Tamikrest hypnotiseert en bezweert met wonderschoon en verrassend veelkleurig gitaarspel en volop klanken uit een andere wereld op dit geweldige "woestijnrock" album
De Malinese band Tamikrest stond altijd wat in de schaduw van landgenoten Tinariwen, maar de laatste jaren vind ik de albums van Tamikrest net wat beter dan die van de grotere broer. Het geldt ook weer voor Tamotaït, waarop het geluid van Tamikrest nog wat veelzijdiger en nog wat bezwerender is geworden. Het gitaarspel op het album is van een unieke schoonheid en past prachtig bij de invloeden uit de traditionele Afrikaanse muziek en de hypnotiserende zang. Het levert een album op waarmee je even kunt vluchten uit de werkelijkheid van het moment en direct kunt relativeren, want het lot van de Toeareg is een stuk schrijnender dan dat van ons.
Ik hou op zijn tijd wel van het genre dat wat oneerbiedig “woestijnrock” of “woestijnblues” wordt genoemd. Het is een genre dat een tijd lang is gedomineerd door de Malinese band Tinariwen, maar de afgelopen jaren laat ook de eveneens uit Mali afkomstige band Tamikrest nadrukkelijk van zich horen. De laatste twee albums van Tamikrest vond ik persoonlijk net wat beter dan die van Tinariwen, zodat ik met hooggespannen verwachtingen uitkeek naar het nieuwe album van de band, dat deze week is verschenen.
Tamotaït laat vanaf de eerste noten een bekend geluid horen en het is een geluid dat me zeer goed bevalt. Liefhebbers van het betere gitaarwerk kunnen ook bij beluistering van Tamotaït weer hun hart ophalen. Het gitaarwerk op het nieuwe album van Tamikrest is rauw en bluesy, maar ook zeer melodieus en bezwerend. Het is gitaarwerk dat niet had misstaan op een rockalbum uit de jaren 70, maar uiteindelijk klinkt Tinariwen totaal anders dan de gemiddelde rockband uit deze periode.
Bijzonder fraai gitaarwerk wordt ook op Tamotaït weer gecombineerd met Afrikaanse ritmes en met de bezwerende zang in de lokale taal van de Toeareg. Nieuw is het misschien niet, want de eerste kennismaking met dit soort muziek is alweer ruim 20 jaar oud, maar de wijze waarop een brug wordt geslagen tussen Westerse rockmuziek uit het verleden en traditionele Afrikaanse muziek spreekt nog steeds zeer tot de verbeelding.
We zitten hier momenteel in een crisis, maar voor de leden van de Toeareg stam is het inmiddels al vele decennia crisis. Ook op Tamotaït staat de band weer uitgebreid stil bij de lastige situatie waarin de Toeareg verzeild zijn geraakt. Leden van de stam zijn inmiddels al lange tijd verdreven van hun geboortegrond en verblijven in vluchtelingenkampen nabij de Algerijnse grens of in het noorden van Mali; allebei gebieden waar het door extremisme en terrorisme al lange tijd onveilig is.
De leden van Tamikrest (waarvan er overigens twee geen Toeareg maar een Europese achtergrond hebben) toeren inmiddels de wereld over en hebben hun leefsituatie daarom flink kunnen verbeteren, maar de band blijft onophoudelijk aandacht vragen voor de uitzichtloze situatie van de Toeareg. Het voorziet de muziek van Tamikrest van nog wat meer urgentie.
Op het eerste gehoor lijkt er misschien weinig ontwikkeling te zitten in de woestijnrock, maar als ik Tamotaït vergelijk met het vorige album van Tamikrest hoor ik een afwisselender geluid. Tamikrest is de afgelopen jaren in aanraking gekomen met muziek uit alle windstreken en verwerkt die op uiterst subtiele wijze in haar muziek. Aan de andere kant eert de Malinese band de tradities van de Toeareg en maakt het nog steeds muziek die aansluit bij de tradities van de stam.
Persoonlijk ben ik vooral zeer gecharmeerd van de psychedelische uitstapjes op het album, waarin het tempo net wat lager is en het gitaarwerk van een bijzondere schoonheid is. Het is gitaarwerk dat zich bijna hypnotiserend kan voortslepen, maar de Afrikaanse band schuwt ook de stevigere riffs niet. Tamotaït sleurt je 40 minuten lang mee naar een andere wereld en dat is in deze tijd van verplicht thuis zitten ook wel eens lekker. Ook voor een iedere die de muziek van de band uit Mali tot dusver links liet liggen. Erwin Zijleman
De muziek van Tamikrest is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Malinese band: https://tamikrest.bandcamp.com/album/tamota-t.
Koop Tamikrest - Tamotait op cd bij Amazon.nl voor 15,99 euro
Koop Tamikrest - Tamotait op LP bij Amazon.nl voor 19,99 euro
31 maart 2020
30 maart 2020
Dana Gavanski - Yesterday Is Gone
De Canadese singer-songwriter Dana Gavanski overtuigt met een eigenzinnig en veelkleurig debuut dat zich zowel in muzikaal als vocaal opzicht makkelijk weet te onderscheiden van de concurrentie
Op basis van de geplakte labeltjes verwachte ik een wat zoetsappig folkalbum, maar dat is Yesterday Is Gone van de Canadese muzikante Dana Gavanski zeker niet. De muzikante met Servische roots zingt veel expressiever dan de meeste van haar soortgenoten, wat haar debuut voorziet van een bijzondere lading. Hierbij komt een smaakvolle en kleurrijke instrumentatie, die het album met grote regelmaat uit de hoek van de folk trekt. Het klinkt allemaal bijzonder aangenaam, maar ondertussen wordt ook de fantasie continu geprikkeld. Bijzonder sterk debuut.
Yesterday Is Gone is het debuut van de Canadese singer-songwriter Dana Gavanski, die zich met dit debuut staande moet zien te houden in een week waarin ontstellend veel nieuwe muziek wordt uitgebracht. De singer-songwriter uit het Canadese Toronto slaagt hier wonderwel in, want haar muziek klinkt anders dan die van haar soortgenoten.
Dana Gavanski woont al een tijd in Canada, maar heeft Servische roots. Die roots heeft ze de afgelopen jaren ontdekt, waarbij de Servische volksmuziek niet werd vergeten. Je hoort het hier en daar terug in het stemgebruik, waardoor Yesterday Is Gone net wat scherpere randjes heeft dan het gemiddelde album dat in het hokje folk wordt geduwd.
De zang van Dana Gavanski heeft zich misschien laten inspireren door Servische volksmuziek, maar de zang op haar debuut doet me ook wel wat denken aan die van folkies uit een ver verleden als Judee Sill, Karen Dalton, Anne Briggs en Vashti Bunyan. Laten we het er maar op houden dat Dana Gavanski net wat expressiever zingt dan de meeste van haar soortgenoten van het moment en dat bevalt me wel.
Vergelijk het maar met een lichte mousserende rosé of een rode wijn met wat meer body. Allebei lekker op zijn tijd, allebei wijn, maar toch ook heel verschillend. Yesterday Is Gone onderscheid zich niet alleen met de expressieve zang op het album, maar ook met de bijzondere productie van het album.
Het debuut van de Canadese muzikante werd geproduceerd door de eveneens Canadese Sam Gleason en de Britse muzikant Mike Lindsay, die we vooral kennen van de band Tunng. Ze hebben het debuut van Dana Gavanski voorzien van een geluid dat afwisselend folky en niet folky klinkt. Ingetogen klanken worden hier en daar doorsneden voor stevigere gitaren en hiernaast is er de belangrijke rol voor avontuurlijke elektronica. Het is elektronica die alle kanten op schiet en die het album steeds weer voorziet van een net wat ander en altijd bijzonder geluid.
Het maakt van Yesterday Is Gone een nog spannender album dan het al was door de expressieve zang. Het doet af en toe wel wat denken aan de muziek van Aldous Harding, maar ik hoor ook meer dan eens een vleugje eighties in de muziek van de Canadese singer-songwriter. De Canadese muzikante is naar verluidt een groot fan van de muziek van David Bowie en ook dat hoor je.
Zeker wanneer de instrumentatie vol of zelfs stevig klinkt breekt Dana Gavanski volledig uit het hokje folk en schuift ze op richting rock of psychedelica, maar het etiket folk misstaat ook niet volledig op het album, terwijl de songs met subtiele bijdragen van blazers ook wat jazzy klinken.
Bij eerste beluistering was ik vooral geïntrigeerd door de songs, de bijzondere zang en de fraaie maar lastig te doorgronden instrumentatie op het album, maar Dana Gavanski schrijft ook nog eens songs die bij herhaalde beluistering steeds meer geheimen prijs geven, waardoor haar debuut steeds verder boven het maaiveld uit steekt. Wanneer je je wat meer verdiept in de teksten van Dana Gavanski hoor je dat Yesterday Is Gone ook nog eens een persoonlijk album is dat niet misstaat in het hokje breakup albums. Je moet maar het geluk hebben dat je opvalt met nieuwe muziek op het moment, maar het debuut van Dana Gavanski verdient echt alle aandacht. Erwin Zijleman
De muziek van Dana Gavanski is verkrijgbaar via haar bandcamp pagina: https://danagavanskifth.bandcamp.com/album/yesterday-is-gone.
Koop Dana Gavanski - Yesterday Is Gone op cd bij Amazon.nl voor 14,99 euro
Koop Dana Gavanski - Yesterday Is Gone op LP (Orange) bij Amazon.nl voor 24,96 euro
Op basis van de geplakte labeltjes verwachte ik een wat zoetsappig folkalbum, maar dat is Yesterday Is Gone van de Canadese muzikante Dana Gavanski zeker niet. De muzikante met Servische roots zingt veel expressiever dan de meeste van haar soortgenoten, wat haar debuut voorziet van een bijzondere lading. Hierbij komt een smaakvolle en kleurrijke instrumentatie, die het album met grote regelmaat uit de hoek van de folk trekt. Het klinkt allemaal bijzonder aangenaam, maar ondertussen wordt ook de fantasie continu geprikkeld. Bijzonder sterk debuut.
Yesterday Is Gone is het debuut van de Canadese singer-songwriter Dana Gavanski, die zich met dit debuut staande moet zien te houden in een week waarin ontstellend veel nieuwe muziek wordt uitgebracht. De singer-songwriter uit het Canadese Toronto slaagt hier wonderwel in, want haar muziek klinkt anders dan die van haar soortgenoten.
Dana Gavanski woont al een tijd in Canada, maar heeft Servische roots. Die roots heeft ze de afgelopen jaren ontdekt, waarbij de Servische volksmuziek niet werd vergeten. Je hoort het hier en daar terug in het stemgebruik, waardoor Yesterday Is Gone net wat scherpere randjes heeft dan het gemiddelde album dat in het hokje folk wordt geduwd.
De zang van Dana Gavanski heeft zich misschien laten inspireren door Servische volksmuziek, maar de zang op haar debuut doet me ook wel wat denken aan die van folkies uit een ver verleden als Judee Sill, Karen Dalton, Anne Briggs en Vashti Bunyan. Laten we het er maar op houden dat Dana Gavanski net wat expressiever zingt dan de meeste van haar soortgenoten van het moment en dat bevalt me wel.
Vergelijk het maar met een lichte mousserende rosé of een rode wijn met wat meer body. Allebei lekker op zijn tijd, allebei wijn, maar toch ook heel verschillend. Yesterday Is Gone onderscheid zich niet alleen met de expressieve zang op het album, maar ook met de bijzondere productie van het album.
Het debuut van de Canadese muzikante werd geproduceerd door de eveneens Canadese Sam Gleason en de Britse muzikant Mike Lindsay, die we vooral kennen van de band Tunng. Ze hebben het debuut van Dana Gavanski voorzien van een geluid dat afwisselend folky en niet folky klinkt. Ingetogen klanken worden hier en daar doorsneden voor stevigere gitaren en hiernaast is er de belangrijke rol voor avontuurlijke elektronica. Het is elektronica die alle kanten op schiet en die het album steeds weer voorziet van een net wat ander en altijd bijzonder geluid.
