22 september 2025

Review: Wednesday - Bleeds

Wednesday leverde in het voorjaar van 2023 met Rat Saw God een jaarlijstjesalbum af, maar laat op het afwisselend met gruizige indierock en Amerikaanse rootsmuziek gevulde Bleeds horen dat het nog veel beter kan
Toen ik voor het eerst kennis maakte met de muziek van de Amerikaanse band Wednesday lag de vergelijking met Big Thief er wel erg dik bovenop, maar aan die vergelijking heeft de band uit Asheville, North Carolina, zich inmiddels wel ontworsteld. Wednesday is ook niet zomaar een band, want het beschikt, in ieder geval op het nieuwe album nog, in de persoon van MJ Lenderman over een geweldige gitarist en heeft met Karly Hartzman een zeer getalenteerd boegbeeld. De band kan ook nog eens uit de voeten met zowel rauwe indierock als doorleefde Amerikaanse rootsmuziek en in beide genres excelleert de band uit North Carolina op haar geweldige nieuwe album.



De Amerikaanse band Wednesday bracht aan het begin van 2020 haar debuutalbum I Was Trying To Describe You To Someone uit. De releasedatum viel zo ongeveer samen met de start van de coronapandemie, waardoor we aan het begin van 2020 wel iets anders aan ons hoofd hadden dan luisteren naar gruizige gitaarbands en er ook niets kwam van de promotie van het album. 

Wednesday revancheerde zich in de zomer van 2021, toen het coronavirus even in een dipje zat, knap met het uitstekende Twin Plagues, dat ik schaar onder de beste gitaaralbums van het betreffende jaar. Iedereen die nog twijfelde aan de kwaliteiten van de band werd in 2023 over de streep getrokken door het geweldige Rat Saw God, dat volkomen terecht heel wat jaarlijstjes haalde, inclusief dat van mij. 

Met haar mix van rauwe indierock en invloeden uit de Amerikaanse rootsmuziek wordt de band uit Asheville, North Carolina, vaak vergeleken met Big Thief. Daar is wel wat voor te zeggen, maar met een album van het niveau van Rat Saw God zette Wednesday zich wat mij betreft op de kaart als een van de betere rockbands van het moment. 

Dat dankt de band zeker aan het gitaarspel van MJ Lenderman en aan de productionele vaardigheden van producer Alex Farrar, maar in de band draait het vooral om zangeres Karly Hartzman, die verantwoordelijk is voor de meeste songs en de teksten en die met haar stem bovendien voor een belangrijk deel van het geluid van Wednesday bepaalt. 

MJ Lenderman timmerde de afgelopen jaren stevig aan de weg met zijn eigen muziek en heeft de band naar verluidt inmiddels (in ieder geval op het podium) verlaten, maar op het deze week verschenen Bleeds is hij gelukkig nog gewoon te horen. Ook producer Alex Farrar is weer van de partij, waardoor het vierde album van Wednesday voor een belangrijk deel een feest van herkenning is. 

Ook op Bleeds vertrouwt de band weer op lekker ruw, gruizig en stevig gitaarwerk, dat werkelijk uit de speakers knalt en dat laat horen dat MJ Lenderman zeker niet minder wordt als gitarist. Ook de zang van Karly Hartzman wordt alleen maar beter. De Amerikaanse muzikante zingt af en toe wat onvast, ze wordt ook niet voor niets veelvuldig vergeleken met Big Thief’s Adrianne Lenker, maar de zang is echt stukken beter dan op het debuutalbum van de band, zowel als ze ingetogen zingt als wanneer ze de longen uit haar lijf schreeuwt. 

Wednesday komt uit Asheville, North Carolina, en dat is een plek waarin Amerikaanse rootsmuziek het altijd goed doet. Dat hoor je ook in de muziek van Wednesday, die hier en daar flink uitslaat richting gruizige indierock, maar die ook absoluut invloeden uit de Amerikaanse rootsmuziek bevat en bovendien soms volledig opschuift richting folk en country. 

Bleeds klinkt in muzikaal opzicht voor een belangrijk deel bekend en dat geldt ook voor de zang op het album, maar het klinkt allemaal net wat beter. Dat geldt in nog veel sterkere mate voor de songs op het album. Wednesday was op Rat Saw God al heel erg goed, maar is op Bleeds nog veel beter. Iedere song op het album is raak, waarbij het niet uitmaakt of de band kiest voor rauwe indierock of meer ingetogen rootsmuziek. 

Direct vanaf de eerste noten grijpen Karly Hartzman en de andere leden van de band je bij de strot en ze laten pas los wanneer het album er na 12 songs en 36 minuten en 49 seconden op zit. Jaarlijstjesmateriaal, dat is zeker, maar Bleeds kan het nog wel eens beter gaan doen dan zijn al zo uitvoerig geprezen voorganger. Erwin Zijleman

De muziek van Wednesday is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse band: https://wednesdayband.bandcamp.com/album/bleeds.


Bleeds van Wednesday is verkrijgbaar via de Mania webshop:



21 september 2025

Review: Buckingham Nicks - Buckingham Nicks (1973)

Het debuutalbum van Buckingham Nicks flopte in 1973 volledig, maar het Californische duo kon aan de slag bij een wat uitgebluste Britse bluesband met een indrukwekkende wederopstanding als resultaat
Er is ontzettend veel muziek te vinden op de streaming media platforms, maar er ontbreken ook wel wat albums. Tot voor kort ontbrak een album dat in 1973 nauwelijks werd verkocht, maar dat uiteindelijk de popmuziek zou veranderen. Lindsey Buckingham en Stevie Nicks probeerden het aan het begin van de jaren 70 als het duo Buckingham Nicks, maar hun platencontract werd ontbonden toen hun debuutalbum nauwelijks werd verkocht. Door het album konden de twee wel toetreden tot een band die zou uitgroeien tot een van de grootste bands aller tijden en dat deed met de muziek die in een net wat ruwere vorm als was te horen op het nu dan eindelijk verkrijgbare album van Buckingham Nicks.



Het is een album met een prachtig verhaal, een album dat een enorme invloed zou hebben op de ontwikkeling van de popmuziek en ook nog eens een uitstekend album, maar toch was het tot vorige week een album dat niet was te vinden op de streaming platforms en evenmin fysiek verkrijgbaar was. Het is een album dat in Nederland zelfs nooit op cd is uitgebracht en dat alleen met heel veel geluk was te vinden in de tweedehands vinyl bakken (waarin iemand het album een paar jaar geleden voor mij vond). 

