13 augustus 2025

Review: Hayes Carll - We're Only Human

De Amerikaanse singer-songwriter Hayes Carll draait inmiddels al een jaar of twintig mee, maar lijkt alleen maar beter te worden, zoals ook weer is te horen op het in alle opzichten uitstekende We’re Ony Human
Door mijn focus op vrouwelijke singer-songwriters duurde het even voor ik de Texaanse muzikant Hayes Carll op het netvlies kreeg. Uiteindelijk lukte dit door zijn huwelijk met de door mij zeer geliefde Alison Moorer, maar Hayes Carll is meer dan de man van. Zijn vorige twee albums waren uitstekend en ook op het deze week verschenen We’re Only Human steekt de Amerikaanse muzikant weer in een goede vorm. Het nieuwe album van Hayes Carll is een zeer persoonlijk en voornamelijk ingetogen album, waarop zeer smaakvol wordt gemusiceerd en waarop de muzikant uit Nashville uitstekend bij stem is. De zeer aansprekende songs maken van ook We’re Only Human weer een topalbum in het genre.


De Amerikaanse singer-songwriter Hayes Carll kende ik een tijd lang alleen van naam (al dacht ik toen dat hij Carl Hayes heette) en vervolgens als de echtgenoot van Alison Moorer, die ik reken tot mijn favoriete zangeressen binnen de Amerikaanse rootsmuziek. Toen ik voor het eerst luisterde naar de muziek van Hayes Carll kwam ik er echter snel achter dat hij, net als zijn echtgenote, in muzikaal opzicht heel veel te bieden heeft. 

Ik was zeer gecharmeerd van What It Is uit 2019 en You Get It All uit 2021, twee uitstekende en wat mij betreft bovengemiddeld goede rootsalbums. Sindsdien was het helaas stil rond Hayes Carll en helaas ook rond Alison Moorer, wiens geweldige en zeer persoonlijke en indringende Blood in 2019 de onbetwiste nummer 1 in mijn jaarlijstje was, maar vooralsnog ook haar laatste album. 

Deze week keert Hayes Carll in ieder geval terug en ook met We’re Only Human heeft de Amerikaanse muzikant weer een prima album afgeleverd. Bij het lezen van de eerste recensies van het album kwam ik er achter dat het sinds 2021 niet helemaal stil is geweest rond Hayes Carll. Vorig jaar toerde hij met de Amerikaanse band The Band Of Heathens, wat onder de naam Hayes & Heathens ook nog een lekker klinkend album opleverde. 

Volgens mij zijn Hayes Carll en Alison Moorer nog steeds bij elkaar, maar in tegenstelling tot op de vorige twee albums, die ze produceerde, speelt Alison Moorer geen enkele rol op We’re Only Human. Hayes Carll produceerde zijn nieuwe album samen met Gordy Quist, de voorman van The Band Of Heathens, en nodigde voor zijn nieuwe album flink wat gastmuzikanten uit. 

Het zorgt voor een mooi geluid waarin de snareninstrumenten domineren en de pedal steel een voorname rol speelt. Hayes Carll heeft met We’re Only Human een introspectief album gemaakt met grotendeels ingetogen songs. In die ingetogen songs hoor je dat de van oorsprong Texaanse maar inmiddels in Nashville neergestreken muzikant beschikt over een uitstekende stem. Wanneer het geluid op het nieuwe album van Hayes Carll wat voller klinkt en de piano of het orgel een voorname rol speelt hoor je bijna een rootsy Bruce Springsteen op We’re Only Human en dat is wat mij betreft een compliment. 

Ik was zoals gezegd behoorlijk onder de indruk van de vorige twee albums van Hayes Carll, die ik niet alleen in muzikaal en vocaal opzicht bovengemiddeld goed vond, maar die wat mij betreft ook vol stonden met songs die er uit springen in het genre. Het is niet anders op het nieuwe album van de Amerikaanse muzikant, die wederom een serie zeer aansprekende songs heeft geschreven. 

Ik beluister het album bij voorkeur met de koptelefoon, want dan hoor je pas goed hoeveel zorg er is besteed aan het veelkleurige geluid op We’re Only Human. Het album is gemaakt met een flink aantal muzikanten, maar er is genoeg open ruimte in de muziek op het album, ook als Hayes Carll zijn stem heeft toegevoegd, maar er is ook ruimte voor een incidentele solo. 

Ook qua stijlen is het nieuwe album van de muzikant uit Nashville een veelzijdig album, want Hayes Carll kan overweg met songs die de grenzen van de Amerikaanse rootsmuziek opzoeken, maar kan ook traditioneel klinkende rootsmuziek maken. Het album is negen tracks prachtig, maar doet er nog een schepje bovenop in de slottrack waarin invloeden uit de gospel hoorbaar zijn en flink wat geweldige gastvocalisten Hayes Carll bijstaan. Het is een fraai slotakkoord van een uitstekend album. Erwin Zijleman


We're Only Human van Hayes Carll is verkrijgbaar via de Mania webshop:
LP (coloured), 29,99 euro
LP, 29,99 euro
CD, 16,99 euro



Best albums of 2025 so far: Jess Kerber - From Way Down Here

De eerste helft van het muziekjaar 2025 zit er al weer even op. Hoogste tijd om de balans op te maken met 15 albums die er voor mij op een of andere manier uit sprongen. Niet de albums die ik het meest heb beluisterd, deels ook niet de albums die mijn jaarlijstje gaan domineren over een maand of vijf, maar wel albums die me opvielen en dat nog steeds doen.

Helaas heeft bijna niemand het door, maar de Amerikaanse muzikante Jess Kerber heeft met het deze week verschenen From Way Down Here echt een wonderschoon debuutalbum afgeleverd, dat je moet horen
Jess Kerber uit Nashville, Tennessee, genoot haar opleiding aan het prestigieuze Berklee College of Music in Boston en ze kent bovendien haar klassiekers. Het is allebei te horen op haar debuutalbum From Way Down Here dat in alle opzichten kwaliteit ademt en af en toe flarden uit het verleden laat horen. Jess Kerber geeft een aantal van haar songs echter ook een bijzondere twist mee, wat van haar debuutalbum een onderscheidend album maakt. Dat onderscheidende karakter wordt nog wat versterkt door de bijzonder smaakvolle muziek op het album en zeker ook door de prachtige stem van Jess Kerber, die wat mij betreft een zeer memorabel debuutalbum heeft afgeleverd.



De muziekindustrie draait in Nashville, Tennessee, nog altijd op volle toeren, waardoor er iedere week kan worden gekozen uit meerdere prima albums. Ik beperkt me over het algemeen tot albums van vrouwelijke singer-songwriters, maar ook dan is er nog meer dan genoeg te kiezen. Probeer dus maar eens op te vallen in het enorme aanbod van het moment en dat lukt veel uitstekende muzikanten helaas niet. 