Het maakt van Yesterday Is Gone een nog spannender album dan het al was door de expressieve zang. Het doet af en toe wel wat denken aan de muziek van Aldous Harding, maar ik hoor ook meer dan eens een vleugje eighties in de muziek van de Canadese singer-songwriter. De Canadese muzikante is naar verluidt een groot fan van de muziek van David Bowie en ook dat hoor je.
Zeker wanneer de instrumentatie vol of zelfs stevig klinkt breekt Dana Gavanski volledig uit het hokje folk en schuift ze op richting rock of psychedelica, maar het etiket folk misstaat ook niet volledig op het album, terwijl de songs met subtiele bijdragen van blazers ook wat jazzy klinken.
Bij eerste beluistering was ik vooral geïntrigeerd door de songs, de bijzondere zang en de fraaie maar lastig te doorgronden instrumentatie op het album, maar Dana Gavanski schrijft ook nog eens songs die bij herhaalde beluistering steeds meer geheimen prijs geven, waardoor haar debuut steeds verder boven het maaiveld uit steekt. Wanneer je je wat meer verdiept in de teksten van Dana Gavanski hoor je dat Yesterday Is Gone ook nog eens een persoonlijk album is dat niet misstaat in het hokje breakup albums. Je moet maar het geluk hebben dat je opvalt met nieuwe muziek op het moment, maar het debuut van Dana Gavanski verdient echt alle aandacht. Erwin Zijleman
De muziek van Dana Gavanski is verkrijgbaar via haar bandcamp pagina: https://danagavanskifth.bandcamp.com/album/yesterday-is-gone.
Koop Dana Gavanski - Yesterday Is Gone op cd bij Amazon.nl voor 14,99 euro
Koop Dana Gavanski - Yesterday Is Gone op LP (Orange) bij Amazon.nl voor 24,96 euro
29 maart 2020
Clem Snide - Forever Just Beyond
De Amerikaanse cultband Clem Snide verdween na een aantal onbetwiste meesterwerken langzaam maar zeker uit beeld, maar keert nu terug met een melancholiek prachtalbum dat uitstekend past in deze tijd
Als ik denk aan Clem Snide, denk ik aan een aantal albums die ik zomaar mee zou kunnen nemen bij verbanning naar een onbewoond eiland. Het zijn albums waarvoor ik minstens 15 jaar terug moet gaan in de tijd, maar deze week keert Clem Snide terug. Voorman Eef Barzelay ging de afgelopen jaren door diepe dalen, maar pakt de draad weer op met een ingetogen en doorleefd rootsalbum, dat hij samen maakte met producer Scott Avett. Nauwelijks te vergelijken met de prachtige albums van Clem Snide van lang geleden, maar net als deze albums van een zeer hoog niveau. Ik ben begonnen met luisteren en kan niet meer stoppen. Indrukwekkend.
De Amerikaanse band Clem Snide was aan het eind van de jaren 90 en het begin van het huidige millennium absoluut een van mijn favoriete bands. De band uit Boston, Massachusetts, maakte met You Were A Diamond (1998), Your Favorite Music (2000) en The Ghost of Fashion (2001) drie miskende meesterwerken en ook de twee albums die volgden (Soft Spot uit 2003 en End Of Love uit 2005) waren van een hoog niveau.
Na 2005 verloor ik Clem Snide bijna volledig uit het oog. De albums van de band wisten Nederland helaas niet meer te bereiken en Spotify bestond nog niet. Ik weet nu dat Clem Snide gewoon albums is blijven maken. Volgens AllMusic.com tot 2010, maar op Spotify zijn ook nog albums uit 2013 en 2015 te vinden.
Ik weet dit omdat deze week, bijna uit het niets, een nieuw album van de band is verschenen. De timing is zonder meer hopeloos te noemen, maar het past op een of andere manier wel bij Clem Snide, dat altijd al een warme band onderhield met tragiek.
Voorman Eef Barzelay, die tegenwoordig vanuit Nashville, Tennessee, opereert, ging de afgelopen jaren door diepe dalen. Zijn huwelijk liep op de klippen en het leven als muzikant leverde inmiddels zo weinig op dat hij failliet werd verklaard, de band uit elkaar viel en hij ook nog eens zijn huis kwijt raakte. Gelukkig is Eef Barzelay weer opgekrabbeld en keert hij, ook in Nederland, terug met een nieuw album.
Op Forever Just Beyond werkt Eef Barzelay samen met de van The Avett Brothers bekende Scott Avett; een Clem Snide fan van het eerste uur. Forever Just Beyond werd opgenomen op de boerderij van Scott Avett in North Carolina, waar samen met de bassist van Band Of Horses en de drummer van The Avett Brothers de basis voor het album werd gelegd. Uiteindelijk werden in Nashville hier en daar nog wat strijkers en blazers toegevoegd.
Scott Avett produceerde het album en bespeelde diverse snareninstrumenten, maar de hoofdrol is natuurlijk weggelegd voor Eef Barzelay, die eveneens op meerdere snareninstrumenten uit de voeten kan en natuurlijk tekent voor de voor de Clem Snide fan zo herkenbare vocalen.
Forever Just Beyond is, vergeleken met de albums die Clem Snide in een ver verleden maakte, een betrekkelijk sober en ingetogen album. Waar Clem Snide de grenzen van de alt-country continu opzocht, is Forever Just Beyond een grotendeels akoestisch rootsalbum. Het is een album dat vakkundig is geproduceerd door Scott Avett, maar dat uiteindelijk vooral leunt op de van melancholie overlopende zang van Eef Barzelay. De Amerikaanse muzikant heeft altijd een beetje Bob Dylan in zijn stem gehad, maar doet me op Forever Just Beyond ook wel wat denken aan David Gray. Wel een zeer doorleefde David Gray overigens.
Het nieuwe album van Clem Snide laat zich nauwelijks vergelijken met het oudere werk van de band, maar ik vind het een prachtige aanvulling op een inmiddels best omvangrijk, maar helaas zwaar ondergewaardeerd oeuvre. Het is een album waarop het persoonlijk leed van de afgelopen jaren nooit heel ver weg is, maar Eef Barzelay heeft de draad gelukkig weer opgepakt en doet waarin hij goed is. Forever Just Beyond van Clem Snide is een album dat in deze bijzondere tijden waarschijnlijk heel makkelijk gaat ondersneeuwen, maar het is ook een album dat troost biedt in deze donkere tijden en het verdient om gekoesterd te worden. Erwin Zijleman
Koop Clem Snide - Forever Just Beyond op cd bij Amazon.nl voor 15,99 euro
Koop Clem Snide - Forever Just Beyond op LP bij Amazon.nl voor 20,33 euro
Als ik denk aan Clem Snide, denk ik aan een aantal albums die ik zomaar mee zou kunnen nemen bij verbanning naar een onbewoond eiland. Het zijn albums waarvoor ik minstens 15 jaar terug moet gaan in de tijd, maar deze week keert Clem Snide terug. Voorman Eef Barzelay ging de afgelopen jaren door diepe dalen, maar pakt de draad weer op met een ingetogen en doorleefd rootsalbum, dat hij samen maakte met producer Scott Avett. Nauwelijks te vergelijken met de prachtige albums van Clem Snide van lang geleden, maar net als deze albums van een zeer hoog niveau. Ik ben begonnen met luisteren en kan niet meer stoppen. Indrukwekkend.
De Amerikaanse band Clem Snide was aan het eind van de jaren 90 en het begin van het huidige millennium absoluut een van mijn favoriete bands. De band uit Boston, Massachusetts, maakte met You Were A Diamond (1998), Your Favorite Music (2000) en The Ghost of Fashion (2001) drie miskende meesterwerken en ook de twee albums die volgden (Soft Spot uit 2003 en End Of Love uit 2005) waren van een hoog niveau.
Na 2005 verloor ik Clem Snide bijna volledig uit het oog. De albums van de band wisten Nederland helaas niet meer te bereiken en Spotify bestond nog niet. Ik weet nu dat Clem Snide gewoon albums is blijven maken. Volgens AllMusic.com tot 2010, maar op Spotify zijn ook nog albums uit 2013 en 2015 te vinden.
Ik weet dit omdat deze week, bijna uit het niets, een nieuw album van de band is verschenen. De timing is zonder meer hopeloos te noemen, maar het past op een of andere manier wel bij Clem Snide, dat altijd al een warme band onderhield met tragiek.
Voorman Eef Barzelay, die tegenwoordig vanuit Nashville, Tennessee, opereert, ging de afgelopen jaren door diepe dalen. Zijn huwelijk liep op de klippen en het leven als muzikant leverde inmiddels zo weinig op dat hij failliet werd verklaard, de band uit elkaar viel en hij ook nog eens zijn huis kwijt raakte. Gelukkig is Eef Barzelay weer opgekrabbeld en keert hij, ook in Nederland, terug met een nieuw album.
Op Forever Just Beyond werkt Eef Barzelay samen met de van The Avett Brothers bekende Scott Avett; een Clem Snide fan van het eerste uur. Forever Just Beyond werd opgenomen op de boerderij van Scott Avett in North Carolina, waar samen met de bassist van Band Of Horses en de drummer van The Avett Brothers de basis voor het album werd gelegd. Uiteindelijk werden in Nashville hier en daar nog wat strijkers en blazers toegevoegd.
Scott Avett produceerde het album en bespeelde diverse snareninstrumenten, maar de hoofdrol is natuurlijk weggelegd voor Eef Barzelay, die eveneens op meerdere snareninstrumenten uit de voeten kan en natuurlijk tekent voor de voor de Clem Snide fan zo herkenbare vocalen.
Forever Just Beyond is, vergeleken met de albums die Clem Snide in een ver verleden maakte, een betrekkelijk sober en ingetogen album. Waar Clem Snide de grenzen van de alt-country continu opzocht, is Forever Just Beyond een grotendeels akoestisch rootsalbum. Het is een album dat vakkundig is geproduceerd door Scott Avett, maar dat uiteindelijk vooral leunt op de van melancholie overlopende zang van Eef Barzelay. De Amerikaanse muzikant heeft altijd een beetje Bob Dylan in zijn stem gehad, maar doet me op Forever Just Beyond ook wel wat denken aan David Gray. Wel een zeer doorleefde David Gray overigens.
Het nieuwe album van Clem Snide laat zich nauwelijks vergelijken met het oudere werk van de band, maar ik vind het een prachtige aanvulling op een inmiddels best omvangrijk, maar helaas zwaar ondergewaardeerd oeuvre. Het is een album waarop het persoonlijk leed van de afgelopen jaren nooit heel ver weg is, maar Eef Barzelay heeft de draad gelukkig weer opgepakt en doet waarin hij goed is. Forever Just Beyond van Clem Snide is een album dat in deze bijzondere tijden waarschijnlijk heel makkelijk gaat ondersneeuwen, maar het is ook een album dat troost biedt in deze donkere tijden en het verdient om gekoesterd te worden. Erwin Zijleman
Koop Clem Snide - Forever Just Beyond op cd bij Amazon.nl voor 15,99 euro
Koop Clem Snide - Forever Just Beyond op LP bij Amazon.nl voor 20,33 euro
28 maart 2020
Waxahatchee - Saint Cloud
Waxahatchee kiest op Saint Cloud voor een wat meer roots georiënteerd en een wat meer ingetogen geluid en dat pakt werkelijk fantastisch uit
Ik heb al jaren een zwak voor de muziek van Waxahatchee en dacht inmiddels wel te weten wat ik kan verwachten. Tot nu dan, want na de wat atypische openingstrack van Saint Cloud, kiest het alter ego van Katie Crutchfield voor een geluid waarin invloeden uit de folk en de country een veel belangrijkere rol spelen dan op haar vorige albums. Het album klinkt prachtig loom en broeierig en dat past uitstekend bij de zang van Katie Crutchfield, die zichzelf in vocaal opzicht overtreft. Waxahatchee heeft een aangenaam klinkend album gemaakt, maar het is ook een album vol diepgang en urgentie, die langzaam maar zeer zeker aan de oppervlakte komen. Jaarlijstjesmateriaal, dat is duidelijk.