Ik heb het over het titelloze debuutalbum van Buckingham Nicks, het project van Lindsey Buckingham en Stevie Nicks. Het album verscheen in 1973 en deed het minder goed dan de platenmaatschappij had verwacht, waarna het duo werd gedumpt. Iemand die het album wel hoorde was Fleetwood Mac voorman Mick Fleetwood, die op zoek was naar een nieuwe gitarist voor de Britse bluesband. 

Mick Fleetwood hoorde wel wat in het gitaarwerk op het album van Buckingham Nicks en benaderde Lindsey Buckingham voor de vacature. De Amerikaanse muzikant had er, mede door het zwaar tegenvallende succes van Buckingham Nicks, wel oren naar, maar ging alleen akkoord als zijn geliefde en muzikale partner Stevie Nicks ook mocht toetreden tot Fleetwood Mac. 

De rest is geschiedenis. Fleetwood Mac veranderde met Stevie Nicks en Lindsey Buckingham aan bord van een bluesband tot een van de grootste popbands aller tijden. De band maakte in 1975 een nieuwe start met een titelloos album, waarop met name Stevie Nicks haar stempel drukte en maakte vervolgens met het in 1977 verschenen Rumours een van de best verkochte en meest invloedrijke albums aller tijden. 

Het zijn albums die bijna iedereen kent, maar het debuutalbum van Buckingham Nicks bleef onbekend, zeker bij een ieder die er na 1973 naar op zoek ging. Gelukkig is het album nu eindelijk beschikbaar op cd en LP en is het bovendien op de streaming platforms te vinden. 

Het is een album dat direct vanaf de openingstrack Crying In The Night bekend in de oren klinkt, want Lindsey Buckingham en Stevie Nicks maken op hun album de muziek die Fleetwood Mac vanaf 1975 zou maken en die uiteindelijk zou terecht komen op de onbetwiste klassieker Rumours. 

Je hoort het in de zang van Stevie Nicks en Lindsey Buckingham en in hun harmonieën, je hoort het in het zo karakteristieke gitaarspel van Lindsey Buckingham en je hoort het in een groot deel van de songs, die ook best op het titelloze album van Fleetwood Mac uit 1975 hadden kunnen staan. 

Het album van Buckingham Nicks is op zijn minst een voorstudie van Rumours, maar ik vind het zelf niet overdreven om te stellen dat het een blauwdruk is van een van de meest succesvolle albums aller tijden. Zeker in de beste songs op het album benaderen Lindsey Buckingham en Stevie Nicks de perfectie van hun latere band, maar in de wat minder aanstekelijke songs is er in ieder geval het geweldige gitaarwerk van Lindsey Buckingham, dat Mick Fleetwood in 1973 wist te betoveren. 

De Britse muzikant kon toen niet vermoeden wat hij in huis zou halen met Lindsey Buckingham en zeker ook met Stevie Nicks, die hem wat werd opgedrongen. We zullen nooit weten wat er van Buckingham Nicks zou zijn geworden zonder het aanbod van Mick Fleetwood, maar wat zou het zonde zijn geweest als we Rumours zouden hebben gemist. Erwin Zijleman


Buckingham Nicks van Buckingham Nicks is verkrijgbaar via de Mania webshop:


Review: Zaz - Sains et Saufs

Zaz heeft de afgelopen 15 jaar een fraai stapeltje uitstekende albums afgeleverd en voegt er met het net wat meer ingetogen en wat meer tegen het Franse chanson aanleunende Sains et Saufs weer een hele mooie aan toe
Het is jammer dat de behoorlijk uitgebreide wereldtour van Zaz haar niet naar Nederland brengt, maar gelukkig is er deze week wel een nieuw album. Op haar zesde studioalbum neemt de Franse muzikante weer wat meer afstand van de blinkende pop op het vorige album en laat ze zich weer wat meer beïnvloeden door het Franse chanson, overigens zonder zich in het strakke keurslijf van het genre te laten persen. De wat meer ingetogen klanken bieden nog wat meer ruimte aan de stem van Zaz en die stem imponeert veertien songs lang. Het is een stem met een uit duizenden herkenbaar geluid en bovendien een stem waarin kracht, emotie en precisie prachtig samen komen. Prachtig album weer.



In de zomer van 2010 kocht ik in een Zuid-Franse hypermarché het debuutalbum van de Franse zangeres Zaz. Het was een blinde aankoop die al snel een gouden greep bleek. Op haar titelloze eerste album verwerkte Zaz op fraaie wijze nogal diverse invloeden. De Franse muzikante begon op haar debuutalbum bij het Franse chanson en verrijkte dit vervolgens met invloeden uit onder andere de jazz, gipsy, Latin en Afrikaanse muziek. Het leverde in muzikaal opzicht een zomers en sprankelend album op, maar Zaz maakte vooral indruk met haar krachtige stem, die de songs op het album nog flink wat verder optilde. 

Direct in de zomer van 2010 was me al duidelijk dat Zaz heel groot zou gaan worden en dit kwam ook uit met geweldige albums als Recto Verso (2013), Paris (2014), Effet Miroir (2018) en Isa (2021), waarop de muzikante uit Tours steeds weer een net wat anders invalshoek koos en langzaam maar zeker ook steeds wat meer Franse pop verwerkte in haar songs. 

Het laatste album van Zaz, overigens het alter ego van Isabelle Geffroy, is alweer bijna vier jaar oud en dus was het zo langzamerhand wel weer eens tijd voor een nieuw album van de Franse muzikante, die er momenteel stevig op los tourt, maar Nederland helaas links laat liggen. Haar nieuwe album verschijnt hier gelukkig wel en ligt vanaf deze week in de winkel.

Zaz werd het afgelopen jaar wat betreft internationale aandacht en lof voorbij gestreefd door Zaho de Sagazan, maar laat op Sains et Saufs horen dat ze nog altijd garant staat voor geweldige albums. Op de vorige albums van Zaz speelden invloeden uit de gipsy muziek en de Franse pop een voorname rol, maar op haar nieuwe album kruipt ze weer wat dichter tegen het Franse chanson aan. 

