia ontwikkeld tot een buitengewoon veelzijdig muzikant, die in meerdere genres uit de voeten kan. Persoonlijk heb ik echter lange tijd niet zo heel veel gehad met de muziek van de Brit (wat waarschijnlijk vooral aan mij ligt). Eigenlijk ben ik Elvis Costello pas gaan waarderen toen hij in 2004 The Delivery Man uitbracht; wat mij betreft een van de betere rootsplaten van het betreffende jaar. Ook sindsdien is mijn liefde voor de muziek van Elvis Costello zeker niet onvoorwaardelijk, al vond ik het samen met Allen Toussaint gemaakte The River In Reverse (2006) en het vorig jaar verschenen Secret, Profane & Sugarcane erg goed. Inmiddels is er al weer een plaat van Elvis Costello verschenen; als ik snel tel zijn 33e, National Ransom. Costello schudt de platen de afgelopen jaren met speels gemak uit zijn mouw en ook National Ransom is weer in een vloek en een zucht opgenomen. Naar verluid had Costello slechts 11 dagen nodig voor zijn nieuwe plaat, maar hij werd in de studio in Nashville dan ook wel omringd door gelouterde topkrachten onder wie producer T-Bone Burnett en muzikanten Marc Ribot, Buddy Miller en Leon Russell. Elvis Costello omarmde de Amerikaanse rootsmuziek gedurende zijn carrière een aantal malen, maar de laatste jaren lijkt hij een intieme en vaste relatie met het genre te hebben opgebouwd. Op National Ransom beperkt Costello zich niet tot een bepaald segment van de Amerikaanse rootsmuziek, maar bestrijkt hij het genre in de breedste zin van het woord. Folk, country, blues, jazz, bluegrass en rock ’n roll hebben allemaal een plekje gekregen op National Ransom en Costello schiet op deze plaat ook nog eens zo makkelijk door de tijd dat het er alle schijn van heeft dat de man de tijdmachine heeft uitgevonden. Het achteloze gemak waarmee Elvis Costello en zijn muzikale vrienden deze plaat uit de grond hebben gestampt heeft ook een keerzijde. Je vraagt je bij beluistering van National Ransom meer dan eens af of Costello niet gewoon lekker muziek aan het maken is met vrienden en eigenlijk nog veel beter kan. Het is een legitieme vraag die echter niets af doet aan de kwaliteit van National Ransom. National Ransom is een hele sterke plaat met een aantal 24 karaat songs. Hier en daar heb je het idee dat Costello niet het onderste uit de kan haalt, maar zo lang dit ook nog 16 of 18 karaat songs oplevert valt er als je het mij vraagt niets te klagen. National Ransom is over de hele linie misschien geen klassieker in het oeuvre van Elvis Costello, maar het is wel een plaat van een niveau dat maar zelden wordt bereikt. Niet over zeuren dus, maar gewoon genieten van deze zoveelste prachtplaat van een unieke muzikant. Erwin Zijleman