Ook het vorige week verschenen debuutalbum van de uit Nashville, Tennessee, afkomstige Jess Kerber stond tot dusver nog niet heel nadrukkelijk in de spotlights en dat is wat mij betreft jammer. De Amerikaanse muzikante, die overigens werd geboren in Louisiana, weet zich in de openingstrack van From Way Down Here te onderscheiden met een mooie en karakteristieke stem en doet dat in een aantal tracks die volgen ook nog met de inkleuring van haar songs. 

Laat ik bij de stem van Jess Kerber beginnen. Het is een mooie en warme stem, maar het is ook een stem met een ruw en emotioneel randje, die er voor zorgt dat haar debuutalbum direct de aandacht trekt. Het is een stem die anders klinkt dan de meeste andere stemmen in Nashville en het is een stem die mij echt heel goed bevalt. Het is bovendien een stem die niet direct lijkt op de stemmen die ik al ken, waardoor From Way Down Here direct mijn aandacht trok. 

Dat blijft Jess Kerber een album lang doen met haar stem, die soms flink expressief klinkt, maar die ook meer ingehouden kan klinken. De stem van de Amerikaanse muzikante wordt in de openingstrack van haar debuutalbum begeleidt door mooie klanken, die de track deels richting country en deels richting folk sturen. Jess Kerber had wat mij betreft nog negen van dit soort tracks op haar debuutalbum mogen zetten, maar dat heeft ze niet gedaan. 

De openingstrack van From Way Down Here past op zich prima in Nashville, maar in de tweede track op het album slaat de Amerikaanse muzikante een andere weg in. Het is een track die in eerste instantie neigt naar folktronica of in ieder geval folkpop, maar het is ook een track die langzaam maar zeker wordt voorzien van een steeds net wat spannender indie geluid. Het klinkt opeens totaal anders dan de andere muziek die momenteel in de Amerikaanse muziekhoofdstad wordt gemaakt en dat siert Jess Kerber. 

Door de eerste twee tracks op het album was ik eigenlijk al verkocht, maar de muzikante uit Nashville houdt het hoge niveau makkelijk een heel album vast. Ze blijft meestal wat dichter bij de folk en country die we kennen uit haar thuisbasis, maar door de bijzondere stem en de zeer smaakvolle klanken is From Way Down Here toch een wat atypisch album in het genre, zeker wanneer Jess Kerber plotseling toch weer buiten de lijntjes kleurt. 

Het is een album dat ik direct bij eerste beluistering prachtig vond, maar hoe vaker ik naar het debuutalbum van Jess Kerber luister hoe meer ik onder de indruk raak van haar songs, van de bijzonder smaakvolle instrumentatie en van haar emotievolle en bijzondere zang. 

Jess Kerber verdient alle lof voor dit fraaie debuutalbum, maar ook Will Orchard verdient krediet, want hij tekende voor een groot deel van de instrumentatie en de productie van het album, dat af en toe ook wel wat heeft van albums die in de jaren 70 werden gemaakt in het genre. Echt een aanrader dit debuutalbum dat helaas wat tussen wal en schip dreigt te vallen. Dat mag wat mij betreft niet gebeuren. Erwin Zijleman

De muziek van Jess Kerber is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse muzikante: https://jesskerber.bandcamp.com/album/from-way-down-here.



12 augustus 2025

Review: Siichaq - Catcher

Het valt nog niet mee om op te vallen binnen de indierock van het moment, maar de Amerikaanse muzikante Kennie Mason doet het met het debuutalbum van Siichaq, dat op een of andere manier toch anders klinkt
De Amerikaanse muzikante Kennie Mason uit Atlanta, Georgia, heeft Inuit wortels en laat die terug komen in de naam waaronder ze muziek uitbrengt. Met Catcher heeft Siichaq een prima debuutalbum opgeleverd. Het is een album dat op het eerste gehoor wat ruw en lo-fi klinkt, maar de songs van Siichaq blijken in veel gevallen ruwe diamanten. Kennie Mason heeft zich absoluut laten inspireren door indierock, shoegaze en dreampop uit de jaren 90, maar sluit op Catcher ook aan bij de indierock van het moment. Door het wat ruwe karakter van de songs weet de Amerikaanse muzikante zich wel te onderscheiden van haar concurrenten en Catcher is bovendien een album vol groeipotentie.



Siichaq is de band rond of een project van de Amerikaanse muzikante Kennie Mason, die met de naam van haar band of project (het is me op basis van de informatie die ik heb niet helemaal duidelijk) verwijst naar haar Inuit naam. De muzikante uit Atlanta, Georgia, debuteerde vorig jaar met de EP My Dog Ate My Patriotism en heeft deze week haar debuutalbum Catcher uitgebracht. 

Het is een debuutalbum dat makkelijk onder had kunnen sneeuwen zo midden in de zomer, maar gelukkig blijft de Amerikaanse muziekwebsite Paste ook tijdens de zomermaanden goed opletten en met interessante tips strooien. Paste heeft al jaren een fijne neus voor de betere indie albums en ook het debuutalbum van Siichaq weet het weer goed in te schatten. 

Bij eerste beluistering van Catcher was ik er zelf overigens nog niet helemaal uit en twijfelde ik zelfs even aan de tip van Paste. Het album klinkt absoluut lekker, maar de band rond Kennie Mason opereert in genres waarin de concurrentie moordend is en het niet meevalt om nog op te vallen. Dat laatste lukt de Amerikaanse muzikante wel aardig met een bij vlagen behoorlijk rammelend geluid en met een aantal songs die zeker bij eerste beluistering flink tegen de haren in strijken, maar is dat genoeg om een album zo aan te prijzen als Paste dat doet? 

Uiteindelijk moet ik de Amerikaanse muziekwebsite toch weer gelijk geven, want hoe vaker ik naar Catcher luister, hoe meer ik overtuigd raak van de muziek van Siichaq. Kennie Mason tekent op haar debuutalbum voor een half uur muziek en laat in dit half uur meerdere kanten van zichzelf horen. Het album opent met een wat gruizige lo-fi rocksong met een duidelijke jaren 90 vibe, maar wordt gevolgd door een song met vooral invloeden uit de indiepop van het moment. Het schuurt even dicht tegen Phoebe Bridgers aan, maar de muziek van Siichaq kan zomaar ontsporen in een bak herrie. 

Uiteindelijk convergeert de mix van invloeden wat en maakt Siichaq muziek met flink wat invloeden uit de dreampop en shoegaze. Catcher klinkt dan als een album dat Mazzy Star met een beetje fantasie zou kunnen hebben gemaakt, al is de muziek van Siichaq wel wat ruwer. Kennie Mason laat zich echter niet zomaar in een hokje duwen en schudt na een aantal wat ruwere tracks een suikerzoete popsong uit de mouw, waarin ze zich omringt met fraaie gitaarlijnen en flink wat strijkers. 