Het is wel een moderne variant van het Franse chanson, want in muzikaal opzicht klinkt Sains et Saufs fris en eigentijds. De wat meer ingetogen klanken en het wat lagere tempo zorgen er voor dat de stem van Zaz centraal staat in de songs op het album. Het bevalt me eerlijk gezegd wel. Het is zeker niet zo dat de stem van Zaz ondersneeuwde op de wat voller klinkende albums, maar de zang op Sains et Saufs is direct vanaf de openingstrack bijzonder indrukwekkend. 

Zaz zingt met veel kracht, maar ook met veel passie en emotie, waardoor haar nieuwe album mij direct wist te grijpen. Zaz heeft wat betreft aandacht misschien een stapje terug moeten doen, maar ze is nog steeds een van de beste zangeressen die Frankrijk rijk is en misschien wel de beste. 

Het knappe van Sains et Saufs is dat het album direct vanaf de eerste noten klinkt als Zaz, maar desondanks toch weer duidelijk anders klinkt dan zijn voorgangers. Het nieuwe album van de Franse muzikante eert van al haar albums misschien wel het meest het pure Franse chanson, maar Zaz is zeker niet blijven steken in het verleden en steekt het Franse chanson in een net wat moderner jasje, zonder de intimiteit en de intensiteit van het genre te verliezen. 

Ik heb het meest met de meer ingetogen songs op het album, maar ook als Sains et Saufs wat voller klinkt of toch weer even jazzy of gipsy klinkt, imponeert Zaz als zangeres. Ook ik ben het afgelopen jaar vooral onder de indruk van de fascinerende muziek van Zaho de Sagazan, maar ze krijgt de komende tijd flinke concurrentie van Zaz, die met haar nieuwe album laat horen dat ook zij nog altijd behoort tot de absolute top van de Franse popmuziek. Erwin Zijleman


Sains et Saufs van Zaz is verkrijgbaar via de Mania webshop:


20 september 2025

Review: Lera Lynn - Comic Book Cowboy

Lera Lynn maakte wat mij betreft de mooiste albums van 2020 en 2022 en doet met het bijna uit het niets verschenen en wederom bijzonder mooie Comic Book Cowboy wederom een gooi naar de top van mijn jaarlijstje
In de meeste releaselijsten kwam ik het album niet tegen, maar Spotify wees me zomaar op een gloednieuw album van Lera Lynn. Het is een album dat moet opboksen tegen de geweldige albums On My Own en Something More Than Love, maar Comic Book Cowboy kan de vergelijking aan. Het nieuwe album van de Amerikaanse muzikante is sober maar zeer warm en smaakvol ingekleurd en biedt alle ruimte aan de stem van Lera Lynn. Ze liet op haar vorige albums al horen dat ze beschikt over een van de mooiste stemmen van het moment en ook op Comic Book Cowboy is de zang weer prachtig en misschien nog wel mooier dan op de vorige albums. Mijn liefde voor Lera Lynn is nog wat gegroeid met het volgende prachtalbum.



Mijn eerste kennismaking met Lera Lynn stamt uit 2015, toen de Amerikaanse muzikante figureerde in het tweede seizoen van de aardedonkere HBO serie True Detective. Met het woord figureren doe ik haar overigens flink tekort, want in haar rol als nachtclub zangeres vertolkte ze een aantal indringende en echt wonderschone songs, geproduceerd door niemand minder dan T-Bone Burnett. 

The Only Thing Worth Fighting For, A Church In Ruins en vooral het hemeltergend mooie My Least Favorite Life maakten me nieuwsgierig naar de twee albums die Lera Lynn op dat moment al had uitgebracht (Have You Met Lera Lynn? uit 2011 en The Avenues uit 2014) en ze bleken allebei prachtig. Het gold ook voor het in 2016 verschenen Resistor, dat de top 15 van mijn jaarlijstje haalde. 

Na het prima tussendoortje Lera Plays Well With Others uit 2018 deed de Amerikaanse singer-songwriter er nog een schepje bovenop, want On My Own en Something More Than Love bereikten respectievelijk in 2020 en 2022 de eerste plek in mijn jaarlijstje. Sindsdien stond veel in het teken van het moederschap, maar bijna uit het niets verschijnt deze week een nieuw album van Lera Lynn. 

Comic Book Cowboy volgt op de eerder dit jaar verschenen EP True Sessions waarop de songs van de True Detective soundtrack nog eens voorbij kwamen. Ik heb niet veel informatie over het nieuwe album, want ondanks de enorm hoge kwaliteit van haar vorige albums behoort Comic Book Cowboy niet tot de releases die worden uitgelicht deze week. 

Wat ik weet is dat Lera Lynn het album voor een belangrijk deel maakte met haar partner Todd Lombardo, dat Spencer Cullum de pedal steel bespeelt en dat in de teksten het moederschap een belangrijke rol speelt. Het nieuwe album van Lera Lynn opent met een track met veel gesproken woord en een bijzonder ritme, maar wanneer de muzikante uit Nashville, Tennessee, zingt herken je direct haar zo herkenbare en karakteristieke geluid. 

Het is een geluid dat veelvuldig terugkeert op Comic Book Cowboy, dat in muzikaal opzicht in het verlengde van voorganger Something More Than Love ligt. De Amerikaanse muzikante combineert ook op haar nieuwe album invloeden uit de Amerikaanse rootsmuziek en de pop en doet dat op bijzondere wijze. Lera Lynn klinkt ook op Comic Book Cowboy weer anders dan al haar collega’s. 

Dat ligt deels aan de wat mij betreft bijzondere en ook bijzonder mooie inkleuring van haar songs, maar het is vooral de stem van Lera Lynn die van Comic Book Cowboy zo’n geweldig album maakt. Net als bijvoorbeeld Kacey Musgraves beschikt Lera Lynn over een uniek klinkende stem en het is een stem die sinds haar rol in True Detective alleen maar mooier is geworden. 

Dat geldt overigens ook voor haar songs, die op Comic Book Cowboy weer net wat anders klinken dan op haar vorige albums, maar stuk voor stuk dat zwoele en tijdloze hebben dat de songs van Lera Lynn nu al een paar albums kenmerkt en dat in ieder geval op mij een genadeloos verleidend effect heeft. 