We worden de afgelopen jaren werkelijk overspoeld met jonge vrouwelijke singer-songwriters en ondanks mijn enorme zwak voor het genre vind ik zeker niet alles goed. Wanneer een nieuw album van Waxahatchee verschijnt heb ik echter geen enkele twijfel, want het alter ego van de uit Birmingham, Alabama afkomstige Katie Crutchfield, kan al sinds haar debuut American Weekend uit 2012 met de allerbesten mee.
Waxahatchee, vernoemd naar een meer in Alabama nabij de plek waar Katie Crutchfield opgroeide, debuteerde in 2012 met een uiterst ingetogen, maar ook ruw lo-fi folkalbum. Sindsdien koos de Amerikaanse singer-songwriter voor een steeds net wat steviger geluid met invloeden uit de indierock, al bleef er ook altijd plaats voor meer ingetogen songs. Het leverde met Cerulean Salt uit 2013, Ivy Tripp uit 2015 en Out In The Storm uit 2017 drie consistent klinkende en bovendien drie ijzersterke albums af, die stuk voor stuk jaarlijstjeswaardig waren.
Op het deze week verschenen Saint Cloud kiest Waxahatchee voor een wat ander geluid. De stevige gitaren van haar vorige albums zijn verruild voor een warm geluid waarin invloeden uit de Americana nadrukkelijk doorklinken. Katie Crutchfield werkt op haar nieuwe album met een band die bestaat uit Josh Kaufman (Bonny Light Horseman), twee leden van de band Bonny Doon (in 2018 goed voor het helaas vrijwel onopgemerkte meesterwerk Longwave) en Nick Kinsey (Elvis Perkins In Dearland).
Saint Cloud is voorzien van een hecht klinkend bandgeluid en het is een bandgeluid dat lomer en meer ingetogen klinkt dan het geluid op de vorige albums van Waxahatchee. Het is een geluid vol invloeden uit de folk, countryrock en Americana, maar Saint Cloud is zeker geen doorsnee rootsalbum, al is het maar omdat Katie Crutchfield de indie-rock en de lo-fi niet volledig heeft afgezworen.
Wat direct opvalt bij beluistering van het album is dat het prachtig klinkt. Producer Brad Cook heeft Saint Cloud voorzien van een warm geluid zonder opsmuk. Het is een geluid waarin de gitaren fraai klinken en het is een geluid waarin de mooie en bijzondere stem van Katie Crutchfield uitstekend tot zijn recht komt.
Hoewel ik zeer gesteld ben op de vorige albums van Waxahatchee, vond ik Saint Cloud direct bij eerste beluistering prachtig en misschien zelfs wel mooier dan de albums die de afgelopen jaren zoveel indruk maakten. Ik sta hier zeker niet alleen in, want de critici komen vooralsnog superlatieven tekort bij de bespreking van Saint Cloud en de Britse kwaliteitskrant The Guardian noemt het album zelfs het beste album van 2020 tot dusver. Zover durf ik nog niet te gaan, maar dat Waxahatchee een uitstekend album heeft afgeleverd is ook voor mij zeker.
Saint Cloud staat vol fraai ingekleurde en vol emotie gezongen tracks, maar het zijn ook tracks die een enorme urgentie uitstralen. Waxahatchee heeft bovendien een veelzijdig album afgeleverd. In een aantal tracks hoor je iets van Bob Dylan, maar Saint Cloud roept net zo makkelijk associaties op met de muziek van Lucinda Williams, het eigenzinnige debuut van Liz Phair, de zuidelijke country en folk uit haar thuisstaat Alabama of het laatste album van Big Thief, maar gelukkig blijft Katie Crutchfield vooral zichzelf. De keuze voor een duidelijk ander geluid is altijd tricky, maar op Saint Cloud van Waxahatchee pakt het werkelijk fantastisch uit. Prachtalbum! Erwin Zijleman
De muziek van Waxahatchee is ook verkrijgbaar via haar bandcamp pagina: https://waxahatchee.bandcamp.com/album/saint-cloud-2.
Koop Waxahatchee - Saint Cloud op cd voor 12,99 euro bij Amazon.nl
Koop Waxahatchee - Saint Cloud op LP voor 28,07 euro bij Amazon.nl
Ik heb al jaren een zwak voor de muziek van Waxahatchee en dacht inmiddels wel te weten wat ik kan verwachten. Tot nu dan, want na de wat atypische openingstrack van Saint Cloud, kiest het alter ego van Katie Crutchfield voor een geluid waarin invloeden uit de folk en de country een veel belangrijkere rol spelen dan op haar vorige albums. Het album klinkt prachtig loom en broeierig en dat past uitstekend bij de zang van Katie Crutchfield, die zichzelf in vocaal opzicht overtreft. Waxahatchee heeft een aangenaam klinkend album gemaakt, maar het is ook een album vol diepgang en urgentie, die langzaam maar zeer zeker aan de oppervlakte komen. Jaarlijstjesmateriaal, dat is duidelijk.
We worden de afgelopen jaren werkelijk overspoeld met jonge vrouwelijke singer-songwriters en ondanks mijn enorme zwak voor het genre vind ik zeker niet alles goed. Wanneer een nieuw album van Waxahatchee verschijnt heb ik echter geen enkele twijfel, want het alter ego van de uit Birmingham, Alabama afkomstige Katie Crutchfield, kan al sinds haar debuut American Weekend uit 2012 met de allerbesten mee.
Waxahatchee, vernoemd naar een meer in Alabama nabij de plek waar Katie Crutchfield opgroeide, debuteerde in 2012 met een uiterst ingetogen, maar ook ruw lo-fi folkalbum. Sindsdien koos de Amerikaanse singer-songwriter voor een steeds net wat steviger geluid met invloeden uit de indierock, al bleef er ook altijd plaats voor meer ingetogen songs. Het leverde met Cerulean Salt uit 2013, Ivy Tripp uit 2015 en Out In The Storm uit 2017 drie consistent klinkende en bovendien drie ijzersterke albums af, die stuk voor stuk jaarlijstjeswaardig waren.
Op het deze week verschenen Saint Cloud kiest Waxahatchee voor een wat ander geluid. De stevige gitaren van haar vorige albums zijn verruild voor een warm geluid waarin invloeden uit de Americana nadrukkelijk doorklinken. Katie Crutchfield werkt op haar nieuwe album met een band die bestaat uit Josh Kaufman (Bonny Light Horseman), twee leden van de band Bonny Doon (in 2018 goed voor het helaas vrijwel onopgemerkte meesterwerk Longwave) en Nick Kinsey (Elvis Perkins In Dearland).
Saint Cloud is voorzien van een hecht klinkend bandgeluid en het is een bandgeluid dat lomer en meer ingetogen klinkt dan het geluid op de vorige albums van Waxahatchee. Het is een geluid vol invloeden uit de folk, countryrock en Americana, maar Saint Cloud is zeker geen doorsnee rootsalbum, al is het maar omdat Katie Crutchfield de indie-rock en de lo-fi niet volledig heeft afgezworen.
Wat direct opvalt bij beluistering van het album is dat het prachtig klinkt. Producer Brad Cook heeft Saint Cloud voorzien van een warm geluid zonder opsmuk. Het is een geluid waarin de gitaren fraai klinken en het is een geluid waarin de mooie en bijzondere stem van Katie Crutchfield uitstekend tot zijn recht komt.
Hoewel ik zeer gesteld ben op de vorige albums van Waxahatchee, vond ik Saint Cloud direct bij eerste beluistering prachtig en misschien zelfs wel mooier dan de albums die de afgelopen jaren zoveel indruk maakten. Ik sta hier zeker niet alleen in, want de critici komen vooralsnog superlatieven tekort bij de bespreking van Saint Cloud en de Britse kwaliteitskrant The Guardian noemt het album zelfs het beste album van 2020 tot dusver. Zover durf ik nog niet te gaan, maar dat Waxahatchee een uitstekend album heeft afgeleverd is ook voor mij zeker.
Saint Cloud staat vol fraai ingekleurde en vol emotie gezongen tracks, maar het zijn ook tracks die een enorme urgentie uitstralen. Waxahatchee heeft bovendien een veelzijdig album afgeleverd. In een aantal tracks hoor je iets van Bob Dylan, maar Saint Cloud roept net zo makkelijk associaties op met de muziek van Lucinda Williams, het eigenzinnige debuut van Liz Phair, de zuidelijke country en folk uit haar thuisstaat Alabama of het laatste album van Big Thief, maar gelukkig blijft Katie Crutchfield vooral zichzelf. De keuze voor een duidelijk ander geluid is altijd tricky, maar op Saint Cloud van Waxahatchee pakt het werkelijk fantastisch uit. Prachtalbum! Erwin Zijleman
De muziek van Waxahatchee is ook verkrijgbaar via haar bandcamp pagina: https://waxahatchee.bandcamp.com/album/saint-cloud-2.
Koop Waxahatchee - Saint Cloud op cd voor 12,99 euro bij Amazon.nl
Koop Waxahatchee - Saint Cloud op LP voor 28,07 euro bij Amazon.nl
27 maart 2020
Myrkur - Folkesange
Myrkur laat de donkere metal dit keer volledig achterwege en intrigeert met een album vol traditionele folk en Scandinavische folklore, dat anders klinkt dan andere albums in deze genres
Ik ben wel eens begonnen aan de muziek van Myrkur, maar werd samen met de rest van het gezin en de kat de gordijnen ingejaagd toen de Deense muzikante haar folksongs voorzag van onvervalste death metal. Op Folkesange is gitaargeweld geheel afwezig en kiest Myrkur voor traditionele Scandinavische folk. Ook dat is even wennen, maar al snel intrigeert en bezweert het enorm en word je meegezogen in de bijzondere muzikale wereld van Myrkur. Folkesange past op een of andere manier wel bij deze bijzondere tijd, maar het is ook muziek van een andere wereld. Bijzonder album.
Ik heb het wel eens geprobeerd met de vorige albums van de Deense muzikante Myrkur. Het zijn albums met mooie folksongs waarin donkere klanken worden gecombineerd met even mooie en heldere zang. Het zijn albums vol beeldende muziek die je meeneemt naar de donkere bossen in de noordelijker gelegen delen van Scandinavië. Prachtig, totdat Myrkur haar folksongs combineert met een ongelooflijke bak herrie.
Nu ben ik helemaal niet vies van een beetje gitaargeweld, maar de combinatie van traditioneel klinkende folksongs en alles verzengende death metal op de albums van Myrkur was me net wat teveel van het goede. Het ene moment luister je naar een vrolijk rondhuppelende en zingende roodkapje, het volgende moment naar een woest schreeuwende wolf, die het aan stukken gescheurde en met bloed besmeurde jurkje van Roodkapje voor zover het kan heeft omgeslagen. Ik hou best van contrast en van dynamiek, maar je kunt het overdrijven en dat is precies wat Myrkur deed op haar vorige albums. Naar mijn mening dan natuurlijk.
Op Folkesange heeft Myrkur, het alter ego van de Deense singer-songwriter, multi-instrumentalist, model en actrice Amalie Bruun, de metal (tijdelijk) afgezworen. Op de cover van het album zie je de vrolijk rondhuppelende en zingende roodkapje en de wolf is dit keer gelukkig nergens te bekennen. Het levert direct een totaal ander album op dan zijn voorgangers.
Folkesange is, zoals de titel misschien al wel aangeeft, een betrekkelijk traditioneel aandoend folk album, maar het is zeker niet het traditioneel aandoende folk album waarvan je er al stapels in de kast hebt staan. De folk van Myrkur is nog altijd Scandinavisch en folkloristisch en is betrekkelijk donker van aard. Dat moet ook haast wel wanneer je als alter-ego het IJslandse woord voor “darkness” hebt gekozen. Door het ontbreken van de metal gitaren, die vervangen zijn door traditionele akoestische instrumenten uit Scandinavië, klinkt Folkesange niet zo extreem donker als de vorige albums van Myrkur, maar het is nog steeds geen album dat het goed doet bij een aangenaam lentezonnetje.