Op basis van het bovenstaande lijkt het misschien of Siichaq op Catcher van de hak op de tak springt, maar dat is zeker niet het geval. De muzikante uit Atlanta laat op haar debuutalbum een consistent geluid horen, maar zoekt binnen de genres die ze bestrijkt wel steeds de grenzen op. Op het eerste gehoor rammelt het wat, maar bij herhaalde beluistering blijkt dat er ook veel moois verstopt zit in de muziek op het Catcher. Kennie Mason overtuigt bovendien makkelijk als zangeres met een mooie stem, die op een aangename manier wat onvast kan klinken. 

Een half uur is snel om, maar het debuutalbum van Siichaq profiteert absoluut van meerdere keren horen. Ik was bij eerste beluistering zoals gezegd nog wat sceptisch, maar inmiddels ben ik behoorlijk gecharmeerd van het debuutalbum van Siichaq, dat op aangename wijze een brug slaat tussen gruizige rockmuziek uit de jaren 90 en de indierock van dit moment. Catcher van Siichaq bewijst bovendien nog maar eens dat ik tips van Paste altijd serieus moet nemen, want zeker wanneer het gaat om indierock heeft de Amerikaanse website het bijna altijd bij het juiste eind. Erwin Zijleman

De muziek van Siichaq is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse muzikante: https://siichaq.bandcamp.com/album/catcher.



Best albums of 2025 so far: Little Mazarn - Mustang Island

De eerste helft van het muziekjaar 2025 zit er al weer even op. Hoogste tijd om de balans op te maken met 15 albums die er voor mij op een of andere manier uit sprongen. Niet de albums die ik het meest heb beluisterd, deels ook niet de albums die mijn jaarlijstje gaan domineren over een maand of vijf, maar wel albums die me opvielen en dat nog steeds doen.

De Texaanse band Little Mazarn maakte drie jaar geleden al een geweldig album, maar het deze week verschenen Mustang Island is nog een stuk beter en verrast met een fascinerende combinatie van stijlen
Bij vluchtige beluistering lijkt Little Mazarn misschien de zoveelste band die zich laat inspireren door de Appalachen folk uit vervlogen tijden, maar de band uit Austin, Texas, is zeker niet blijven steken in het verleden. Invloeden uit oude folk worden immers op subtiele en soms net wat minder subtiele wijze gecombineerd met invloeden uit het heden. In muzikaal opzicht is Mustang Island een spannend album, wat een wonderschoon album wordt door de prachtige stem van Lindsey Verrill. Het is misschien even wennen aan het bijzondere geluid van Little Mazarn, maar als de Texaanse band je eenmaal te pakken heeft wordt hun nieuwe album alleen maar indrukwekkender.



De naam Little Mazarn kwam me bij het bestuderen van de lijsten met de nieuwe albums van deze week wel enigszins bekend voor, maar ook niet meer dan dat. Het archief van de krenten uit de pop bood gelukkig uitkomst, want in de herfst van 2022 besprak ik Texas River Song, het tweede album van wat toen nog een duo uit Texas was. 

Ik was er destijds behoorlijk positief over en dat begreep ik direct toen ik het album vorige week weer beluisterde, want Texas River Song van Little Mazarn is een bijzonder album. Het is een album dat begint bij de Appalachen folk uit het begin van de vorige eeuw en hier ook een tijdje blijft steken, maar Lindsey Verrill en Jeff Johnston slepen de folk van weleer op Texas River Song ook op subtiele wijze het heden in door allerlei subtiele accenten toe te voegen aan hun songs. 

Toen ik Texas River Song vorige week beluisterde was ik nog veel meer onder de indruk van het album dan bijna drie jaar geleden en was ik erg benieuwd naar het nieuwe album van de band uit Austin, Texas. Ik ben inmiddels aardig in de ban van Mustang Island, want op haar derde album heeft Little Mazarn het geluid van haar vorige album geperfectioneerd. 

Ook op Mustang Island beginnen Lindsey Verrill en Jeff Johnston, die volgens hun bandcamp pagina inmiddels Carolina Chauffe hebben toegevoegd als vast bandlid, bij de folk die lang geleden werd gemaakt in de Appalachen, toch redelijk ver verwijderd van Texas. Maar waar de band op het vorige album nog een tijd bleef hangen in de Appalachen folk van weleer, schuift het drietal nu vrij snel op richting het heden. 

Het levert fascinerende muziek op die zowel traditioneel als modern klinkt. Dat hoor je het best in de titeltrack die alle kanten op schiet en je van een spaghetti western meeneemt naar iets dat in de jaren 80 in het hokje new wave had gepast. In muzikaal opzicht klinkt Mustang Island een stuk voller dan Texas River Song. 

Op het vorige album waren de accenten die de songs van de band buiten de kaders van de folk sleepten nog behoorlijk subtiel, maar op Mustang Island zijn de synths en andere toegevoegde instrumenten soms een stuk zwaarder aangezet, al kan Little Mazarn ook uit de voeten met rustgevende en ambient achtige klanken. Het zijn klanken die een eigen karakter krijgen door de zingende zaag van Jeff Johnston, die de muziek op het album iets magisch geeft. 

Nog veel meer magie komt er van de prachtige stem van Lindsey Verrill, die nog een stuk mooier zingt dan op het vorige album en hier en daar fraai wordt ondersteund (ik vermoed door Caroline Chauffe, maar de credits die ik kan vinden zijn helaas wat onduidelijk). Het tilt het nieuwe album van Little Mazarn nog een flink stuk verder op wat mij betreft.

Mustang Island is een album dat heerlijk rustig voortkabbelt met mooie folky songs en prachtige zang, maar luister net wat beter en je hoort muziek vol bijzondere details. Heel af en toe doet het me wat aan The Handsome Family denken, maar meer dan een vluchtige associatie is het niet. 

Texas River Song kreeg drie jaar geleden niet heel veel aandacht en dat is vooralsnog niet anders voor het nieuwe album, maar ik zou iedereen met een hart voor bijzondere Amerikaanse rootsmuziek adviseren om hier eens naar te luisteren. Little Mazarn slaagt er op Mustang Island in om een bijzonder eigen geluid te creëren en het is een in alle opzichten prachtig geluid. Erwin Zijleman

De muziek van Little Mazarn is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse band: https://littlemazarn.bandcamp.com/album/mustang-island.


Mustang Island van Little Mazarn is verkrijgbaar via de Mania webshop:



11 augustus 2025

Best albums of 2025 so far: Snowpoet - Heartstrings

De eerste helft van het muziekjaar 2025 zit er al weer even op. Hoogste tijd om de balans op te maken met 15 albums die er voor mij op een of andere manier uit sprongen. Niet de albums die ik het meest heb beluisterd, deels ook niet de albums die mijn jaarlijstje gaan domineren over een maand of vijf, maar wel albums die me opvielen en dat nog steeds doen.