Comic Book Cowboy kwam ook voor mij uit de lucht vallen, waardoor ik het album nog niet zo vaak heb beluisterd als ik zou willen voor een goed oordeel. Aan de andere kant weet ik na mijn eerste beluisteringen van het album al wel dat Comic Book Cowboy het uitstekend gaat doen in mijn jaarlijstje over een paar maanden. Ik ben inmiddels al zo’n tien jaar een enorm fan van Lera Lynn en ze wordt alleen maar beter. Erwin Zijleman


19 september 2025

Review: Léna Bartels - The Brightest Silver Fish

De Amerikaanse muzikante Léna Bartels heeft met The Brightest Silver Fish een album gemaakt dat enerzijds aansluit bij de indiepop en indierock van het moment, maar anderzijds ook volop de grenzen opzoekt
De promotor van Léna Bartels heeft mij in ieder geval weten te vinden, want ik word al een aantal weken warm gemaakt voor het debuutalbum van de Amerikaanse muzikante. Dat is ook gelukt, want ik ben inmiddels zeer gecharmeerd van The Brightest Silver Fish. Het is een album dat soms doet denken aan de muziek van de smaakmakers binnen de indiepop en indierock van het moment, maar Léna Bartels is gelukkig ook lekker eigenzinnig. Het levert een album vol bijzondere contrasten op, maar The Brightest Silver Fish is ook een album met aansprekende muziek, prima zang en een serie uitstekende songs. Het is dringen in het genre, maar Léna Bartels verdient absoluut een kans.



De naam Léna Bartels klinkt behoorlijk Nederlands of Vlaams, maar het is een muzikante uit Portland, Oregon, die sinds kort Brooklyn, New York als thuisbasis heeft. Naar haar wortels zal ik nog eens verder onderzoek doen, maar voorlopig gaat al mijn aandacht uit naar haar debuutalbum The Brightest Silver Fish, dat deze week is verschenen. 

Mensen met een ‘grote vissen fobie’ kunnen maar beter niet naar de cover van het album kijken, maar de muziek op dit debuutalbum is zeker de moeite waard. Léna Bartels leverde een jaar of drie geleden al eens een mini-album af, maar dat ben ik nooit tegen gekomen. Over haar deze week verschenen debuutalbum heb ik talloze mails ontvangen, dus met de promotie van het album lijkt het wel goed te zitten, al lees ik nog maar weinig over The Brightest Silver Fish. 

Ik ben blij dat ik het album heb ontvangen, want ik had eigenlijk direct wat met het debuutalbum van Léna Bartels en het album wordt voorlopig alleen maar beter. Het is een album dat kan worden omschreven als indierock en indiepop en dat zijn genres waarin momenteel heel veel jonge vrouwelijke singer-songwriters actief zijn. 

Léna Bartels heeft zich voor haar debuutalbum laten inspireren door een aantal van de vrouwelijke singer-songwriters die haar voor gingen, waardoor een aantal songs op The Brightest Silver Fish direct vertrouwd klinken. De combinatie van zachte zang en gruizige gitaren is inmiddels bekend en ook Léna Bartels verwerkt niet alleen invloeden uit de indierock van het moment, maar grijpt ook terug op de indierock uit de jaren 90. 

Ook in de wat meer naar indiepop neigende songs hoor ik wel iets bekends en duiken namen als Phoebe Bridgers, Lucy Dacus en Julien Baker op als vergelijkingsmateriaal. Léna Bartels schrijft ook nog eens persoonlijke teksten over zaken die vrouwen van haar generatie bezig houden, wat het gevoel van herkenning verder vergroot. 

Op basis van het bovenstaande zou je kunnen concluderen dat The Brightest Silver Fish meer van hetzelfde is, maar dat is zeker niet het geval. De Amerikaanse muzikante zoekt in het gitaarwerk wat nadrukkelijker de grenzen op, durft in haar songs wat meer te experimenteren en verwerkt bovendien veel meer invloeden op haar debuutalbum, waardoor de indiepop en indierock van het moment ook zomaar verruild kan worden voor singer-songwriter muziek van veel langer geleden. 

Het zorgt voor een lekker veelzijdig album, maar The Brightest Silver Fish is ook eigenzinniger dan het gemiddelde album in het genre. Het is een album dat bovendien mooier en interessanter wordt naarmate je het vaker hoort. In eerste instantie hoorde ik vooral de ruwere kant van de muziek van Léna Bartels, maar haar debuutalbum bevat naast ruwe en eclectische ook wonderschone passages. 

Het zorgt er voor dat ik steeds meer gehecht raak aan dit debuutalbum, dat wat mij betreft absoluut iets toevoegt aan alles dat er al is. Het is dan ook doodzonde dat er tot dusver maar heel weinig aandacht is voor The Brightest Silver Fish van Léna Bartels. Misschien wordt haar naam in de Verenigde Staten als ingewikkeld ervaren, maar het is een naam die hier makkelijk moet kunnen landen en dat geldt wat mij betreft ook voor het uitstekende debuutalbum van Léna Bartels. Erwin Zijleman

De muziek van Léna Bartels is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse muzikante: https://lenabartels.bandcamp.com/album/the-brightest-silver-fish.   



Review: Tekla Waterfield & Jeff Fielder - Mother Mind

Het uit Seattle, Washington, afkomstige duo Tekla Waterfield en Jeff Fielder maakten een paar jaar geleden een bijzonder aangenaam maar ook knap rootsalbum en herhalen dit kunstje op het eveneens bijzonder mooie Mother Mind
Het is druk binnen de Amerikaanse rootsmuziek en probeer dan maar eens op te vallen. Tekla Waterfield en Jeff Fielder slagen daar wat mij betreft in met het bijzonder mooie Mother Mind, dat de aandacht trekt met smaakvolle klanken en geweldige zang. Helemaal als een verrassing komt dat niet, want de twee maakten ook een paar jaar geleden al indruk met een uitstekend album. Mother Mind klinkt niet alleen heel erg lekker, maar bevat ook een serie aansprekende songs en het zijn songs die echt prachtig worden vertolkt. Het zijn songs die binnen de Amerikaanse rootsmuziek in meerdere hokjes passen, maar uiteindelijk overstijgt het album op fraaie wijze deze hokjes.



Tekla Waterfield en Jeff Fielder maakten alweer bijna vijf jaar geleden het album Trouble In Time. Het is een heerlijk laidback rootsalbum en het is bovendien een rootsalbum met bijzonder mooi gitaarwerk van Jeff Fielder en minstens even mooie zang van Tekla Waterfield. Het is een album dat ik min of meer bij toeval ontdekte, maar dat ik in 2021 echt heel vaak heb beluisterd en dat echt nooit ging vervelen. 