Myrkur loopt met Folkesange het gevaar dat ze in het hokje Scandinavische folklore of, erger nog, in het hokje bij Enya en haar new age volgelingen, wordt geduwd. Het zou niet terecht zijn. De liefhebbers van de metal van haar vorige albums kunnen waarschijnlijk niet uit de voeten met het nieuwe album van Myrkur, maar een ieder die bij beluistering van de vorige albums geïnteresseerd opkeek, tot de apocalyptische gitaarmuren invielen, moeten Folkesange zeker eens proberen.
Ik ben normaal gesproken niet zo gek op traditionele folkmuziek en al helemaal niet op folklore, maar Folkesange van Myrkur is een interessant album, dat steeds weer een bijzondere sfeer weet op te roepen. Het is een sfeer die goed pas bij deze bijzondere tijden, maar Myrkur maakt ook muziek die zich langzaam opdringt, maar die de fantasie vervolgens steeds intenser prikkelt.
Het is een album dat is gemaakt met vooral traditionele muziekinstrumenten. Het zijn instrumenten die prachtig passen bij de mooie stem van Amalie Bruun, maar het zijn ook instrumenten die er voor zorgen dat dit fascinerende album zowel stokoud als modern klinkt. Een beetje anders dan je gewend bent waarschijnlijk, maar zeer interessant. Erwin Zijleman
De muziek van Myrkur is ook verkrijgbaar via haar bandcamp pagina: https://myrkur.bandcamp.com/album/folkesange.
Koop Myrkur - Folkesange op LP voor 19,31 euro bij Amazon.nl
Koop Myrkur - Folkesange op cd voor 15,24 euro bij Amazon.nl
Ik ben wel eens begonnen aan de muziek van Myrkur, maar werd samen met de rest van het gezin en de kat de gordijnen ingejaagd toen de Deense muzikante haar folksongs voorzag van onvervalste death metal. Op Folkesange is gitaargeweld geheel afwezig en kiest Myrkur voor traditionele Scandinavische folk. Ook dat is even wennen, maar al snel intrigeert en bezweert het enorm en word je meegezogen in de bijzondere muzikale wereld van Myrkur. Folkesange past op een of andere manier wel bij deze bijzondere tijd, maar het is ook muziek van een andere wereld. Bijzonder album.
Ik heb het wel eens geprobeerd met de vorige albums van de Deense muzikante Myrkur. Het zijn albums met mooie folksongs waarin donkere klanken worden gecombineerd met even mooie en heldere zang. Het zijn albums vol beeldende muziek die je meeneemt naar de donkere bossen in de noordelijker gelegen delen van Scandinavië. Prachtig, totdat Myrkur haar folksongs combineert met een ongelooflijke bak herrie.
Nu ben ik helemaal niet vies van een beetje gitaargeweld, maar de combinatie van traditioneel klinkende folksongs en alles verzengende death metal op de albums van Myrkur was me net wat teveel van het goede. Het ene moment luister je naar een vrolijk rondhuppelende en zingende roodkapje, het volgende moment naar een woest schreeuwende wolf, die het aan stukken gescheurde en met bloed besmeurde jurkje van Roodkapje voor zover het kan heeft omgeslagen. Ik hou best van contrast en van dynamiek, maar je kunt het overdrijven en dat is precies wat Myrkur deed op haar vorige albums. Naar mijn mening dan natuurlijk.
Op Folkesange heeft Myrkur, het alter ego van de Deense singer-songwriter, multi-instrumentalist, model en actrice Amalie Bruun, de metal (tijdelijk) afgezworen. Op de cover van het album zie je de vrolijk rondhuppelende en zingende roodkapje en de wolf is dit keer gelukkig nergens te bekennen. Het levert direct een totaal ander album op dan zijn voorgangers.
Folkesange is, zoals de titel misschien al wel aangeeft, een betrekkelijk traditioneel aandoend folk album, maar het is zeker niet het traditioneel aandoende folk album waarvan je er al stapels in de kast hebt staan. De folk van Myrkur is nog altijd Scandinavisch en folkloristisch en is betrekkelijk donker van aard. Dat moet ook haast wel wanneer je als alter-ego het IJslandse woord voor “darkness” hebt gekozen. Door het ontbreken van de metal gitaren, die vervangen zijn door traditionele akoestische instrumenten uit Scandinavië, klinkt Folkesange niet zo extreem donker als de vorige albums van Myrkur, maar het is nog steeds geen album dat het goed doet bij een aangenaam lentezonnetje.
Myrkur loopt met Folkesange het gevaar dat ze in het hokje Scandinavische folklore of, erger nog, in het hokje bij Enya en haar new age volgelingen, wordt geduwd. Het zou niet terecht zijn. De liefhebbers van de metal van haar vorige albums kunnen waarschijnlijk niet uit de voeten met het nieuwe album van Myrkur, maar een ieder die bij beluistering van de vorige albums geïnteresseerd opkeek, tot de apocalyptische gitaarmuren invielen, moeten Folkesange zeker eens proberen.
Ik ben normaal gesproken niet zo gek op traditionele folkmuziek en al helemaal niet op folklore, maar Folkesange van Myrkur is een interessant album, dat steeds weer een bijzondere sfeer weet op te roepen. Het is een sfeer die goed pas bij deze bijzondere tijden, maar Myrkur maakt ook muziek die zich langzaam opdringt, maar die de fantasie vervolgens steeds intenser prikkelt.
Het is een album dat is gemaakt met vooral traditionele muziekinstrumenten. Het zijn instrumenten die prachtig passen bij de mooie stem van Amalie Bruun, maar het zijn ook instrumenten die er voor zorgen dat dit fascinerende album zowel stokoud als modern klinkt. Een beetje anders dan je gewend bent waarschijnlijk, maar zeer interessant. Erwin Zijleman
De muziek van Myrkur is ook verkrijgbaar via haar bandcamp pagina: https://myrkur.bandcamp.com/album/folkesange.
Koop Myrkur - Folkesange op LP voor 19,31 euro bij Amazon.nl
Koop Myrkur - Folkesange op cd voor 15,24 euro bij Amazon.nl
Boek: Spotify - door Sven Carlsson & Johan Leijonhufvud
Het door twee journalisten opgetekende verhaal van Spotify leest als een jongensboek en vertelt op mooie wijze het verhaal van de muziekdienst die de muziekwereld op zijn kop zette
Wie kan er tegenwoordig nog zonder Spotify? Ik ben persoonlijk een groot voorstander van de aanschaf van fysieke producten, want daar heeft de muzikant het meest aan, maar ook ik gebruik Spotify zeer intensief. Spotify is niet meer weg te denken uit de muziekwereld van nu, maar de streaming muziekdienst kwam er niet zomaar. Het Zweedse bedrijf werd aan alle kanten tegengewerkt, maar hield zich staande. Aan de ene kant door goede software, maar ook door het slim afsluiten van contracten, goede marketing en het sluiten van strategische verbonden en allianties. Allemaal mooi beschreven in een boek dat leest als een jongensboek.
Spotify en andere streaming muziekdiensten zijn niet meer weg te denken uit ons bestaan, maar iets meer dan tien jaar geleden zag de wereld er nog heel anders uit. Het was de tijd van sterk teruglopende verkoop van cd’s (LP’s waren destijds nog een mooie herinnering uit het verre verleden) en een enorme toename van het illegaal downloaden van muziek. Steve Jobs dacht in 2003 een oplossing te hebben gevonden met iTunes, maar een euro voor één track was voor grote groepen muziekliefhebbers niet echt interessant. Platforms waarop illegale muziekdownloads werden aangeboden floreerden, tot wanhoop van muzikanten en platenmaatschappijen.
Zweden, dat als een van de eerste landen in de wereld een goede infrastructuur had voor het gebruik van het Internet, speelde een belangrijke rol bij de ontwikkeling van platforms waarop illegaal muziek werd aangeboden (The Pirate Bay is Zweeds), maar de ontwikkeling van uTorrent (software voor het peer-to-peer uitwisselen van bestanden) inspireerde de jonge Zweed Daniel Ek ook tot de software die uiteindelijk Spotify zou gaan heten.
Vanuit Stockholm maakte een jong team indruk met software die veel beter werkte dan andere software van dat moment en die de basis vormde voor de streaming muziekdiensten van nu. De software was er misschien snel, maar het legaal aanbieden van muziek ging nog een paar stappen verder. De muziekindustrie moest weinig hebben van het “gratis” aanbieden van muziek, muzikanten zaten er ook niet om te springen en vanuit de VS was er tegenwerking van grote spelers als Jimmy Iovine (Universal) en de al eerder genoemde Steve Jobs.
Spotify huurde juristen in om ingewikkelde overeenkomsten met platenmaatschappijen af te sluiten (zo ingewikkeld dat geen enkele muzikant je kan vertellen wat het streamen van een album hem of haar nu precies oplevert) en uiteindelijk kozen deze platenmaatschappijen eieren voor hun geld. Het alternatief, het illegaal downloaden van muziek, was immers een nog groter kwaad.
Sindsdien bewandelt Spotify een weg vol hobbels en kuilen. Het ene moment zijn er muzikanten die hun albums van het platform halen, het volgende moment zijn er platenmaatschappijen die opnieuw willen onderhandelen over de contracten en dan is er ook nog eens de dreiging van vijandige overnames (Google) of opduikende concurrenten als Tidal, Beats en Apple Music.
Spotify zag projecten mislukken (Spotify TV kwam in eerste instantie te vroeg en werd later ingehaald door Netflix, de mogelijkheid tot het betaald downloaden van hoge kwaliteit downloads bleek niet in trek), maar de muziekdienst staat nog steeds overeind, ondanks het feit dat Spotify door de afdrachten aan de platenmaatschappijen nauwelijks rendabel is (al maakte de beursgang de oprichters van het bedrijf en de werknemers van het eerste uur rijk).
Het wordt allemaal prachtig beschreven in het boek Spotify – Hoe een kleine start-up een miljardenindustrie voor altijd veranderde van de Zweedse onderzoeksjournalisten Sven Carlsson en Jonas Leijonhufvud. Aanrader. Erwin Zijleman
Wie kan er tegenwoordig nog zonder Spotify? Ik ben persoonlijk een groot voorstander van de aanschaf van fysieke producten, want daar heeft de muzikant het meest aan, maar ook ik gebruik Spotify zeer intensief. Spotify is niet meer weg te denken uit de muziekwereld van nu, maar de streaming muziekdienst kwam er niet zomaar. Het Zweedse bedrijf werd aan alle kanten tegengewerkt, maar hield zich staande. Aan de ene kant door goede software, maar ook door het slim afsluiten van contracten, goede marketing en het sluiten van strategische verbonden en allianties. Allemaal mooi beschreven in een boek dat leest als een jongensboek.
Spotify en andere streaming muziekdiensten zijn niet meer weg te denken uit ons bestaan, maar iets meer dan tien jaar geleden zag de wereld er nog heel anders uit. Het was de tijd van sterk teruglopende verkoop van cd’s (LP’s waren destijds nog een mooie herinnering uit het verre verleden) en een enorme toename van het illegaal downloaden van muziek. Steve Jobs dacht in 2003 een oplossing te hebben gevonden met iTunes, maar een euro voor één track was voor grote groepen muziekliefhebbers niet echt interessant. Platforms waarop illegale muziekdownloads werden aangeboden floreerden, tot wanhoop van muzikanten en platenmaatschappijen.