Snowpoet uit Londen heeft al een aantal bijzonder mooie en spannende albums op haar naam staan, maar met het net wat toegankelijkere en wederom wonderschone Heartstrings legt de band de lat nog wat hoger
De eerste twee albums van de Londense band Snowpoet heb ik gemist, het derde album ontdekte ik bij toeval en ook het deze week verschenen vierde album van de band rond Lauren Kinsella en Chris Hyson had ik zomaar kunnen missen. Het zou doodzonde zijn geweest, want ook het vierde album van de Britse band is echt prachtig. Het is een album dat niet goed in een hokje past, dat continu de fantasie prikkelt met even mooie als bijzondere klanken, dat een serie bedwelmend mooie songs bevat en dat ook nog eens betovert met de bijzonder mooie stem van Lauren Kinsella. Het is een album dat ik de komende tijd intens ga koesteren en dat zouden echt veel meer mensen moeten doen.



Wait For Me, het derde album van het Britse band Snowpoet, verscheen aan het begin van 2021 in een week met een absurd aantal interessante nieuwe albums. Ik selecteerde het album in eerste instantie niet voor een plekje op de krenten uit de pop, maar het album bleef me intrigeren en uiteindelijk besprak ik Wait For Me van Snowpoet een paar weken later alsnog. 

Het album van de band rond zangeres Lauren Kinsella en toetsenist Chris Hyson klonk anders dan alle andere albums van dat moment en betoverde en verwonderde met avontuurlijke maar ook wonderschone muziek. Het kleurde prachtig bij de al even mooie en bijzondere stem van Laura Kinsella, die zich in de unieke mix van folk, jazz en avant-garde als een vis in het water voelde. Met deze drie genres deed ik de muziek van Snowpoet overigens nog flink tekort en ook het aangedragen vergelijkingsmateriaal bleef niet lang houdbaar. 

Een oplettende lezer wees me op het deze week verschenen nieuwe album van Snowpoet, Heartstrings. Ik ben deze lezer zeer dankbaar, want ook het nieuwe album van de band uit Londen is weer van een bijzondere schoonheid. De band rond Lauren Kinsella en toetsenist Chris Hyson vertrouwt op haar vierde album deels op de ingrediënten die we kennen van het vorige album, maar slaat ook nieuwe wegen in.

Lauren Kinsella bedwelmt en betovert je vrijwel onmiddellijk met haar bijzonder mooie stem, die ook dit keer wordt gecombineerd met zeer mooie en sfeervolle klanken. Piano en synths spelen de hoofdrol in de muziek op Heartstrings, maar de subtiel en jazzy spelende ritmesectie mag zeker niet onvermeld blijven en dat geldt ook voor de trefzekere accenten van de saxofoon. 

De muziek van Snowpoet doet ook op Heartstrings jazzy aan, maar ook invloeden uit de folk en de pop spelen een belangrijke rol op een album dat je met geen enkel etiket recht doet. De muziek van de band uit Londen is nog altijd complex en fantasierijk, maar het label avant-garde is wat mij betreft niet langer van toepassing. Snowpoet tovert op haar nieuwe album immers ook de ene na de andere prachtige song uit de hoge hoed en het zijn songs die zich makkelijk opdringen en even makkelijk blijven hangen. 

De band nam haar nieuwe album zo goed als live in de studio op, wat heeft gezorgd voor een toegankelijker geluid, al mocht er ook flink geïmproviseerd worden. Het is een zich redelijk langzaam voortslepend geluid dat is volgestopt met subtiele accenten en hier en daar met meerdere lagen van de mooie stem van Lauren Kinsella. 

De muziek van Snowpoet heeft soms een bijna bedwelmende uitwerking, maar biedt ook de perfecte soundtrack voor de rustige start van een mooie lentedag. Heartstrings is misschien wat minder spannend dan het vorige album van Snowpoet, maar persoonlijk vind ik het wat toegankelijkere geluid op het nieuwe album net wat mooier en zeker niet minder interessant. 

Luister met volledige aandacht naar het nieuwe album van Snowpoet en je blijft je verbazen over de subtiliteit en pracht van de muziek op Heartstrings, die het oor streelt maar ook de fantasie prikkelt. Minstens even mooi en subtiel is de stem van Lauren Kinsella die fraai ingetogen zingt, maar je ook maar blijft betoveren met loepzuivere noten. 

Wait For Me van Snowpoet kreeg in 2021 echt veel te weinig aandacht en ook Heartstrings zal niet veel aandacht krijgen, maar iedereen die dit album een kans geeft ontdekt een album van een unieke schoonheid en kracht. Wat ben ik blij dat ik dit bijzondere album niet heb gemist. Erwin Zijleman

De muziek van Snowpoet is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Britse band: https://snowpoet.bandcamp.com/album/heartstrings.


Heartstrings van Snowpoet is verkrijgbaar via de Mania webshop:



Review: Rachel Baiman + Viv & Riley - Kissing Other ppl

De Amerikaanse muzikanten Rachel Baiman, Vivian Leva en Riley Calcagno (Viv & Riley) bundelen de krachten op Kissing Other ppl, wat een bijzonder fraai rootsalbum met veel speelplezier en wonderschone harmonieën oplevert
Ik hoor niet heel vaak dat een muzikanten on the road de samenwerking zoeken met hun support act, maar de Amerikaanse singer-songwriter Rachel Baiman deed het en wist haar support act Viv & Riley te verleiden tot een gezamenlijk album. Het zijn drie muzikanten die ik gezien hun albums uit het verleden hoog heb zitten en ook Kissing Other ppl stelt geen moment teleur. Je hoort het plezier dat de drie hadden in de woonkamer van de producer van het project en je hoort bovendien dat hun stemmen prachtig bij elkaar passen. Voor het album van het drietal werden een aantal songs van andere geselecteerd, maar Rachel Baiman + Viv & Riley maken er hun eigen songs van op dit prachtige album.



No Depression was halverwege de jaren 90 een legendarisch muziektijdschrift dat vooral gericht was op het destijds nieuwe genre alt-country en niet voor niets (onder andere) is vernoemd naar het legendarische debuutalbum van de Amerikaanse band Uncle Tupelo. Het tijdschrift bestaat alleen nog online en is tegenwoordig meer gericht op wat traditionelere Amerikaanse rootsmuziek. Ik hou de website van het tijdschrift nog altijd goed in de gaten, want zo af en toe komt er een interessant album voorbij dat verder nauwelijks aandacht krijgt. 

Dat gebeurde ook de afgelopen week met een bijzonder mooi album van drie muzikanten die ik heel hoog heb zitten. Ik ben zeer gecharmeerd van alle albums van de uit Nashville, Tennessee, afkomstige singer-songwriter Rachel Baiman en ook het soloalbum van Vivian Leva en de twee albums die ze maakte met Riley Calcagno konden rekenen op mijn sympathie. 

Op Kissing Other ppl heeft Rachel Baiman de krachten gebundeld met Vivian Leva en Riley Calcagno, die sinds enkele jaren muziek maken onder de naam Viv & Riley. Het is een samenwerking die wat mij geweldig uitpakt, want het debuutalbum van Rachel Baiman + Viv & Riley is een zeer fraaie aanvulling op beider oeuvres en kan zich meten met de betere rootsalbums van de laatste tijd.