Het is een album dat niet is overladen met heel veel aandacht en superlatieven, maar die had het album wat mij betreft wel verdiend. Een tijd geleden stuurde Tekla Waterfield me haar nieuwe album op. Het is een album dat net als zijn voorganger kwaliteit ademt en het is wederom een album dat ze maakte met haar echtgenoot Jeff Fielder. 

Ik heb het album toen ik het net binnen had vaak heb beluisterd, maar het was inmiddels alweer op de stapel beland, waardoor ik het album vorige week, in de week van de release, niet op mijn lijstje had staan. Gelukkig kwam ik het album deze week weer tegen en ben ik nog redelijk op tijd met mijn recensie van Mother Mind. 

Het is een album dat opent met de stem van Tekla Waterfield, die het in de eerste track moet doen zonder instrumenten. Het laat direct maar even horen hoe mooi de stem van de muzikante uit Seattle, Washington, is, maar dat hoor je ook in de tracks waarin wel de nodige instrumenten zijn te horen. 

Jeff Fielder neemt een flink deel van deze instrumenten voor zijn rekening en net als op Trouble In Time valt ook op Mother Mind weer vooral zijn gitaarwerk op. In de tweede track van het album klinkt een wat steviger geluid en zingt ook Tekla Waterfield wat krachtiger en ook dat kan ze. 

De zang op Mother Mind is een album lang van een hoog niveau, waarbij het niet zoveel uitmaakt of Tekla Waterfield meer ingetogen of wat expressiever zingt. De mooie stem van de Amerikaanse muzikante wordt hier en daar ondersteund door prima achtergrondvocalisten, terwijl het uitstekende gitaarwerk van Jeff Fielder af en toe wordt begeleid door fraaie vioolklanken. 

Het klinkt zowel in muzikaal als in vocaal opzicht weer bijzonder mooi en net als op het vorige album zijn ook de klanken op Mother Mind lekker laidback. De Amerikaanse muzikanten hebben zich laten beïnvloeden door meerdere subgenres binnen de Amerikaanse rootsmuziek en vermengen vooral folk, country en een beetje soul. De twee voegen ook nog wel wat andere invloeden toe, waardoor het niet eens zo makkelijk is om Mother Mind precies in een hokje is te duwen. Dat hoeft ook niet, want het veelzijdige rootsgeluid met een vleugje pop op het album spreekt waarschijnlijk een breed publiek aan. 

Trouble In Mind was helemaal aan het begin van 2021 een album dat zich als de spreekwoordelijke warme deken om je heen slaat en ook Mother Mind is zo’n album. Aan een warme deken hebben we tijdens de korte opleiding van de zomer misschien nog niet zo’n behoefte, maar ik verheug me nu al op herfst- en winteravonden met dit album, dat niet alleen een aansprekend geluid en geweldige zang laat horen, maar dat ook nog eens vol staat met songs die je eigenlijk onmiddellijk wilt koesteren. 

Ik heb een beetje hulp nodig gehad van Tekla Waterfield zelf om dit album niet te missen en daar ben ik haar heel dankbaar voor. En nu maar hopen op veel meer aandacht voor de fraaie muziek van het duo uit Seattle. Erwin Zijleman

De muziek van Tekla Waterfield en Jeff Fielder is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van het Amerikaanse tweetal: https://teklawaterfield.bandcamp.com/album/mother-mind.



18 september 2025

Review: Feu! Chatterton - Labyrinthe

De Franse band Feu! Chatterton imponeerde ruim drie jaar geleden met het fantastische Palais D’argile en maakt ook weer indruk met het wat toegankelijkere maar nog altijd fascinerende en wonderschone Labyrinthe
Ik maakte drie jaar geleden bij toeval kennis met de muziek van de Franse band Feu! Chatterton, maar was diep onder de indruk van hun derde album Palais D’argile, dat in de jaren die volgden alleen maar beter werd. De band uit Parijs keert deze week terug met Labyrinthe dat deels in het verlengde ligt van zijn voorganger, maar ook nieuwe wegen in slaat. Het nieuwe album klinkt net wat toegankelijker dan zijn voorganger, maar beluister het album met de koptelefoon en je wordt wederom getrakteerd op fascinerende muziek, die fraai samensmelt met de uitstekende zang op het album. Feu! Chatterton is in Nederland nog niet heel bekend, maar levert wederom een geweldig album af.



Ondanks mijn beperkte kennis van het Frans gaat mijn liefde voor de Franse popmuziek inmiddels al heel wat jaren of eigenlijk decennia mee. Het is een liefde die zich vrijwel uitsluitend richt op zangeressen, waarbij het me niet zoveel uitmaakt of het gaat om zwoele Franse zuchtmeisjes met een zwak voor lichtvoetige pop of om wat serieuzere en melancholischere zangeressen met een voorliefde voor het traditionele Franse chanson. 

De mannelijke Franse eer werd tot een paar jaar geleden vooral gered door Serge Gainsbourg, die natuurlijk ook niet vies was van zangeressen op zijn albums. In het voorjaar van 2021 maakte ik echter kennis met de muziek van de Franse band Feu! Chatterton, De band uit Parijs leverde met Palais D'argile een fascinerend album af. Het is een album waar ik in 2021 al behoorlijk enthousiast over was, maar dat ik pas een jaar later echt op de juiste waarde begon te schatten. 

Het is een album dat ik op deze site als volgt omschreef: “Invloeden uit het Franse chanson vermengen met elektronische popmuziek, jazz, synthpop, psychedelische rock en de indierock van een band als Radiohead. Je moet het maar durven en je moet het maar kunnen. De Franse band Feu! Chatterton durft en kan het en levert met Palais D'argile een album af dat 70 minuten lang hopeloos intrigeert en indruk maakt. De muziek van de band uit Parijs verschiet makkelijker van kleur dan een kameleon, maar op een of andere manier klinkt alles logisch en doordacht. Palais D'argile is mijn eerste kennismaking met de muziek van Feu! Chatterton, maar het smaakt naar veel en veel meer.” 

Palais D'argile bleek het derde album van de Franse band en de voorgangers bleken al even intrigerend. Sinds de release van het album in het voorjaar van 2021 verschenen een live-album en een filmsoundtrack, maar met Labyrinthe verscheen deze week de echte opvolger van Palais D'argile, dat terecht ook ver buiten de Franse landsgrenzen werd opgepikt. 