Zweden, dat als een van de eerste landen in de wereld een goede infrastructuur had voor het gebruik van het Internet, speelde een belangrijke rol bij de ontwikkeling van platforms waarop illegaal muziek werd aangeboden (The Pirate Bay is Zweeds), maar de ontwikkeling van uTorrent (software voor het peer-to-peer uitwisselen van bestanden) inspireerde de jonge Zweed Daniel Ek ook tot de software die uiteindelijk Spotify zou gaan heten.
Vanuit Stockholm maakte een jong team indruk met software die veel beter werkte dan andere software van dat moment en die de basis vormde voor de streaming muziekdiensten van nu. De software was er misschien snel, maar het legaal aanbieden van muziek ging nog een paar stappen verder. De muziekindustrie moest weinig hebben van het “gratis” aanbieden van muziek, muzikanten zaten er ook niet om te springen en vanuit de VS was er tegenwerking van grote spelers als Jimmy Iovine (Universal) en de al eerder genoemde Steve Jobs.
Spotify huurde juristen in om ingewikkelde overeenkomsten met platenmaatschappijen af te sluiten (zo ingewikkeld dat geen enkele muzikant je kan vertellen wat het streamen van een album hem of haar nu precies oplevert) en uiteindelijk kozen deze platenmaatschappijen eieren voor hun geld. Het alternatief, het illegaal downloaden van muziek, was immers een nog groter kwaad.
Sindsdien bewandelt Spotify een weg vol hobbels en kuilen. Het ene moment zijn er muzikanten die hun albums van het platform halen, het volgende moment zijn er platenmaatschappijen die opnieuw willen onderhandelen over de contracten en dan is er ook nog eens de dreiging van vijandige overnames (Google) of opduikende concurrenten als Tidal, Beats en Apple Music.
Spotify zag projecten mislukken (Spotify TV kwam in eerste instantie te vroeg en werd later ingehaald door Netflix, de mogelijkheid tot het betaald downloaden van hoge kwaliteit downloads bleek niet in trek), maar de muziekdienst staat nog steeds overeind, ondanks het feit dat Spotify door de afdrachten aan de platenmaatschappijen nauwelijks rendabel is (al maakte de beursgang de oprichters van het bedrijf en de werknemers van het eerste uur rijk).
Het wordt allemaal prachtig beschreven in het boek Spotify – Hoe een kleine start-up een miljardenindustrie voor altijd veranderde van de Zweedse onderzoeksjournalisten Sven Carlsson en Jonas Leijonhufvud. Aanrader. Erwin Zijleman
26 maart 2020
Luke Haines & Peter Buck - Beat Poetry For Survivalists
Luke Haines debuteerde ooit met het tot een klassieker uitgegroeide album van The Auteurs, maar ook dit met R.E.M. gitarist Peter Buck gemaakte album mag er zeker zijn
Laat de eerste noten van Beat Poetry For Survivalists uit de speakers komen en je weet het direct: Luke Haines. De Britse muzikant heeft een uit duizenden herkenbare stem, maar ook de manier waarop hij zijn songs opbouwt en het experiment opzoekt zijn direct herkenbaar. De rol van R.E.M. gitarist Peter Buck lijkt buiten wat heerlijk gitaarwerk een stuk kleiner, maar hij heeft Luke Haines wel geïnspireerd tot een album dat net wat toegankelijker is dan zijn vorige albums en waarop de songs net wat memorabeler zijn. Beat Poetry For Survivalists bevat flarden van de prachtige albums van The Auteurs, maar laat ook horen dat Luke Haines maar stappen blijft zetten. Prachtplaat.
De Britse muzikant Luke Haines brengt sinds het begin van de jaren 90 muziek uit en is inmiddels goed voor een flinke stapel albums (ik kom tot bijna 25). Die albums maakte hij solo en met bands als The Servants, Baader Meinhof, Black Box Recorder en vooral The Auteurs.
Met The Auteurs maakte Luke Haines met het in 1993 verschenen New Wave voor mij een van de beste albums van de jaren 90 en het is een album dat ruim 25 jaar later nog niets van zijn kracht heeft verloren. The Auteurs waren uiteindelijk goed voor vier albums en ze zijn allemaal goed, al springt New Wave er voor mij net wat uit.
De muziek van de andere bands van Luke Haines vind ik wat wisselvalliger en dat geldt ook zeker voor zijn solowerk, dat mij overigens ook deels is ontgaan. Vorige week dook de Britse muzikant op met een nieuw album, Beat Poetry For Survivalists. Het is een album dat niet alleen de naam van Luke Haines op de cover heeft staan, maar ook die van R.E.M. gitarist Peter Buck, die sinds het einde van R.E.M. in talloze gelegenheidsbands en duo’s opduikt.
Op Beat Poetry For Survivalists speelt Peter Buck, zeker op het eerste gehoor, een beperkte rol. Luke Haines bepaalt met zijn zeer karakteristieke zang voor een belangrijk deel het geluid op het album en ook de songs op het album roepen talloze associaties op met de muziek waaraan Luke Haines sinds het begin van de jaren 90 zijn naam heeft verbonden. Beat Poetry For Survivalists herinnert ook met grote regelmaat aan de muziek van The Auteurs, deels door de zang van Luke Haines, maar zeker ook door de structuur van de songs en de toevoeging van de voor The Auteurs zo typerende belletjes in de instrumentatie.
Vergeleken met de muziek van The Auteurs zoekt Luke Haines op Beat Poetry For Survivalists wel wat vaker het experiment op, maar niet zo extreem als op een deel van zijn soloalbums. Ik heb de laatste soloalbums van Luke Haines ook nog maar eens beluisterd, maar het laatste album bevalt me toch een stuk beter, wat toch ook deels de verdienste van Peter Buck zal zijn.
De Amerikaanse muzikant tekende voor een deel van het gitaarwerk op het album en voor een deel van de productie van het album. Bovendien nam hij zijn muzikale medestanders van de afgelopen jaren, Scott McCaughey en Linda Pitmon, mee als ritmesectie. De bijdrage van Peter Buck is het duidelijkst wanneer het gitaarwerk wat steviger is en invloeden uit de psychedelica tijdelijk aan terrein winnen. Verder is het album vooral een Luke Haines album en daar is niets mis mee.
De Britse muzikant sloeg de afgelopen jaren wel eens door, maar op Beat Poetry For Survivalists tekent hij voor een serie avontuurlijke en eigenzinnige, maar ook redelijk toegankelijke songs. Het zijn songs die mijn liefde voor de muziek van The Auteurs weer hebben aangewakkerd, maar ook dit album met Peter Buck mag er zeker zijn. Het is door de eigenzinnigheid bovendien een album dat nog lang beter wordt en dat het unieke talent van Luke Haines nog maar eens onderstreept. Een heel groot publiek zullen Peter Buck en Luke Haines waarschijnlijk niet bereiken met dit heerlijk eigenwijze album, maar voor muziekliefhebbers met een zwak voor de muziek van Luke Haines valt er dit keer heel veel te genieten. Erwin Zijleman
koop Luke Haines & Peter Buck - Beat Poetry For Survivalists op cd voor 15,24 euro bij Amazon.nl
koop Luke Haines & Peter Buck - Beat Poetry For Survivalists op LP voor 27,44 euro bij Amazon.nl
Laat de eerste noten van Beat Poetry For Survivalists uit de speakers komen en je weet het direct: Luke Haines. De Britse muzikant heeft een uit duizenden herkenbare stem, maar ook de manier waarop hij zijn songs opbouwt en het experiment opzoekt zijn direct herkenbaar. De rol van R.E.M. gitarist Peter Buck lijkt buiten wat heerlijk gitaarwerk een stuk kleiner, maar hij heeft Luke Haines wel geïnspireerd tot een album dat net wat toegankelijker is dan zijn vorige albums en waarop de songs net wat memorabeler zijn. Beat Poetry For Survivalists bevat flarden van de prachtige albums van The Auteurs, maar laat ook horen dat Luke Haines maar stappen blijft zetten. Prachtplaat.
De Britse muzikant Luke Haines brengt sinds het begin van de jaren 90 muziek uit en is inmiddels goed voor een flinke stapel albums (ik kom tot bijna 25). Die albums maakte hij solo en met bands als The Servants, Baader Meinhof, Black Box Recorder en vooral The Auteurs.
Met The Auteurs maakte Luke Haines met het in 1993 verschenen New Wave voor mij een van de beste albums van de jaren 90 en het is een album dat ruim 25 jaar later nog niets van zijn kracht heeft verloren. The Auteurs waren uiteindelijk goed voor vier albums en ze zijn allemaal goed, al springt New Wave er voor mij net wat uit.
De muziek van de andere bands van Luke Haines vind ik wat wisselvalliger en dat geldt ook zeker voor zijn solowerk, dat mij overigens ook deels is ontgaan. Vorige week dook de Britse muzikant op met een nieuw album, Beat Poetry For Survivalists. Het is een album dat niet alleen de naam van Luke Haines op de cover heeft staan, maar ook die van R.E.M. gitarist Peter Buck, die sinds het einde van R.E.M. in talloze gelegenheidsbands en duo’s opduikt.
Op Beat Poetry For Survivalists speelt Peter Buck, zeker op het eerste gehoor, een beperkte rol. Luke Haines bepaalt met zijn zeer karakteristieke zang voor een belangrijk deel het geluid op het album en ook de songs op het album roepen talloze associaties op met de muziek waaraan Luke Haines sinds het begin van de jaren 90 zijn naam heeft verbonden. Beat Poetry For Survivalists herinnert ook met grote regelmaat aan de muziek van The Auteurs, deels door de zang van Luke Haines, maar zeker ook door de structuur van de songs en de toevoeging van de voor The Auteurs zo typerende belletjes in de instrumentatie.
Vergeleken met de muziek van The Auteurs zoekt Luke Haines op Beat Poetry For Survivalists wel wat vaker het experiment op, maar niet zo extreem als op een deel van zijn soloalbums. Ik heb de laatste soloalbums van Luke Haines ook nog maar eens beluisterd, maar het laatste album bevalt me toch een stuk beter, wat toch ook deels de verdienste van Peter Buck zal zijn.
De Amerikaanse muzikant tekende voor een deel van het gitaarwerk op het album en voor een deel van de productie van het album. Bovendien nam hij zijn muzikale medestanders van de afgelopen jaren, Scott McCaughey en Linda Pitmon, mee als ritmesectie. De bijdrage van Peter Buck is het duidelijkst wanneer het gitaarwerk wat steviger is en invloeden uit de psychedelica tijdelijk aan terrein winnen. Verder is het album vooral een Luke Haines album en daar is niets mis mee.
De Britse muzikant sloeg de afgelopen jaren wel eens door, maar op Beat Poetry For Survivalists tekent hij voor een serie avontuurlijke en eigenzinnige, maar ook redelijk toegankelijke songs. Het zijn songs die mijn liefde voor de muziek van The Auteurs weer hebben aangewakkerd, maar ook dit album met Peter Buck mag er zeker zijn. Het is door de eigenzinnigheid bovendien een album dat nog lang beter wordt en dat het unieke talent van Luke Haines nog maar eens onderstreept. Een heel groot publiek zullen Peter Buck en Luke Haines waarschijnlijk niet bereiken met dit heerlijk eigenwijze album, maar voor muziekliefhebbers met een zwak voor de muziek van Luke Haines valt er dit keer heel veel te genieten. Erwin Zijleman
koop Luke Haines & Peter Buck - Beat Poetry For Survivalists op cd voor 15,24 euro bij Amazon.nl
koop Luke Haines & Peter Buck - Beat Poetry For Survivalists op LP voor 27,44 euro bij Amazon.nl
25 maart 2020
Baxter Dury - The Night Chancers
Baxter Dury is op zijn nieuwe album The Night Chancers een kind van zijn roemruchte vader Ian Dury en de bastaardzoon van Serge Gainsbourg op een zwoele soundtrack voor de nacht
Ik was Baxter Dury na zijn uitstekende eerste twee albums wat uit het oog verloren, maar de hernieuwde kennismaking is een aangename. Op een album met een knipoog naar het werk van zijn vader Ian en zeker ook het werk van Serge Gainsbourg verhaalt Baxter Dury met een vet Cockney accent over het nachtleven. De muziek is loom en broeierig en hetzelfde geldt voor de gesproken zang van de Britse muzikant, die fraaie verhalen optekent en deze voorziet van bijpassende muziek. Het levert een fraai album van de nacht op, dat direct vermaakt, maar vervolgens alleen maar leuker wordt.