Het idee voor een gezamenlijk album ontstond tijdens de tour die volgde op het laatste album van Rachel Baiman, die Viv & Riley vroeg als support act. Tijdens het reizen tussen de verschillende podia kwam het gesprek op favoriete songs van anderen en tijdens het spelen hiervan bleken de stemmen van de drie prachtig te blenden en uiteindelijk zo mooi dat het zonde was om er niets mee te doen. 

De drie trokken voor hun gezamenlijke album naar de studio van producer Greg D. Griffith op het platteland van Connecticut. De studio werd uiteindelijk echter nauwelijks gebruikt, want het grootste deel van de songs op Kissing Other ppl werd opgenomen in de woonkamer van de Amerikaanse producer. 

Kissing Other ppl bevat uitsluitend songs van anderen, waaronder songs van Lennon Stella, Wilco, Songs: Ohia, Dr. Dog, Joan Armatrading en Dottie West. Het zijn songs die vrij sober, maar ook bijzonder mooi zijn ingekleurd met vooral gitaren, banjo en viool, met hier en daar wat fraaie uithalen op de elektrische gitaar van Rachel Baiman. Het zijn songs die behoorlijk traditioneel klinken met vooral invloeden uit de Appalachen folk en bluegrass, maar de muziek van Rachel Baiman + Viv & Riley klinkt ook fris. 

Rachel Baiman, Vivian Leva en Riley Calcagno beschikken alle drie over een prachtige sten en wisselen de leadzang af op Kissing Other ppl. Ik heb een voorkeur voor de songs waarin Rachel Baiman en Vivian Leva het voortouw nemen, maar ook de songs waarin Riley Calcagno de leadzang voor zijn rekening neemt zijn prachtig, al is het maar omdat Rachel Baiman en Vivian Leva tekenen voor prachtige harmonieën. De harmonieën op het hele album zijn prachtig en dragen stevig bij aan de hoge kwaliteit van KIssing Other ppl. 

Het is maar de vraag of de samenwerking tussen de drie een vervolg gaat krijgen, maar de songs op Kissing Other ppl smaken zeker naar meer. Het doet af en toe wel wat denken aan de muziek die Gillian Welch en David Rawlings maken, maar de extra vrouwenstem op het debuutalbum van Rachel Baiman + Viv & Riley heeft absoluut meerwaarde. Wat ben ik blij dat ik wekelijks even kijk op de website van No Depression, want anders had ik dit bijzonder mooie album met een klein half uur vocale pracht zomaar kunnen missen. Erwin Zijleman

De muziek van Rachel Baiman + Viv & Riley is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van het project: https://kissingotherppl.bandcamp.com/album/kissing-other-ppl-3.



10 augustus 2025

Best albums of 2025 so far: Avery Anna - let go letters

De eerste helft van het muziekjaar 2025 zit er al weer even op. Hoogste tijd om de balans op te maken met 15 albums die er voor mij op een of andere manier uit sprongen. Niet de albums die ik het meest heb beluisterd, deels ook niet de albums die mijn jaarlijstje gaan domineren over een maand of vijf, maar wel albums die me opvielen en dat nog steeds doen.

De jonge Amerikaanse muzikante Avery Anna leverde vorig jaar met Breakup Over Breakfast een debuutalbum vol belofte af en maakt deze belofte meer dan waar op haar echt uitstekende tweede album let go letters
Avery Anna heeft niet de tijd genomen voor haar tweede album, want nog geen jaar na haar debuutalbum is ze al weer terug met een tweede album. Het is een album waarop de nog altijd piepjonge Amerikaanse muzikante reuzenstappen zet. Op let go letters laat Avery Anna horen dat ze uit de voeten kan met bijzonder lekker in het gehoor liggende pop en rock songs, maar dat ze misschien nog wel makkelijker overtuigt in songs waarin ze opschuift richting country en countrypop. Het tweede album van Avery Anna is een album waarvoor de groten in de country en de pop zich niet zouden schamen, waardoor het alleen maar een kwestie van tijd kan zijn voor Avery Anna zelf een ster is.



De Amerikaanse muzikante Avery Anna (Rhoton) zette als tiener filmpjes op TikTok, waarop ze zittend in een badkuip songs van anderen vertolkte. Het leverde haar een verrassend groot publiek op en de basis voor een carrière in de muziek. Die carrière begon voor mij pas met het vorig jaar zomer verschenen debuutalbum van Avery Anna. 

Op Breakup Over Breakfast maakte de pas twintig jaar oude muzikante uit Nashville, Tennessee, wat mij betreft indruk met een lekker in het gehoor liggende mix van country, pop en rock. In haar songs stond Avery Anna stil bij het einde van een liefdesrelatie in persoonlijke teksten en liet ze wat mij betreft ook horen dat ze een prima zangeres is. 

Op Breakup Over Breakfast viel echt nog wel wat aan te merken, maar ik hoorde absoluut de belofte van de jonge Amerikaanse muzikante en voorspelde haar op basis van haar debuutalbum alvast een hele mooie toekomst in de countrypop of in de pop. Avery Anna komt verrassend snel na haar debuutalbum met een tweede album op de proppen, want deze week is haar tweede album let go letters verschenen. 

De titel van het album verwijst naar de brieven die haar fans achter kunnen laten na de concerten van Avery Anna en waarin ze psychische en sociale problemen van zich af kunnen schrijven. Ik heb geen idee hoe populair Avery Anna inmiddels in de Verenigde Staten is, maar gezien de aandacht voor haar tweede album in de eerste week na de release verwacht ik niet dat ze al heel groot is. 

Dat moet haast wel gaan veranderen nu, want met let go letters heeft de jonge Amerikaanse muzikante een album afgeleverd dat een heel groot publiek aan moet kunnen spreken. Op haar tweede album gaat Avery Anna verder waar haar debuutalbum Breakup Over Breakfast nog geen jaar geleden ophield, maar waar haar debuutalbum wat mij betreft vooral belofte liet horen, hoor ik op let go letters heel veel talent. 

Ook op haar tweede album kan de muzikante uit Nashville uit de voeten met country, met pop en rock en met countrypop. Het album bevat een aantal zeer aanstekelijke uptempo songs, zoals de uitstekende en lekker stevige single Mr. Predictable, maar Avery Anna neemt op haar tweede album ook met grote regelmaat gas terug en schuift dat flink op richting de Amerikaanse rootsmuziek. Van mij hoeft Avery Anna niet te kiezen tussen pop, rock en country, want in alle genres kan ze uitstekend uit de voeten. 

Ik was vorig jaar al gecharmeerd van de zang van de Amerikaanse muzikante, maar op haar tweede album is ze veel beter gaan zingen. In de uptempo tracks zingt Avery Anna met lekker veel power, maar ze zingt nog veel beter in de meer ingetogen songs en passages, waarin ze ook veel gevoel legt in haar stem. De uitersten liggen best veel uit elkaar op let go letters, maar de stem van Avery Anna is de verbindende factor. 