In mijn liefde voor de Franse muziek draaide het afgelopen anderhalf jaar eigenlijk alles om Zaho de Sagazan, maar ze krijgt de komende tijd weer wat concurrentie met albums van Zaz, Keren Ann en natuurlijk Feu! Chatterton. Ook met Labyrinthe heeft de band uit Parijs weer een fraai album opgeleverd. 

Het is een album dat deels voortborduurt op het fenomenale Palais D’argile, maar dat toch ook weer net wat anders klinkt. Ook op haar nieuwe album verwerkt de band uit Parijs uiteenlopende invloeden, maar het doet het wel wat subtieler dan op het vorige album, dat je als luisteraar alle kanten op slingerde. 

Vergeleken met Palais D’Argile klinkt Labyrinthe een stuk toegankelijker. Een aantal songs neigt wat naar synthpop (met een vleugje Kraftwerk en Zaho) en een aantal tracks klinkt als Franse pop met een vleugje prog, maar stiekem heeft Feu! Chatterton veel meer invloeden verwerkt in haar muziek. Het experiment wordt misschien wat minder vaak en wat minder intens gezocht op Labyrinthe, maar Feu! Chatterton maakt zeker geen dertien in een dozijn popsongs. 

Er gebeurt weer van alles in de songs van de band uit Parijs en er is echt heel veel moois te horen in de muziek op het album, zeker wanneer de elektronica wat meer ruimte krijgt, maar luister ook zeker naar de geweldig spelende ritmesectie en vergeet ook het gitaarwerk en de saxofoon niet. In muzikaal opzicht is het wat minder eclectisch dan op het vorige album, maar dit biedt wat meer ruimte aan de stem van Arthur Teboul, die het geluid van Feu! Chatterton vervolmaakt. Prachtig album weer. Erwin Zijleman



Labyrinthe van Feu! Chatterton is verkrijgbaar via de Mania webshop:



17 september 2025

Review: Mitch Rowland - Whistling Pie

Mitch Rowland is een muzikale kompaan van wereldster Harry Styles, maar ook op zijn tweede album laat de Amerikaanse muzikant weer horen dat hij ook zelf in staat is om uitstekende en onderscheidende albums te maken
Luister naar Whistling Pie van Mitch Rowland en je denkt in eerste instantie dat je luistert naar nog niet eerder uitgebrachte muziek van Elliott Smith. Luister wat beter en je hoort dat de muziek van Mitch Rowland net wat lichtvoetiger en zonniger is. Het klinkt flink anders dan de muziek die bij zijn werkgever Harry Styles maakt, maar de songs van Mitch Rowland beschikken absoluut over de potentie om een breder publiek aan te spreken. Het klinkt ook op het tweede album van de muzikant uit Ohio weer bijzonder lekker, maar Whistling Pie is ook in muzikaal en artistiek opzicht zeker interessant en laat horen dat er voor Mitch Rowland ook leven is na of naast Harry Styles.



De Amerikaanse muzikant Mitch Rowland is vooral bekend vanwege zijn bijdragen aan zowel de albums als de concerten van Harry Styles, maar ik was ook zeker gecharmeerd van zijn eerste soloalbum, dat in de herfst van 2023 verscheen. Ik omschreef Come June destijds als een rustgevend album met lome en folky songs vol invloeden uit het verre en net wat minder verre verleden. 

De invloeden uit het verre verleden kwamen vooral uit de Laurel Canyon folk, die in de late jaren 60 en vroege jaren 70 werd gemaakt in de heuvels rond Los Angeles, terwijl ik uit een wat minder ver verleden vooral invloeden van Elliott Smith hoorde. Dankzij de link met Harry Styles kreeg het debuutalbum van Mitch Rowland best wat aandacht, maar de hoge kwaliteit van zijn album bleef wat mij betreft wat onderbelicht. 

Ik moet eerlijk toegeven dat ik de naam van de Amerikaanse muzikant na twee jaar alweer vergeten was en ook Come June heb ik na mijn lovende woorden twee jaar geleden niet al te vaak meer beluisterd. Ik heb het album er vorige week weer eens bij gepakt en merkte dat de muziek van Mitch Rowland het uitstekend deed bij de op dat moment nog enigszins aanwezige zomer. 

Die zomer is op het moment wat verder weg, maar ook het deze week verschenen nieuwe album van Mitch Rowland mag er weer zijn. In tegenstelling tot twee jaar geleden is Harry Styles op het moment niet al te actief, waardoor Whistling Pie wat minder aandacht krijgt dan zijn voorganger. Dat is jammer want ook op zijn tweede soloalbum laat Mitch Rowland horen dat hij een uitstekend gitarist en een zeer getalenteerd singer-songwriter is. 

Ook bij beluistering van het tweede album van de Amerikaanse muzikant had ik onmiddellijk associaties met de muziek van Elliott Smith en ik zal niet de enige zijn. Dat ligt voor een belangrijk deel aan de fluisterzachte zang van Mitch Rowland, maar ook de muziek en de sfeer in zijn songs doen meer dan eens denken aan de songs van Elliott Smith, al waren de teksten van de in 2003 overleden muzikant wel een stuk donkerder dan die van Mitch Rowland. 

Net als zijn voorganger is ook Whistling Pie een album dat het uitstekend doet wanneer de zon schijnt. Het album komt midden in de net uitgebroken herfst dan ook op een enigszins ongelukkig tijdstip, maar dat gold op zich ook voor het debuutalbum van Mitch Rowland, dat het desondanks prima deed. Het geldt vast ook weer voor het tweede album van de muzikant uit Ohio, want het weer lijkt toch wat op te klaren wanneer ik Whistling Pie door de speakers laat komen. 

Ook dit keer maakt Mitch Rowland lome en dromerige muziek, die uitnodigt tot luieren en wegdromen. Het maakt van Whistling Pie een bijzonder aangenaam album, maar het is ook een album dat uitnodigt tot beter luisteren, want in muzikaal opzicht zit het allemaal knap in elkaar en Mitch Rowland is een prima zanger. De Amerikaanse muzikant maakt bovendien muziek die verschillende invloeden en invloeden uit verschillende tijden aan elkaar smeedt. 