Ik vond de eerste twee albums van Baxter Dury, zoon van de legendarische Britse muzikant Ian Dury (ja die van Sex & Drugs & Rock ‘n Roll, Wake Up And Make Love With Me, Hit Me With Your Rhythm Stick en Reasons To Be Cheerful, Part 3) erg goed, maar de afgelopen 15 jaar heb ik de verrichtingen van de jongere Dury telg eerlijk gezegd niet meer gevolgd. Deze week verscheen het zesde album van de Britse muzikant en The Night Chancers bevalt me erg goed.
Het album opent met een lome elektronische beat, ijle synths en melancholische strijkers, die vervolgens gezelschap krijgen van de gesproken teksten van Ian Dury, die net als zijn vader is gezegend met een heerlijk platte Cockney tongval. Net als je je bedenkt dat de muziek wel wat Frans aandoet vallen de achtergrondzangeressen in met een Frans refrein en is de verleiding compleet.
Het is een mooie start van een album dat laat horen dat Baxter Dury de muzikale erfenis van zijn te vroeg overleden vader in ere houdt, maar de afgelopen twee decennia ook een eigen geluid heeft ontwikkeld. Het is een geluid dat voor een belangrijk deel wordt bepaald door de praatzang van Baxter Dury en zijn platte Britse accent. Ik ben normaal gesproken niet zo gek op dit soort praatzang, maar het Cockney accent van de Britse muzikant heeft iets zangerigs en bovendien doet de Britse muzikant veelvuldig een beroep op achtergrondzangeressen, die The Night Chancers in vocaal opzicht verrijken.
Het warme geluid op The Night Chancers doet hier en daar wel wat denken aan de muziek van vader Ian, maar Baxter Dury verrijkt het rhythm & blues geluid met funky accenten en invloeden uit de dub van zijn vader veelvuldig met elektronica en strijkers. De veelvuldige associaties met de muziek van Ian Dury hebben me er toe gebracht om ook het briljante New Boots And Panties!! uit 1977 weer eens uit de kast te trekken, maar ook het nieuwe album van zijn zoon mag er zijn.
In de openingstrack is het refrein Franstalig, maar ook op de rest van het album duiken invloeden uit de Franse popmuziek op. The Night Chancers is bedoeld of onbedoeld een eerbetoon aan de grote albums die Serge Gainsbourg in de jaren 60 en jaren 70 maakte, maar staat ook in het heden. Baxter Dury bezingt op The Night Chancers vooral het nachtleven, waarin hij de afgelopen jaren zo te horen een graag geziene gast was. Het is het nachtleven dat de komende tijd compleet op zijn gat ligt, dus we zullen het even moeten doen met de sfeer die Baxter Dury oproept op zijn nieuwe album.
The Night Chancers is een zwoel en broeierig album dat de sfeer van de nacht ademt, maar het is ook een album dat meer doet dan oppervlakkig vermaken, al is het maar omdat de Britse muzikant er prachtig over vertelt en niet alleen met succesverhalen op de proppen komt. Bovendien weet hij in muzikaal opzicht de fantasie te prikkelen.
Baxter Dury maakte zijn beste album precies 15 jaar geleden met het uitstekende Floorshow, maar het flink anders klinkende The Night Chancers komt wat mij betreft heel dicht in de buurt. Baxter Dury schept in muzikaal opzicht een bijzondere sfeer met een vette knipoog naar Serge Gainsbourg en verrijkt die sfeer met zijn mooi uitgesproken teksten en fraaie muzikale uitstapjes. En iedere keer dat je er naar luistert dringt dit album zich nog wat meer op. Erwin Zijleman
Koop Baxter Dury - The Night Chancers op cd voor 14,12 euro bij Amazon.nl
Koop Baxter Dury - The Night Chancers op LP voor 20,33 euro bij Amazon.nl
Ik was Baxter Dury na zijn uitstekende eerste twee albums wat uit het oog verloren, maar de hernieuwde kennismaking is een aangename. Op een album met een knipoog naar het werk van zijn vader Ian en zeker ook het werk van Serge Gainsbourg verhaalt Baxter Dury met een vet Cockney accent over het nachtleven. De muziek is loom en broeierig en hetzelfde geldt voor de gesproken zang van de Britse muzikant, die fraaie verhalen optekent en deze voorziet van bijpassende muziek. Het levert een fraai album van de nacht op, dat direct vermaakt, maar vervolgens alleen maar leuker wordt.
Ik vond de eerste twee albums van Baxter Dury, zoon van de legendarische Britse muzikant Ian Dury (ja die van Sex & Drugs & Rock ‘n Roll, Wake Up And Make Love With Me, Hit Me With Your Rhythm Stick en Reasons To Be Cheerful, Part 3) erg goed, maar de afgelopen 15 jaar heb ik de verrichtingen van de jongere Dury telg eerlijk gezegd niet meer gevolgd. Deze week verscheen het zesde album van de Britse muzikant en The Night Chancers bevalt me erg goed.
Het album opent met een lome elektronische beat, ijle synths en melancholische strijkers, die vervolgens gezelschap krijgen van de gesproken teksten van Ian Dury, die net als zijn vader is gezegend met een heerlijk platte Cockney tongval. Net als je je bedenkt dat de muziek wel wat Frans aandoet vallen de achtergrondzangeressen in met een Frans refrein en is de verleiding compleet.
Het is een mooie start van een album dat laat horen dat Baxter Dury de muzikale erfenis van zijn te vroeg overleden vader in ere houdt, maar de afgelopen twee decennia ook een eigen geluid heeft ontwikkeld. Het is een geluid dat voor een belangrijk deel wordt bepaald door de praatzang van Baxter Dury en zijn platte Britse accent. Ik ben normaal gesproken niet zo gek op dit soort praatzang, maar het Cockney accent van de Britse muzikant heeft iets zangerigs en bovendien doet de Britse muzikant veelvuldig een beroep op achtergrondzangeressen, die The Night Chancers in vocaal opzicht verrijken.
Het warme geluid op The Night Chancers doet hier en daar wel wat denken aan de muziek van vader Ian, maar Baxter Dury verrijkt het rhythm & blues geluid met funky accenten en invloeden uit de dub van zijn vader veelvuldig met elektronica en strijkers. De veelvuldige associaties met de muziek van Ian Dury hebben me er toe gebracht om ook het briljante New Boots And Panties!! uit 1977 weer eens uit de kast te trekken, maar ook het nieuwe album van zijn zoon mag er zijn.
In de openingstrack is het refrein Franstalig, maar ook op de rest van het album duiken invloeden uit de Franse popmuziek op. The Night Chancers is bedoeld of onbedoeld een eerbetoon aan de grote albums die Serge Gainsbourg in de jaren 60 en jaren 70 maakte, maar staat ook in het heden. Baxter Dury bezingt op The Night Chancers vooral het nachtleven, waarin hij de afgelopen jaren zo te horen een graag geziene gast was. Het is het nachtleven dat de komende tijd compleet op zijn gat ligt, dus we zullen het even moeten doen met de sfeer die Baxter Dury oproept op zijn nieuwe album.
The Night Chancers is een zwoel en broeierig album dat de sfeer van de nacht ademt, maar het is ook een album dat meer doet dan oppervlakkig vermaken, al is het maar omdat de Britse muzikant er prachtig over vertelt en niet alleen met succesverhalen op de proppen komt. Bovendien weet hij in muzikaal opzicht de fantasie te prikkelen.
Baxter Dury maakte zijn beste album precies 15 jaar geleden met het uitstekende Floorshow, maar het flink anders klinkende The Night Chancers komt wat mij betreft heel dicht in de buurt. Baxter Dury schept in muzikaal opzicht een bijzondere sfeer met een vette knipoog naar Serge Gainsbourg en verrijkt die sfeer met zijn mooi uitgesproken teksten en fraaie muzikale uitstapjes. En iedere keer dat je er naar luistert dringt dit album zich nog wat meer op. Erwin Zijleman
Koop Baxter Dury - The Night Chancers op cd voor 14,12 euro bij Amazon.nl
Koop Baxter Dury - The Night Chancers op LP voor 20,33 euro bij Amazon.nl
24 maart 2020
Rustin Man - Clockdust
Rustin Man brengt zijn tweede album in een jaar tijd uit en het is een album dat vermaakt, verrast, betovert en intrigeert maar ook af en toe schuurt of tegen de haren instrijkt
Als fan van Talk Talk en fan van het eerste album van Rustin Man en Beth Gibbons, viel het eerste echte soloalbum van Rustin Man, aka Paul Webb, me vorig jaar toch wat tegen, met name vanwege de zang van de Britse muzikant. Aan die zang moest ik ook dit keer wennen, maar ik werd al snel betoverd door de geweldige arrangementen en de knap opgebouwde songs vol invloeden. Paul Webb heeft op Clockdust gesleuteld aan een bijzonder eigen geluid en het is een geluid dat steeds makkelijker weet te imponeren. Clockdust is na enige gewenning een prachtalbum waarop ik alles kan waarderen, inclusief de zang.
Rustin Man is het alter ego van de Britse muzikant Paul Webb, die in een vorig leven bas speelde in de band Talk Talk. Alleen dat feit is al voldoende om me heel nieuwsgierig te maken naar de muziek van Rustin Man, maar dat gaat vooralsnog met vallen en opstaan.
Out Of Season was in 2002 het eerste album waarop de naam van Rustin Man prijkte en dit is een album dat ik tot op de dag van vandaag koester. Dat is overigens voor een belangrijk deel de verdienste van Portishead zangeres Beth Gibbons, wiens naam eveneens op de cover prijkt en die met haar zang minstens net zoveel indruk maakt als Paul Webb met zijn arrangementen.
Rustin Man keerde vorig jaar terug met Drift Code. Wederom een album dat opviel door wonderschone arrangementen en dat bovendien indruk maakte met een veelheid aan invloeden, steeds weer fraai verpakt in knap opgebouwde songs. Drift Code was echter ook de eerste kennismaking met de zang van Paul Webb en die streek bij mij nogal tegen de haren in, al ging ik het album na vele pogingen wel meer waarderen dan in de eerste weken na de release.
Deze week verscheen alweer een nieuw album van Rustin Man, Clockdust. Het is een album dat in muzikaal opzicht nogal ingetogen opent en je daarom direct met de stem van Paul Webb confronteert. Ik had er ook dit keer wat moeite mee, al kan ik niet heel goed uitleggen waarom dat zo is. Paul Webb is misschien geen heel groot zanger, maar wel een zanger die beschikt over een karakteristiek stemgeluid, waarin ik minstens een vleugje David Bowie hoor. Het is een stem die in eerste instantie wat dominant aanwezig is, maar zeker wanneer de arrangementen wat aan kracht winnen, is het een stem die je langzaam maar zeker gaat bevallen.
Paul Webb zingt hier en daar wat plechtstatig en dat zit misschien wel meer in de weg dan zijn stem zelf. Het past overigens uitstekend bij de muziek op Clockdust. Het is muziek die zich beweegt over de grenzen van meerdere genres en die met een beetje fantasie ook flink wat decennia geleden gemaakt zou kunnen zijn. Bij beluistering van Clockdust hoor je vooral invloeden uit de folk, jazz, klassieke muziek en psychedelica, maar ook invloeden uit de progrock en invloeden uit het vroege werk van ongrijpbare muzikanten als Scott Walker en toch ook David Bowie zijn hoorbaar.
