Je zou maar een debuut als Trouble maken. Ray LaMontagne hikt er inmiddels een jaar of tien tegenaan en voert keer op keer een ongelijke strijd. Till The Sun Turns Black uit 2006 en Gossip Grain uit 2008 waren objectief beschouwd prima platen, die absoluut nieuwe wegen in probeerden te slaan, maar aan de vergelijking met het tot een klassieker uitgegroeide debuut ontsnapten ze met geen mogelijkheid. Objectief bekeken waren de tweede en derde plaat van Ray LaMontagne misschien zelfs wel beter dan Trouble, maar tegen de magie van het debuut konden ze niet op. Vier jaar geleden gooide Ray LaMontagne het over een andere boeg. Voor het eerst werkte hij zonder topproducer Ethan Johns en koos hij samen met zijn band The Pariah Dogs voor een rauwer geluid op God Willin’ & The Creek Don’t Rise. Wederom een prima plaat (die zelfs een Grammy in de wacht wist te slepen), al vond ik dit keer Trouble echt een klasse beter. Na een pauze van vier jaar keert Ray LaMontagne terug met Supernova. De plaat werd geproduceerd door Black Keys voorman Dan Auerbach, die Ray LaMontagne heeft voorzien van een wat lastig te plaatsen geluid. Het is een geluid dat wat meer mainstream lijkt dan de muziek die we van Ray LaMontagne gewend zijn, maar Ray LaMontagne is niet opeens een popzanger geworden. Supernova klinkt vooral een stuk psychedelischer dan zijn voorgangers. In de openingstrack zweef je zo mee terug naar de jaren 60 en dat is een periode waarin Supernova lange tijd blijft hangen. Ik vond het in eerste instantie een verrassende keuze, want in de zweverige en bij vlagen behoorlijk galmende productie van Dan Auerbach is de stem van Ray LaMontagne een stuk minder imposant dan op zijn vorige platen. Supernova klinkt meer dan eens als een psychedelische plaat van The Kinks of als een vergeten plaat van The Zombies en dat verwacht je niet van een rootsmuzikant als Ray LaMontagne. Hetzelfde geldt voor een aantal van de aanstekelijke popliedjes op de plaat, die zo lijken weggelopen uit een top 40 uit de jaren 70 en maar moeilijk zijn te relateren aan Ray LaMontagne. Na een paar keer horen vond ik Supernova een leuke plaat, maar baalde ik er eigenlijk van dat Ray LaMontagne hem heeft gemaakt. Van Ray LaMontagne verwacht ik immers rootsy popmuziek met zang die uit de tenen komt en overloopt van emotie en melancholie. Een beangstigende ervaring, want sinds wanneer bepaal ik wat voor muziek Ray LaMontagne moet maken. Dat bepaalt hij natuurlijk gewoon zelf en dit keer heeft hij gekozen voor een luchtigere plaat met toegankelijkere songs en een flinke dosis psychedelica. Een andere Ray LaMontagne dan we gewend zijn, maar als je daar eenmaal overheen bent is Supernova een erg lekkere plaat, zeker als de zon een beetje gaat schijnen en aan het eind toch ook nog een prachtig rootsliedje voorbij komt. Conclusie: luister vooral zelf en oordeel zeker niet te snel. Erwin Zijleman