Ook het tweede album van Mitch Rowland is weer geen album waarmee hij zijn werkgever Harry Styles naar de kroon gaat steken, maar het is wel een album dat best in wat bredere kring mag worden opgepakt. De zonnestralen van het album gaan hier in ieder geval nog wel met enige regelmaat voorbij komen. Erwin Zijleman


Review: Dar Williams - Hummingbird Highway

Dar Williams debuteerde meer dan dertig jaar geleden en heeft een carrière die helaas niet altijd over rozen ging, maar haar albums zijn eigenlijk altijd goed, wat ook weer geldt voor Hummingbird Highway
Dar Williams zat na haar vorige album, het overigens in alle opzichten uitstekende I'll Meet You Here, weer eens zonder platencontract, maar gelukkig heeft ze onderdak gevonden bij het label van Ani Difranco, dat met Dar Williams een gelouterde en getalenteerde singer-songwriter in huis heeft gehaald. Ook op Hummingbird Highway laat de Amerikaanse muzikante weer horen wat ze kan. Het geluid van Dar Williams is in de ruim dertig jaar dat ze albums maakt niet eens zo heel veel veranderd, maar dat geldt ook voor de kwaliteit van haar muziek. Hummingbird Highway is daarom een feest van herkenning, maar het zijn ook weer tien extra Dar Williams songs om te koesteren.



Ergens halverwege de jaren 90 werd mijn liefde voor vrouwelijke singer-songwriters aangewakkerd en begon ik een muzikale ontdekkingsreis die me vooral langs muzikanten met een voorliefde voor Amerikaanse rootsmuziek leidde. Dar Williams werd een van mijn persoonlijke favorieten en dat dankte ze aan de albums The Honesty Room (1993), Mortal City (1996) en End Of The Summer (1997), die ik tot op de dag van vandaag koester. 
In muzikaal opzicht waren de albums van de Amerikaanse muzikante niet eens zo heel bijzonder, maar Dar Williams beschikt over een zeer karakteristiek stemgeluid, schrijft aansprekende songs en ook nog eens scherpe en geestige teksten. 

Ook nadat ik Dar Williams eenmaal had ontdekt bleef de muzikante uit Boston en later Northampton, Massachusetts, uitstekende albums maken, waarvan de verzamelaar Many Great Companions uit 2010 en In The Time Of Gods uit 2012 ook op deze site werden besproken. Vervolgens raakte Dar Williams haar platencontract kwijt en verloor ik haar uit het oog. Toen ze in 2021 eindelijk terugkeerde met het uitstekende I'll Meet You Here bleek ik slechts één album te hebben gemist (het in 2015 verschenen en ook uitstekende Enmerald). 

I'll Meet You Here was niet alleen een uitstekend album, maar deed bovendien niet onder voor de albums waarmee ik Dar Williams ooit leerde kennen en dat was best bijzonder na zoveel jaren in de muziek. Het is weer een tijdje stil geweest rond de volgens haar bandcamp pagina inmiddels naar New York uitgeweken muzikante, maar deze week keert ze terug met Hummingbird Highway, inmiddels haar elfde studioalbum (naast een verzamelaar en een live-album). 

Na haar zeer geslaagde vorige album moest Dar Williams helaas opnieuw op zoek naar een nieuw platencontract, maar gelukkig heeft ze onderdak gevonden bij het sympathieke Righteous Babe label van Ani DiFranco. Of Hummingbird Highway veel geld in het laatje gaat brengen bij het label waag ik te betwijfelen, maar in artistiek opzicht mag Righteous Babe best blij zijn met Dar Williams. 

Ik ken de Amerikaanse muzikante inmiddels dus al een jaar of 30, maar Dar Williams maakt het soort muziek waar ik nooit genoeg van krijg. Heel veel nieuws onder de zon is er overigens niet. De meeste songs op Hummingbird Highway zijn typische Dar Williams songs. Het zijn tijdloze en lekker in het gehoor liggende songs met vooral invloeden uit de folk. 

Het zijn songs die sober maar smaakvol zijn ingekleurd en die direct bekend klinken door de uit duizenden herkenbare stem van Dar Williams. Ook de songs en de teksten dragen het zo herkenbare signatuur van de Amerikaanse muzikante en een enkel uitstapje richting een wat jazzier geluid verandert daar niets aan. 

Net als de vorige albums van Dar Williams is ook Hummingbird Highway misschien weer een album zonder hele grote verrassingen, maar wel een album van een hele degelijke en opvallend constante kwaliteit en dat is voor een muzikante die inmiddels veertig jaar actief is in de muziek (ze debuteerde in 1985 op het verzamelalbum Boston Women’s Voice met de track You’re Aging Well, die acht jaar later op haar debuutalbum zou terecht komen) absoluut een knappe prestatie. Van mij mag ze nog flink wat albums maken. Erwin Zijleman

De muziek van Dar Williams is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse muzikante: https://darwilliams.bandcamp.com/album/hummingbird-highway.



16 september 2025

Review: Ruston Kelly - Pale, Through The Window

Ruston Kelly leverde twee jaar geleden met The Weakness een jaarlijstjesalbum af en vervolgt zijn weg met Pale, Through The Window, dat in muzikaal opzicht in het verlengde van zijn uitstekende voorganger ligt
In 2000 liep het kersverse huwelijk van Kacey Musgraves en Ruston Kelly op de klippen, wat beiden inspireerde tot een breakup album. Dat van Kacey Musgraves is zeker niet haar beste, maar Ruston Kelly overtrof zichzelf met The Weakness. Het is een album dat zeker ingrediënten uit de Amerikaanse rootsmuziek bevat, maar dat ook opzichtig flirt met pop en rock. Dat levert meestal draken van albums op, maar The Weakness was een zeer overtuigend album en dat geldt ook voor opvolger Pale, Through The Window, dat in tekstueel opzicht een andere richting kiest, maar dat in muzikaal en vocaal opzicht uit hetzelfde vaatje tapt als The Weakness twee jaar geleden.



Ik had tot het voorjaar van 2023 volgens mij nog nooit naar de muziek van de Amerikaanse singer-songwriter Ruston Kelly geluisterd. Ik kende hem eigenlijk alleen als de echtgenoot en later voormalige echtgenoot van Kacey Musgraves en ging er om onduidelijke redenen van uit dat hij het soort oubollige countrymuziek maakt waar ik niet gek op ben. Het in het voorjaar van 2023 verschenen The Weakness vond ik echter een enorme verrassing en uiteindelijk vond ik het album zelfs goed genoeg voor mijn jaarlijstje. 