Net als op Drift Code en het album met Beth Gibbons tekent Paul Webb ook dit keer voor prachtige arrangementen en voor een fraaie instrumentatie. Clockdust is een stemmig en melancholisch album waarop steeds weer andere klanken opduiken en waarop tot voor kort onverenigbare klanken en invloeden worden verenigd. De instrumentatie en arrangementen zijn soms uiterst subtiel, maar net zo makkelijk behoorlijk uitbundig.
Het levert een album op dat je alle kanten op beweegt en dat net zo makkelijk het oor streelt als dat het tegen de haren in strijkt. Het is bovendien een album dat het ene moment uit een ver verleden lijkt te komen, maar je het volgende moment toch weer de toekomst in sleurt. De ene song op het album is nog mooier opgebouwd dan de andere en hoe vaker je naar het album luistert hoe meer je in de ban raakt van de songs van Rustin Man. Tegen die tijd ben je al lang vergeten dat je in het begin zo moest wennen aan zijn stem. Erwin Zijleman
De muziek van Rustin Man is ook verkrijgbaar via bandcamp: https://rustinman.bandcamp.com.
Koop Rustin Man - Clockdust op cd voor 15,24 bij Amazon.nl
Koop Rustin Man - Clockdust op LP voor 20,33 bij Amazon.nl
Als fan van Talk Talk en fan van het eerste album van Rustin Man en Beth Gibbons, viel het eerste echte soloalbum van Rustin Man, aka Paul Webb, me vorig jaar toch wat tegen, met name vanwege de zang van de Britse muzikant. Aan die zang moest ik ook dit keer wennen, maar ik werd al snel betoverd door de geweldige arrangementen en de knap opgebouwde songs vol invloeden. Paul Webb heeft op Clockdust gesleuteld aan een bijzonder eigen geluid en het is een geluid dat steeds makkelijker weet te imponeren. Clockdust is na enige gewenning een prachtalbum waarop ik alles kan waarderen, inclusief de zang.
Rustin Man is het alter ego van de Britse muzikant Paul Webb, die in een vorig leven bas speelde in de band Talk Talk. Alleen dat feit is al voldoende om me heel nieuwsgierig te maken naar de muziek van Rustin Man, maar dat gaat vooralsnog met vallen en opstaan.
Out Of Season was in 2002 het eerste album waarop de naam van Rustin Man prijkte en dit is een album dat ik tot op de dag van vandaag koester. Dat is overigens voor een belangrijk deel de verdienste van Portishead zangeres Beth Gibbons, wiens naam eveneens op de cover prijkt en die met haar zang minstens net zoveel indruk maakt als Paul Webb met zijn arrangementen.
Rustin Man keerde vorig jaar terug met Drift Code. Wederom een album dat opviel door wonderschone arrangementen en dat bovendien indruk maakte met een veelheid aan invloeden, steeds weer fraai verpakt in knap opgebouwde songs. Drift Code was echter ook de eerste kennismaking met de zang van Paul Webb en die streek bij mij nogal tegen de haren in, al ging ik het album na vele pogingen wel meer waarderen dan in de eerste weken na de release.
Deze week verscheen alweer een nieuw album van Rustin Man, Clockdust. Het is een album dat in muzikaal opzicht nogal ingetogen opent en je daarom direct met de stem van Paul Webb confronteert. Ik had er ook dit keer wat moeite mee, al kan ik niet heel goed uitleggen waarom dat zo is. Paul Webb is misschien geen heel groot zanger, maar wel een zanger die beschikt over een karakteristiek stemgeluid, waarin ik minstens een vleugje David Bowie hoor. Het is een stem die in eerste instantie wat dominant aanwezig is, maar zeker wanneer de arrangementen wat aan kracht winnen, is het een stem die je langzaam maar zeker gaat bevallen.
Paul Webb zingt hier en daar wat plechtstatig en dat zit misschien wel meer in de weg dan zijn stem zelf. Het past overigens uitstekend bij de muziek op Clockdust. Het is muziek die zich beweegt over de grenzen van meerdere genres en die met een beetje fantasie ook flink wat decennia geleden gemaakt zou kunnen zijn. Bij beluistering van Clockdust hoor je vooral invloeden uit de folk, jazz, klassieke muziek en psychedelica, maar ook invloeden uit de progrock en invloeden uit het vroege werk van ongrijpbare muzikanten als Scott Walker en toch ook David Bowie zijn hoorbaar.
Net als op Drift Code en het album met Beth Gibbons tekent Paul Webb ook dit keer voor prachtige arrangementen en voor een fraaie instrumentatie. Clockdust is een stemmig en melancholisch album waarop steeds weer andere klanken opduiken en waarop tot voor kort onverenigbare klanken en invloeden worden verenigd. De instrumentatie en arrangementen zijn soms uiterst subtiel, maar net zo makkelijk behoorlijk uitbundig.
Het levert een album op dat je alle kanten op beweegt en dat net zo makkelijk het oor streelt als dat het tegen de haren in strijkt. Het is bovendien een album dat het ene moment uit een ver verleden lijkt te komen, maar je het volgende moment toch weer de toekomst in sleurt. De ene song op het album is nog mooier opgebouwd dan de andere en hoe vaker je naar het album luistert hoe meer je in de ban raakt van de songs van Rustin Man. Tegen die tijd ben je al lang vergeten dat je in het begin zo moest wennen aan zijn stem. Erwin Zijleman
De muziek van Rustin Man is ook verkrijgbaar via bandcamp: https://rustinman.bandcamp.com.
Koop Rustin Man - Clockdust op cd voor 15,24 bij Amazon.nl
Koop Rustin Man - Clockdust op LP voor 20,33 bij Amazon.nl
23 maart 2020
Morrissey - I'm Not A Dog On A Chain
Morrissey is al jaren hopeloos uit vorm en maakt het zijn fans ook niet makkelijk met vreemde uitspraken, maar het deze week verschenen I’m Not A Dog On A Chain is een reuzenstap in de goede richting
Zeker achteraf bezien viel er de afgelopen jaren weinig te genieten op de albums van Morrissey. Hoe goed I’m Not A Dog On A Chain over een aantal weken bevalt zal de tijd moeten leren, maar vooralsnog lijkt het nieuwe album van de Britse muzikant veel beter dan zijn voorgangers uit de afgelopen 15 jaar. Morrissey verrast met goede songs, een wat meer open geluid en met sterke vocalen. Hier en daar hoor je wat van The Smiths en zijn vroege solowerk, maar Morrissey verrijkt zijn geluid ook op trefzekere wijze met elektronische impulsen. Het levert een album op dat je song na song enthousiast doet opveren en dat was de laatste jaren wel anders.
Ik heb al sinds de begindagen van The Smiths een enorm zwak voor Morrissey, waardoor een nieuw album van de Britse muzikant voor mij nog steeds iets is om naar uit te kijken. Aan de andere kant maakt Morrissey het me de afgelopen jaren niet makkelijk om van hem te houden.
Hierbij gaat het niet direct over zijn dubieuze politieke uitspraken, want die heeft hij altijd al gedaan. Zo zal zijn wens om Margaret Thatcher onder de guillotine te leggen niet bij iedereen in goede aarde zijn gevallen en hetzelfde geldt voor zijn oproep om disco’s plat te branden en DJ’s op te hangen. Politieke uitspraken van Morrissey neem ik daarom met flinke korrel zout, maar ook in muzikaal opzicht was er de afgelopen jaren toch weinig om echt vrolijk van te worden.
Natuurlijk moeten we van Morrissey niet direct een album van het niveau van Vauxhall And I te verwachten en misschien ook geen Viva Hate, Your Arsenal of You Are The Quarry, maar de afgelopen jaren was het wel heel pover. Ik gaf zijn albums steeds het voordeel van de twijfel, maar achteraf bezien is You Are The Quarry het laatste Morrissey album dat ik echt met plezier uit de kast trek.
Het deze week verschenen I’m Not A Dog On A Chain is gestoken in een werkelijk spuuglelijke hoes en ook andere voortekenen waren niet best. Zo werkt Morrissey op zijn nieuwe album opnieuw met producer Joe Chiccarelli, vooralsnog geen echt gelukkige combinatie en lijkt de rol van rechterhand Boz Boorer, in ieder geval als songwriter, uitgespeeld (Boz Boorer is als muzikant nog wel nadrukkelijk aanwezig op het album).
I’m Not A Dog On A Chain opent echter veelbelovend. Jim Jim Falls valt op door wat ouderwets aandoende elektronica, heerlijk scheurend gitaarwerk en natuurlijk de uit duizenden herkenbare zang van Morrissey, maar het is vooral een hele goede popsong. Het is het soort popsong dat ik al een tijd niet meer van Morrissey had gehoord en het is zeker niet de enige track waar Morrissey verrast met de grandeur die zijn oudere werk kenmerkt.
Ik was tot dusver niet zo onder de indruk van het werk van Joe Chiccarelli, maar voor I’m Not A Dog On A Chain heeft hij degelijk werk afgeleverd. Het geluid op het nieuwe Morrissey album borduurt aan de ene kant voort op zijn vroege werk, maar is ook voorzien van een elektronische impuls die gelukkig niet te modern en klinkt, wat in het geval van Morrissey wat kunstmatig over zou komen.
Jim Jim Falls wordt gevolgd door het eveneens uitstekende Love Is On Its Way Out, waarin Morrissey ook in vocaal opzicht weer excelleert. Na een duet met disco-queen Thema Houston dat in muzikaal opzicht interessant is, maar qua zang wat over de top, volgen een aantal songs die zich laten beluisteren als vintage Morrissey, waarbij zowel flarden van zijn solowerk als flarden van The Smiths opduiken.
Ook in de wat meer ingetogen songs valt op hoe mooi het allemaal is ingekleurd en hoe de instrumentatie toch vooral in dienst staat van de stem van Morrissey. Hier en daar duikt een randje kitsch of bombast op in de muziek van de muzikant uit Manchester, maar de meeste songs op I’m Not A Dog On A Chain blijven toch vrij makkelijk aan de goede kant van de streep.
Hoe goed het album echt is zal de tijd moeten leren, maar de eerste dagen valt I’m Not A Dog On A Chain me zeker niet tegen. Natuurlijk geen Vauxhall And I en ook geen You Are The Quarry, maar veel beter dan alles dat Morrissey de afgelopen 15 jaar heeft gemaakt. Erwin Zijleman
Koop Morrissey - I Am Not A Dog On A Chain op cd voor 15,24 bij Amazon.nl
Koop Morrissey - I Am Not A Dog On A Chain op LP voor 25,41 bij Amazon.nl
Zeker achteraf bezien viel er de afgelopen jaren weinig te genieten op de albums van Morrissey. Hoe goed I’m Not A Dog On A Chain over een aantal weken bevalt zal de tijd moeten leren, maar vooralsnog lijkt het nieuwe album van de Britse muzikant veel beter dan zijn voorgangers uit de afgelopen 15 jaar. Morrissey verrast met goede songs, een wat meer open geluid en met sterke vocalen. Hier en daar hoor je wat van The Smiths en zijn vroege solowerk, maar Morrissey verrijkt zijn geluid ook op trefzekere wijze met elektronische impulsen. Het levert een album op dat je song na song enthousiast doet opveren en dat was de laatste jaren wel anders.
Ik heb al sinds de begindagen van The Smiths een enorm zwak voor Morrissey, waardoor een nieuw album van de Britse muzikant voor mij nog steeds iets is om naar uit te kijken. Aan de andere kant maakt Morrissey het me de afgelopen jaren niet makkelijk om van hem te houden.
Hierbij gaat het niet direct over zijn dubieuze politieke uitspraken, want die heeft hij altijd al gedaan. Zo zal zijn wens om Margaret Thatcher onder de guillotine te leggen niet bij iedereen in goede aarde zijn gevallen en hetzelfde geldt voor zijn oproep om disco’s plat te branden en DJ’s op te hangen. Politieke uitspraken van Morrissey neem ik daarom met flinke korrel zout, maar ook in muzikaal opzicht was er de afgelopen jaren toch weinig om echt vrolijk van te worden.