Liefhebbers van Amerikaanse rootsmuziek moeten misschien even wennen aan de popsongs waarmee het album opent, terwijl liefhebbers van pop het tweede deel van het album misschien net wat te veel country vinden, maar liefhebbers van beide genres, zoals ik, vinden op let go letters van Avery Anna echt heel veel moois. 

Het doet me af en toe wel wat denken aan de muziek van Megan Moroney, die twee jaar achter elkaar de top 5 van mijn jaarlijstje haalde. Het zou me niet verbazen als het tweede album van Avery Anna dit jaar een hoge notering gaat halen in mijn jaarlijstje, want let go letters is echt een ijzersterk album. Erwin Zijleman



Review: Ada Lea - when i paint my masterpiece

De Canadese singer-songwriter Ada Lea leverde de afgelopen jaren al twee geweldige maar helaas zwaar onderschatte albums af en voegt er deze week met het wederom uitstekende when i paint my masterpiece nog een aan toe
Bij Ada Lea weet je tot dusver niet waar je aan toe bent. Haar tweede album one hand on the steering wheel the other sewing a garden klonk anders dan haar debuutalbum what we say in private en ook het deze week verschenen derde album when i paint my masterpiece klinkt weer anders dan zijn voorgangers. Ada Lea kiest dit keer voor wat minder pop en rock en voor wat meer folk, maar ze schrijft nog altijd lekker eigenwijze popsongs, die zich makkelijk weten te onderscheiden van de grauwe middelmaat. Een album van Ada Lea moet je altijd een paar keer horen voor het kwartje valt, maar hierna is ook de verleiding van when i paint my masterpiece weer meedogenloos.



Het deze week verschenen when i paint my masterpiece is alweer het derde album van de Canadese singer-songwriter Ada Lea. Ik was in 2019 zeer te spreken over haar debuutalbum what we say in private en was twee jaar later nog wat meer onder de indruk van haar tweede album one hand on the steering wheel the other sewing a garden, dat zelfs de top 25 van mijn jaarlijstje haalde. 

Dat Ada Lea niet van hoofdletters houdt zal inmiddels duidelijk zijn, maar verder kan het bij de muzikante uit het Canadese Montreal alle kanten op. Haar debuutalbum what we say in private omschreef ik als een album dat je constant op het verkeerde been zet. Het is een album dat vooral werd omschreven als lo-fi indiepop en indierock, maar daarmee doe je knappe album van Ada Lea echt tekort. 

Het tweede album van de Canadese muzikante omschreef ik als een album vol verrassingen, maar ik noemde one hand on the steering wheel the other sewing a garden ook een album dat af en toe deed denken aan de albums van Phoebe Bridgers, maar het volgende moment totaal niet. 

Naar aanleiding van de release van het derde album heb ik beide albums nog eens beluisterd en ik was direct weer onder de indruk van de zang, het gitaarwerk en de songs van Ada Lea. Dat was ik ook bij beluistering van haar nieuwe album, waarop het alter ego van Alexandra Levy wederom weet te verrassen met een toch weer flink ander geluid. 

De al dan niet lo-fi indiepop en indierock van de eerste twee albums is op when i paint my masterpiece verruild voor een meer folky geluid. Ada Lea werkt op haar derde album samen met producer Luke Temple en met muzikanten uit haar vaste band. De 16 songs op when i paint my masterpiece werden live opgenomen, waarbij niet werd gestreefd naar perfectie. 

Ada Lea kiest op haar nieuwe album zoals gezegd voor een meer folky geluid, maar binnen dit stempel kan het nog altijd meerdere kanten op. Zo opent when i paint my masterpiece met uiterst ingetogen akoestische folksongs, waarin er niet veel meer is te horen dan een akoestische gitaar en de stem van Ada Lea. De Canadese muzikante zingt in deze folksongs anders dan op haar vorige albums. De zang is wat expressiever, terwijl de instrumentatie juist wat gas terugneemt. 

Wanneer de songs net wat voller zijn ingekleurd past het label folkrock op de songs van Ada Lea, maar je hoort ook nog met grote regelmaat elementen uit de indierock in haar songs. Ik moest er met het briljante one hand on the steering wheel the other sewing a garden nog in het geheugen wel even aan wennen, maar ook dit keer had Ada Lea me vrij snel te pakken met haar songs. 

Door het live opnemen van de songs en het accepteren van een schoonheidsfoutje hier en daar klinkt ook when i paint my masterpiece weer wat lo-fi, maar het is wel lo-fi in combinatie met geweldige popsongs met een vleugje Bob Dylan. Zeker de wat toegankelijkere songs op het album beschikken wat mij betreft over de potentie om een groter publiek aan te spreken dan Ada Lea tot dusver aan zich weet te binden, maar gelukkig heeft de muzikante uit Montreal ook haar eigenzinnigheid en veelzijdigheid behouden. 

Nu struikel je tegenwoordig bijna over eigenzinnige vrouwelijke muzikanten in het indie segment, maar Ada Lea heeft iets bijzonders. Ik moest bij de eerste keer horen zoals gezegd wennen aan when i paint my masterpiece, maar het album wordt me, net als zijn voorgangers, echt steeds dierbaarder. Het blijft een bijzondere muzikante deze Ada Lea. Erwin Zijleman

De muziek van Ada Lea is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Canadese muzikante: https://adaleamusic.bandcamp.com/album/when-i-paint-my-masterpiece.


when i paint my masterpiece van Ada Lea is verkrijgbaar via de Mania webshop:



09 augustus 2025

Best albums of 2025 so far: Lael Neale - Altogether Stranger

De eerste helft van het muziekjaar 2025 zit er al weer even op. Hoogste tijd om de balans op te maken met 15 albums die er voor mij op een of andere manier uit sprongen. Niet de albums die ik het meest heb beluisterd, deels ook niet de albums die mijn jaarlijstje gaan domineren over een maand of vijf, maar wel albums die me opvielen en dat nog steeds doen. 

Het is bijzondere muziek die de Amerikaanse muzikante Lael Neale maakt en ook op haar vierde album overtuigt ze makkelijk met even minimalistische als bedwelmende klanken en haar eigenzinnige zang
Lael Neale maakte vier jaar geleden indruk met het tijdens de coronapandemie gemaakte Acquainted With Night en deed hetzelfde met het in 2023 uitgebrachte Star Eaters Delight. Het is niet de makkelijkste muziek die de Amerikaanse muzikante maakt en ook haar stem zal niet bij iedereen in de smaak vallen, maar het is ook muziek die bijzondere dingen met je kan doen als je vatbaar bent voor de bijzondere sfeer die Lael Neale creëert op haar albums. Het is muziek die doet denken aan de muziek die in de jaren 60 werd gemaakt, maar Altogether Stranger is ook een album dat opvalt tussen de albums uit het heden. Het is allemaal niet makkelijk misschien, maar ik heb een ongelooflijk zwak voor dit album.



