Lambchop werd in 1993 opgericht in Nashville, Tennessee, en is inmiddels dus hard op weg naar zijn 25e verjaardag.
Het heeft tot dusver een dozijn platen opgeleverd en het zijn allemaal platen van een bijzonder hoog niveau, waartussen het heel lastig kiezen is (mijn favorieten zijn Nixon uit 2000 en Is A Woman uit 2002, maar het verschil met alle andere platen is uiterst klein).
Lambchop is tegenwoordig wat minder productief dan in haar jongere jaren, waardoor we ruim vierenhalf jaar hebben moeten wachten op de opvolger van Mr. M uit 2012.
Lambchop ontwikkelde gedurende haar bestaan een uniek eigen geluid dat met een beetje fantasie is te omschrijven als rijk georkestreerde country. Het is een geluid waar de band op FLOTUS (For Love Often Turns Us Stil) van af stapt, want op haar nieuwe plaat klinkt Lambchop vooral anders. Heel anders zelfs.
FLOTUS valt op door een warm en organisch geluid, dat voor Lambchop begrippen behoorlijk sober gearrangeerd is. De warme en organische klanken met vooral invloeden uit de jazz en de R&B worden gecombineerd met subtiele elektronica, wat een aangenaam en smaakvol geluid oplevert dat zich over meerdere genres uitsmeert.
Hoewel FLOTUS in muzikaal opzicht een flink ander geluid heeft dan de vorige platen van de band, zit het grootste verschil in de vocalen. Kurt Wagner maakt op de nieuwe plaat van Lambchop gebruikt van elektronische hulpmiddelen en zet veelvuldig de Auto-Tune in. Dat laatste instrument wordt vooral gebruikt door popprinsessen die niet kunnen zingen, maar Kurt Wagner gebruikt de moderne technologie om meerdere klankkleuren uit zijn wat eenvormige strot te krijgen.
Het is een experiment dat Lambchop naast respect ook flink wat kritiek oplevert. Ik zie niet zelden zo sterk uiteenlopende recensies. De een vindt het prachtig, de ander vindt het bagger van de meest afgrijselijke soort, waarbij opvalt dat de Amerikaanse pers lyrisch is en de Europese pers uiterst kritisch.
Ik ben FLOTUS zelf pas gaan waarderen toen ik de plaat niet als Lambchop plaat beluisterde, maar als een op zichzelf staand werk. Ik ben nog steeds niet altijd gecharmeerd van de stemvervormingen op de plaat, maar in de meeste gevallen vind ik ze nu functioneel en perfect aansluiten op het bijzondere klankentapijt.
Het is een klankentapijt dat het uitstekend doet op kille avonden of donkere nachten en dat mij 70 minuten vermaakt en stiekem ook steeds meer intrigeert (en opvallend genoeg deels op dezelfde wijze als de ook vorige week verschenen plaat van Jim James). Toch weer een fascinerende stap van deze bijzondere band uit Nashville dus. Erwin Zijleman