Natuurlijk moeten we van Morrissey niet direct een album van het niveau van Vauxhall And I te verwachten en misschien ook geen Viva Hate, Your Arsenal of You Are The Quarry, maar de afgelopen jaren was het wel heel pover. Ik gaf zijn albums steeds het voordeel van de twijfel, maar achteraf bezien is You Are The Quarry het laatste Morrissey album dat ik echt met plezier uit de kast trek.
Het deze week verschenen I’m Not A Dog On A Chain is gestoken in een werkelijk spuuglelijke hoes en ook andere voortekenen waren niet best. Zo werkt Morrissey op zijn nieuwe album opnieuw met producer Joe Chiccarelli, vooralsnog geen echt gelukkige combinatie en lijkt de rol van rechterhand Boz Boorer, in ieder geval als songwriter, uitgespeeld (Boz Boorer is als muzikant nog wel nadrukkelijk aanwezig op het album).
I’m Not A Dog On A Chain opent echter veelbelovend. Jim Jim Falls valt op door wat ouderwets aandoende elektronica, heerlijk scheurend gitaarwerk en natuurlijk de uit duizenden herkenbare zang van Morrissey, maar het is vooral een hele goede popsong. Het is het soort popsong dat ik al een tijd niet meer van Morrissey had gehoord en het is zeker niet de enige track waar Morrissey verrast met de grandeur die zijn oudere werk kenmerkt.
Ik was tot dusver niet zo onder de indruk van het werk van Joe Chiccarelli, maar voor I’m Not A Dog On A Chain heeft hij degelijk werk afgeleverd. Het geluid op het nieuwe Morrissey album borduurt aan de ene kant voort op zijn vroege werk, maar is ook voorzien van een elektronische impuls die gelukkig niet te modern en klinkt, wat in het geval van Morrissey wat kunstmatig over zou komen.
Jim Jim Falls wordt gevolgd door het eveneens uitstekende Love Is On Its Way Out, waarin Morrissey ook in vocaal opzicht weer excelleert. Na een duet met disco-queen Thema Houston dat in muzikaal opzicht interessant is, maar qua zang wat over de top, volgen een aantal songs die zich laten beluisteren als vintage Morrissey, waarbij zowel flarden van zijn solowerk als flarden van The Smiths opduiken.
Ook in de wat meer ingetogen songs valt op hoe mooi het allemaal is ingekleurd en hoe de instrumentatie toch vooral in dienst staat van de stem van Morrissey. Hier en daar duikt een randje kitsch of bombast op in de muziek van de muzikant uit Manchester, maar de meeste songs op I’m Not A Dog On A Chain blijven toch vrij makkelijk aan de goede kant van de streep.
Hoe goed het album echt is zal de tijd moeten leren, maar de eerste dagen valt I’m Not A Dog On A Chain me zeker niet tegen. Natuurlijk geen Vauxhall And I en ook geen You Are The Quarry, maar veel beter dan alles dat Morrissey de afgelopen 15 jaar heeft gemaakt. Erwin Zijleman
Koop Morrissey - I Am Not A Dog On A Chain op cd voor 15,24 bij Amazon.nl
Koop Morrissey - I Am Not A Dog On A Chain op LP voor 25,41 bij Amazon.nl
22 maart 2020
Roger Eno and Brian Eno - Mixing Colours
Brian en Roger Eno maken de soundtrack van deze tijd met zich langzaam voortslepende en vaak wat weemoedige klanken, die perfect passen bij een moment van bezinning
De broers Brian en Roger Eno tekenen samen voor stapels albums die in het hokje ambient kunnen worden geduwd, maar bundelen nu de krachten op het fraaie Mixing Colours. Het is een album dat zich vijf kwartier lang in een uiterst langzaam tempo voortsleept en dat nergens uit de band springt met meer dan zeer subtiele klanken van piano en/of elektronica. Muziek voor de totale onthaasting en ontspanning, maar ook muziek voor bezinning en muziek die de fantasie meer prikkelt dan je bij oppervlakkige beluistering zult vermoeden. Luister met volledige aandacht en de broers Eno maken je vijf kwartier deelgenoot van een mooie en beeldende muzikale reis.
Ik ben op zich geen heel groot liefhebber van ambient, al is het vaak wel geschikte muziek voor een moment van bezinning. In deze krankzinnige tijden is een moment van bezinning zo nu en dan wel op zijn plek en dat kan prachtig met het album dat de broers Brian en Roger Eno deze week hebben afgeleverd.
Zeker de naam van Brian Eno behoeft waarschijnlijk geen verdere toelichting. De Britse muzikant maakte deel uit van de eerste bezetting van Roxy Music, liet zich als producer gelden voor onder andere U2, Talking Heads en David Bowie, maakte een baanbrekend album met Talking Heads voorman David Byrne (My Life In The Bush Of Ghosts) en leverde een flinke stapel albums af die de basis vormen voor het Ambient genre.
Broer Roger Eno is een stuk minder bekend, maar ook hij heeft met een aantal fraaie albums bijgedragen aan het genre dat zijn broer min of meer heeft uitgevonden. De twee broers bundelden al vaker de krachten, maar deden dat voor zover ik weet nog niet eerder op een album. Dat hebben de Britse broers wel gedaan op het deze week verschenen Mixing Colours, waarvan de eerste tracks al in 2005 werden bedacht.
Mixing Colours is een uiterst ingetogen album vol subtiele klanken. Dit kunnen pianoklanken zijn, maar ook spaarzame bijdragen van elektronica en vaak allebei. Mixing Colours is een album dat in de smaak zal vallen bij liefhebbers van ambient (al zijn de hokjes New Age en neoklassiek mijns inziens net zo treffend), maar dat in eerste instantie wat vraagt van muziekliefhebbers met een voorkeur voor wat dynamischere muziek.
Mixing Colour is een album waarvan je heel onrustig kunt worden, maar het is ook een album dat kan zorgen voor totale ontspanning, het is maar net hoe je naar het album luistert. Het is een album dat je rustig kunt laten voortkabbelen op de achtergrond, al vervliegt dan veel van de schoonheid van de muziek van Brian en Roger Eno. Mixing Colours heeft het meeste effect wanneer je er met volledige aandacht naar luistert en je niet wordt afgeleid door andere geluiden (alleen fluitende vogeltjes of de ruisende wind zijn toegestaan).
Bij volledige aandacht word je makkelijk meegesleept door de ingetogen en sfeervolle klanken, die zich in een zeer langzaam tempo voortslepen. Op het eerste gehoor lijkt er misschien niet heel veel spannends te gebeuren in de subtiele en zich deels herhalende klanken op Mixing Colours, maar wanneer je je eenmaal hebt overgegeven aan het vijf kwartier durende album gebeurt er van alles.
Brian en Roger Eno hebben een beeldend album gemaakt, dat het uitstekend kan doen in een film, maar je kunt er ook je eigen beelden bij verzinnen (naar verluidt maken de broers zelf ook nog beelden beschikbaar via het Internet). Mixing Colours is onbedoeld ook de soundtrack van deze tijd. De klanken van de piano en de elektronica van de broers Eno klinken vaak wat somber en weemoedig, al duiken voorzichtig ook optimisme en warmte met enige regelmaat op.
Ik moet eerlijk toegeven dat ik meestal niet het geduld heb voor albums als Mixing Colours, maar sinds ik het album een keer vijf kwartier de volledige aandacht heb gegeven, hoor ik van alles in de muziek van Brian en Roger Eno en wordt het album mooier en mooier. Zeker in deze bijzondere tijden. Erwin Zijleman
Koop Brian Eno & Roger Eno - Mixing Colours op cd voor 17,50 bij Amazon.nl
Koop Brian Eno & Roger Eno - Mixing Colours op LP voor 33,54 bij Amazon.nl
De broers Brian en Roger Eno tekenen samen voor stapels albums die in het hokje ambient kunnen worden geduwd, maar bundelen nu de krachten op het fraaie Mixing Colours. Het is een album dat zich vijf kwartier lang in een uiterst langzaam tempo voortsleept en dat nergens uit de band springt met meer dan zeer subtiele klanken van piano en/of elektronica. Muziek voor de totale onthaasting en ontspanning, maar ook muziek voor bezinning en muziek die de fantasie meer prikkelt dan je bij oppervlakkige beluistering zult vermoeden. Luister met volledige aandacht en de broers Eno maken je vijf kwartier deelgenoot van een mooie en beeldende muzikale reis.
Ik ben op zich geen heel groot liefhebber van ambient, al is het vaak wel geschikte muziek voor een moment van bezinning. In deze krankzinnige tijden is een moment van bezinning zo nu en dan wel op zijn plek en dat kan prachtig met het album dat de broers Brian en Roger Eno deze week hebben afgeleverd.
Zeker de naam van Brian Eno behoeft waarschijnlijk geen verdere toelichting. De Britse muzikant maakte deel uit van de eerste bezetting van Roxy Music, liet zich als producer gelden voor onder andere U2, Talking Heads en David Bowie, maakte een baanbrekend album met Talking Heads voorman David Byrne (My Life In The Bush Of Ghosts) en leverde een flinke stapel albums af die de basis vormen voor het Ambient genre.
Broer Roger Eno is een stuk minder bekend, maar ook hij heeft met een aantal fraaie albums bijgedragen aan het genre dat zijn broer min of meer heeft uitgevonden. De twee broers bundelden al vaker de krachten, maar deden dat voor zover ik weet nog niet eerder op een album. Dat hebben de Britse broers wel gedaan op het deze week verschenen Mixing Colours, waarvan de eerste tracks al in 2005 werden bedacht.
Mixing Colours is een uiterst ingetogen album vol subtiele klanken. Dit kunnen pianoklanken zijn, maar ook spaarzame bijdragen van elektronica en vaak allebei. Mixing Colours is een album dat in de smaak zal vallen bij liefhebbers van ambient (al zijn de hokjes New Age en neoklassiek mijns inziens net zo treffend), maar dat in eerste instantie wat vraagt van muziekliefhebbers met een voorkeur voor wat dynamischere muziek.
Mixing Colour is een album waarvan je heel onrustig kunt worden, maar het is ook een album dat kan zorgen voor totale ontspanning, het is maar net hoe je naar het album luistert. Het is een album dat je rustig kunt laten voortkabbelen op de achtergrond, al vervliegt dan veel van de schoonheid van de muziek van Brian en Roger Eno. Mixing Colours heeft het meeste effect wanneer je er met volledige aandacht naar luistert en je niet wordt afgeleid door andere geluiden (alleen fluitende vogeltjes of de ruisende wind zijn toegestaan).
Bij volledige aandacht word je makkelijk meegesleept door de ingetogen en sfeervolle klanken, die zich in een zeer langzaam tempo voortslepen. Op het eerste gehoor lijkt er misschien niet heel veel spannends te gebeuren in de subtiele en zich deels herhalende klanken op Mixing Colours, maar wanneer je je eenmaal hebt overgegeven aan het vijf kwartier durende album gebeurt er van alles.
Brian en Roger Eno hebben een beeldend album gemaakt, dat het uitstekend kan doen in een film, maar je kunt er ook je eigen beelden bij verzinnen (naar verluidt maken de broers zelf ook nog beelden beschikbaar via het Internet). Mixing Colours is onbedoeld ook de soundtrack van deze tijd. De klanken van de piano en de elektronica van de broers Eno klinken vaak wat somber en weemoedig, al duiken voorzichtig ook optimisme en warmte met enige regelmaat op.
Ik moet eerlijk toegeven dat ik meestal niet het geduld heb voor albums als Mixing Colours, maar sinds ik het album een keer vijf kwartier de volledige aandacht heb gegeven, hoor ik van alles in de muziek van Brian en Roger Eno en wordt het album mooier en mooier. Zeker in deze bijzondere tijden. Erwin Zijleman
Koop Brian Eno & Roger Eno - Mixing Colours op cd voor 17,50 bij Amazon.nl
Koop Brian Eno & Roger Eno - Mixing Colours op LP voor 33,54 bij Amazon.nl
Abonneren op:
Posts (Atom)