De Amerikaanse singer-songwriter Lael Neale klonk op haar debuutalbum I’ll Be your Man uit 2015 als een singer-songwriter uit de jaren 70. Ze had de pech dat er op dat moment heel veel jonge vrouwelijke singer-songwriters met een voorliefde voor muziek uit de jaren 70 rondliepen, waardoor het album ten onrechte nauwelijks aandacht kreeg. 


Ik maakte zelf kennis met de muziek van Lael Neale toen ze aan het begin van 2021 het album Acquainted With Night uitbracht. Het is een album dat ze vanwege de coronapandemie niet in haar thuisbasis Los Angeles maakte, maar op het platteland van Virginia waar ze opgroeide en waar ze zich opsloot met haar omnichord, die het geluid op het album, dat vaak een jaren 60 sfeer had, voor een belangrijk deel bepaalde. 

Het bezwerende en soms wat desolaat klinkende folkalbum werd twee jaar geleden gevolgd door het uitstekende Star Eaters Delight, dat mijn jaarlijstje haalde. Het is een album dat net wat voller klonk dan zijn voorganger en zich, mede door de inzet van flink wat elektronica, ook met grote regelmaat buiten de grenzen van de folk begaf. In mijn omgeving was zeker niet iedereen gecharmeerd van de stem van de Amerikaanse muzikante, maar ik kon zelf goed overweg met haar bijzondere zang. 

Lael Neale is na de nodige omzwervingen weer terecht gekomen in Los Angeles, waar ze met name in de vroege ochtenduren haar vierde album opnam. Het is een album dat zeker in het verlengde ligt van zijn voorgangers en absoluut het unieke stempel van Lael Neale draagt. 

Ook op Altogether Stranger is de muziek van de Amerikaanse muzikante dromerig en sfeervol, maar ook altijd wat minimalistisch en lo-fi. Lael Neale omringt zich nog altijd voor een belangrijk deel door ouderwets klinkende elektronica, waaronder de omnichord en de Mellotron. Het geeft haar muziek een licht psychedelische jaren 60 en The Velvet Underground vibe, maar Lael Neale klinkt ook nog altijd als een folkie uit dezelfde periode. 

Van haar soms wat onvaste en hoge stem moet je houden, maar als je gevoelig bent voor de vocale verleiding van de muzikante uit Los Angeles is deze behoorlijk meedogenloos. Altogether Stranger bevat ruim een half uur muziek en het is een half uur muziek die je meesleept naar andere werelden en tijden. 

Het is knap hoe Lael Neale met bescheiden middelen haar eigen muzikale universum weet te creëren en muziek maakt die op hetzelfde moment in het verleden en in het heden staat. Wat nog knapper is, is dat de songs van de muzikante uit Los Angeles alleen maar mooier worden wanneer ze haar muziek nog wat minimalistische maakt. 

Een eenvoudige drummachine, een repeterend pianoakkoord of wat zweverige synths, alle middelen die Lael Neale inzet hebben een maximaal effect. Luister maar eens naar het eenvoudige maar werkelijk prachtige Tell Me How To Be There en je begrijpt precies wat ik bedoel. Altogether Stranger bevat meer van dit soort songs en met name op het tweede deel van het album dringen de songs zich stevig op. 

Ik moet altijd even wennen aan de muziek van Lael Neale maar uiteindelijk zijn de vorige twee albums van de Amerikaanse muzikante me zeer dierbaar geworden. Het lijkt nog wat sneller te gebeuren met Altogether Stranger, dat ik daarom nog wat hoger aansla dan de vorige albums van Lael Neale. Aanrader dus. Erwin Zijleman

De muziek van Lael Neale is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse muzikante: https://laelneale.bandcamp.com/album/altogether-stranger.


Altogether Stranger van Lael Neale is verkrijgbaar via de Mania webshop:



Review: Ethel Cain - Willoughby Tucker, I'll Always Love You

Na het niet erg toegankelijke Perverts komt de Amerikaanse muzikante Ethel Cain op de proppen met Willoughby Tucker, I'll Always Love You, dat zowel in muzikaal als in tekstueel opzicht meer lijkt op haar zo imponerende debuutalbum
Ethel Cain maakte in 2022 met Preacher’s Daughter een album dat best een meesterwerk mag worden genoemd. Begin dit jaar verscheen opvolger Perverts, maar dit bleek een lastig te doorgronden album met slechts een zeer beperkt aantal aansprekende songs. Ethel Cain gooit er met Willoughby Tucker, I'll Always Love You nog een album achteraan en dit levert wel hetgeen waarop iedereen die Preacher’s Daughter koestert had gehoopt. Het is wederom een aardedonker album met vooral lange songs. Het zijn songs die flink af kunnen dwalen, maar het zijn ook songs die verrassen met uiteenlopende invloeden en echt prachtige zang. Het is met vijf kwartier muziek een lange zit, maar wat valt er veel moois te ontdekken.



Het is een druk jaar voor de fans van de Amerikaanse muzikante Ethel Cain. Eerder dit jaar verscheen immers haar tweede album Perverts, vlak voor de zomer werd haar debuutalbum Preacher’s Daughter op vinyl uitgebracht en in oktober staat ze twee keer in een uitverkocht TivoliVredenburg. Alsof het nog niet genoeg is verschijnt deze week nog een album van Ethel Cain, Willoughby Tucker, I'll Always Love You. 

Terug naar het voorjaar van 2022 toen Preacher’s Daughter, het debuutalbum van het alter ego van Hayden Silas Anhedönia, verscheen. Het album kwam voor mij als een donderslag bij heldere hemel en groeide uiteindelijk uit tot een van de mooiste en meest indrukwekkende albums van 2022. Preacher’s Daughter maakt vijf kwartier indruk met zich langzaam voortslepende en aardedonkere songs. Het is een album met een bijna beklemmende sfeer, maar ook een album dat je af en toe op het verkeerde been zet met een bijna aanstekelijke popsong of juist met aardedonkere passages met loodzwaar gitaarwerk. 

Preacher’s Daughter eindigde in 2022 hoog in mijn jaarlijstje, maar het album is me sindsdien alleen maar dierbaarder geworden. Dat laatste geldt ook wel voor het eerder dit jaar verschenen Perverts, dat ik inmiddels meer waardeer dan bij de release, maar op Perverts mis ik een groot deel van de tijd de popsongs met een kop en een staart, die Preacher’s Daughter zo indrukwekkend maakten. 

Het deze week verschenen Willoughby Tucker, I'll Always Love You lijkt in meerdere opzichten weer meer op het debuutalbum van Ethel Cain. De Amerikaanse muzikante houdt niet van korte albums, want na de vijf kwartier van Preacher’s Daughter en het anderhalf uur van Perverts komt Ethel Cain wederom met vijf kwartier muziek op de proppen. 

Ethel Cain vertelt op Preacher’s Daughter het beklemmende verhaal van een meisje dat wordt misbruikt in een streng religieuze gemeenschap, wegloopt, in verkeerde handen valt en uiteindelijk het leven laat. Willoughby Tucker, I'll Always Love You vertelt het verhaal dat hier aan vooraf gaat, waardoor het in tekstueel opzicht de prequel van Preacher’s Daughter is. 

Ook in muzikaal opzicht zijn de twee albums verwant. Waar op Perverts vooral duistere drones waren te horen, staan op Willoughby Tucker, I'll Always Love You de songs met een kop en een staart centraal. Het zijn zich langzaam voortslepende en over het algemeen spaarzaam ingekleurde songs, al is een uitbarsting bij Ethel Cain nooit ver weg, wat haar songs voorziet van een bijzondere onderhuidse spanning. 

Willoughby Tucker, I'll Always Love You is een album dat niet heel goed past bij de zomerse dagen van het moment, want Ethel Cain maakt wederom donkere muziek die het daglicht nauwelijks kan verdragen. De songs op het album zijn deels akoestisch ingekleurd, maar dikke lagen ijle synths en al even dikke lagen met gruizige gitaren zijn nooit heel ver weg. 

De mix van invloeden is ook dit keer bont met inspiratie uit de slowcoew, folk, country, shoegaze en een vleugje metal. Ethel Cain neemt de tijd voor de songs op Willoughby Tucker, I'll Always Love You, die lange instrumentale passages zeker niet schuwen, waardoor uiteindelijk een substantieel deel van het album instrumentaal is. Toch is Willoughby Tucker, I'll Always Love You, veel meer dan Perverts, een album met redelijk toegankelijke songs. 

De muziek op het album is echt prachtig, maar de ware betovering komt ook dit keer van de echt wonderschone stem van Ethel Cain, die kan klinken als een zwaar gedeprimeerde Lana del Rey, maar die ook indruk maakt met betoverend mooie passages. Het is een stem die op Perverts te vaak werd gemist, maar die gelukkig terug is. Perverts viel me uiteindelijk toch tegen, maar Willoughby Tucker, I'll Always Love You is van een bijzondere schoonheid. Erwin Zijleman


Willoughby Tucker, I'll Always Love You van Ethel Cain is verkrijgbaar via de Mania webshop:


08 augustus 2025

Review: Zandi Holup - Wildflower

Liefhebbers van wat traditioneler aandoende folk en country en van een vrouwenstem die je bij de strot grijpt moeten onmiddellijk gaan luisteren naar Wildflower, het indrukwekkende debuutalbum van de Amerikaanse muzikante Zandi Holup
Op basis van de foto op de cover van Wildflower had ik een wat zoet countrypop album verwacht, waarop de pop het makkelijk wint van de country. Schijn bedriegt, want het debuutalbum van Zandi Holup is geen countrypopalbum en al helemaal geen zoet album. De jonge Amerikaanse muzikante beschikt over een opmerkelijk ruw stemgeluid en het is een stemgeluid dat uitstekend past bij de wat traditioneel aandoende folk en vooral country op Wildflower. Het combineert prachtig met het fraaie akoestische geluid dat is te horen op het album en dat ook nog eens prachtig is geproduceerd. Zandi Holup is ook een redelijk bekend en succesvol actrice, maar hopelijk gaat ze met het verrassend goede Wildflower nu volledig voor de muziek.



Zandi Holup timmerde de afgelopen jaren aan de weg als actrice, maar gaat met de release van haar debuutalbum Wildflower naar eigen zeggen vol voor de muziek. Actrices die zo nodig moeten gaan zingen hebben de schijn wat tegen, maar Zandi Holup is een muzikante in hart en nieren, die toevallig ook met succes geacteerd heeft. 
De in Fort Washington, Pennsylvania, geboren en getogen muzikante verhuisde een paar jaar geleden naar Nashville, Tennessee, en kan de komende tijd zomaar uitgroeien tot een van de grote nieuwe talenten uit de Amerikaanse muziekhoofdstad. 

Zandi Holup’s debuutalbum Wildflower wordt hier en daar een countrypop album genoemd, maar dat is wat mij betreft een vlag die de lading niet dekt. Ik hoor immers maar heel weinig pop op het debuutalbum van de jonge Amerikaanse muzikante. Ik hoor wel heel veel folk en vooral country op het album en het is folk en country die met veel respect voor de tradities van de genres is gemaakt. 

Wildflower werd geproduceerd door de gelouterde producer Ryan Hadlock, die eerder werkte met onder andere Zach Bryan, Brandi Carlile en The Lumineers. Hij heeft het debuutalbum van Zandi Holup voorzien van een zeer smaakvol en akoestisch geluid. Het is een redelijk sober klinkend geluid, al hoor je bij beluistering van het album met de koptelefoon een heel arsenaal aan instrumenten voorbij komen. 

De akoestische gitaar staat centraal in de muziek op Wildflower, maar onder andere de pedal steel, de viool en andere snareninstrumenten zorgen voor fraaie accenten, die er voor zorgen dat het album zich uiteindelijk ook in muzikaal opzicht makkelijk opdringt. Ik zeg uiteindelijk, want bij eerste beluistering van Wildflower gaat alle aandacht uit naar de fascinerende stem van de muzikante uit Nashville. 

Het is in eerste instantie moeilijk te geloven dat de jonge vrouw op de cover van het album verantwoordelijk is voor de zang op het album, want Zandi Holup beschikt over een imposant stemgeluid. Het is een rauw en doorleefd klinkend stemgeluid, maar het is ook een stem vol gevoel en een stem die steeds weer net wat anders kan klinken. 

Ik werd bij eerste beluistering van Wildflower verpletterd door de stem van Zandi Holup. Het is een stem die ik direct bijzonder mooi vond, maar het is ook een stem die eindeloos fascineert. Of om een Amerikaanse recensent te citeren: “Zandi Holup has the kind of voice that instantly cuts to the heart’s deepest corners: enchanting, enigmatic, profoundly world-weary but radiant with raw feeling”. 

Zandi Holup weet ook nog eens bijzonder mooi te doseren, waardoor kracht en intimiteit elkaar steeds afwisselen, wat de sober ingekleurde songs voorziet van dynamiek. Het is vooral de stem van Zandi Holup die de aandacht trekt bij eerste beluistering van Wildflower, maar de prachtige productie van Ryan Hadlock en de competent spelende muzikanten zorgen er voor dat de zang fraai wordt omlijst en hierdoor nog mooier en indrukwekkender wordt. 

Zandi Holup is de dertig nog niet gepasseerd, maar klinkt door haar stem als een zangeres die het klappen van de zweep kent. Ook als songwriter klinkt ze overigens een stuk ouder dan ze werkelijk is, want Wildflower staat vol met songs die je genadeloos bij de strot grijpen en die niet zomaar los laten. In Nederland is Zandi Holup volgens mij nog volslagen onbekend, zeker als singer-songwriter, maar het echt prachtige en indrukwekkende Wildflower moet hier heel snel verandering in gaan brengen. Erwin Zijleman