Op The Weakness werkte Ruston Kelly samen met producer Nate Mercereau, die vooral popalbums en (neo-)soulalbums op zijn naam heeft staan. Het leverde een album op dat in de basis nog wel een Amerikaans rootsalbum was, maar dat niet klonk als een rootsalbum. Op een of andere manier klonk The Weakness ook niet als een pop en rock album, waardoor ik uiteindelijk tot de conclusie kwam dat Ruston Kelly de Amerikaanse rootsmuziek op The Weakness grondig had gemoderniseerd. 

The Weakness was bovendien een indringend breakup album dat duidelijk maakte dat het einde van het huwelijk met Kacey Musgraves niet alleen bij haar diepe wonden had geslagen. Ondanks mijn grote liefde voor de muziek van Kacey Musgraves vond ik haar breakup album (Star-crossed) minder dan dat van haar voormalige echtgenoot en dat zegt wat over de kwaliteit van The Weakness. 

Ruston Kelly kreeg na het album te maken met een writer’s block en andere persoonlijke dalen, maar hij vond uiteindelijk God (de ontmoeting omschreef hij als “a mushroom trip without the mushrooms”) en een nieuwe liefde (de ontmoeting is niet nader omschreven) en nam bovendien afstand van de fles. Het zijn ingrediënten die ook van het deze week verschenen Pale, Through The Window een zeer persoonlijk album maken. 

Ruston Kelly werkt op zijn nieuwe album samen met muzikant, studiotechnicus en producer Jarrad Kritzstein, met wie hij al eerder samenwerkte. Het levert een album op dat in muzikaal opzicht in het verlengde ligt van The Weakness. Ook Pale, Through The Window is een album dat een groot deel van de tijd niet klinkt als een rootsalbum, maar meer als een pop en rock album. 

In de meeste songs zijn de invloeden uit de Amerikaanse rootsmuziek vooral subtiel, maar er staan ook wel een aantal songs op het album die dichter tegen de Amerikaanse rootsmuziek aan kruipen en die ik persoonlijk het mooist en indrukwekkendst vind. Ik denk dat ik albums als Pale, Through The Window vaak wat te glad zal vinden, maar net als The Weakness wist ook het nieuwe album van de muzikant uit Nashville me direct te overtuigen. 

Dat ligt deels aan de lekker in het gehoor liggende stem van Ruston Kelly, die voldoende Amerikaanse rootsmuziek in zijn stem heeft om niet te klinken als de vaak wat aanstelligere mannenstemmen in de wat melancholische pop en rock van het moment. De Amerikaanse muzikant heeft bovendien ook voor Pale, Through The Window weer een serie persoonlijke en aansprekende songs geschreven. Ook in muzikaal en productioneel opzicht vind ik het nieuwe album van Ruston Kelly een bijzonder aangenaam album, dat ook nog wel even door kan groeien. Ruston Kelly is in Nederland behoorlijk onbekend, maar het is zeker een interessante muzikant. Erwin Zijleman

De muziek van Ruston Kelly is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse muzikant: https://rustonkelly.bandcamp.com/album/pale-through-the-window.


Pale, Through The Windows van Ruston Kelly is verkrijgbaar via de Mania webshop:



15 september 2025

Review: King Princess - Girl Violence

King Princess trok naar verluidt al flink de aandacht met haar eerste twee albums, maar op Girl Violence klinkt ze een stuk volwassener en levert ze een popalbum af dat flink opvalt binnen het enorme aanbod van het moment
Iedere week verschijnt een flink stapeltje albums dat past in het hokje (indie)pop. Om nog op te vallen zal een album er flink uit moeten springen en dat doet het nieuwe album van King Princess. Op Girl Violence laat Mikaela Straus niet alleen horen dat ze kan zingen, maar de muzikante uit New York heeft ook een serie aansprekende en persoonlijke songs geschreven. Het zijn songs die lekker veelzijdig klinken, want in muzikaal opzicht kan Girl Violence meerdere kanten op, variërend van pure pop tot indierock en van ingetogen ballads tot lome pop met een R&B twist. King Princess zette al flinke stappen op haar tweede album, maar voegt er een reuzenstap aan toe.



Girl Violence van King Princess krijgt deze week redelijk wat aandacht en op basis van de eerste recensies was ik zeker nieuwsgierig naar het album. Ik ging er in eerste instantie van uit dat King Princess een nieuwkomer is, want volgens mij was ik haar naam nog niet eerder tegen gekomen. Girl Violence blijkt echter al het derde album van het alter ego van de uit Brooklyn, New York, afkomstige Mikaela Straus. 

King Princess debuteerde in 2019 behoorlijk succesvol met het album Cheap Queen. Het is een album dat ik in 2019 waarschijnlijk nog wat teveel pop vond, maar inmiddels kan ik wel wat met het debuutalbum van King Princess en dat geldt ook voor de net wat stevigere opvolger Hold On Baby uit 2022. Ik vind het best bijzonder dat ik beide albums niet eens heb beluisterd, want Hold On Baby had zeker niet misstaan tussen de popalbums die ik in 2022 wel oppikte. 

Dat geldt in nog sterkere mate voor het deze week verschenen Girl Violence, dat goed aansluit op een aantal recente popalbums die ik goed vind. Ik vind het derde album van King Princess nog een stuk beter dan de eerste twee albums, wat het een mooi moment maakt om in te stappen bij de Amerikaanse muzikante. 

Wat in eerste instantie opvalt bij beluistering van het album is dat de songs van Mikaela Straus aan de korte kant zijn. Het album opent met de titelsong die maar net iets meer dan twee minuten duurt. Girl Violence bevat maar liefst acht tracks die de drie minuten grens niet passeren. De overige vijf tracks komen hooguit een paar seconden boven de drie minuten grens uit, waardoor King Princess slechts een kleine 35 minuten nodig heeft voor dertien tracks. Het zit me niet in de weg, want ik vind de songs van de Amerikaanse muzikante wel af. 

Er zijn meer dingen die opvallen bij beluistering van Girl Violence. Zo laat Mikaela Straus direct in de openingstrack horen dat ze kan zingen en dat ze beschikt over een stem die afwijkt van alle fluisterstemmen in de indiepop van het moment. Het is een stem die absoluut soulvol is en het is dan ook niet zo gek dat King Princess meer dan eens invloeden uit de R&B verwerkt in haar songs. 

Het zijn songs die zijn voorzien van een mooi en gevarieerd geluid. King Princess kan uit de voeten met het vooral met elektronica ingekleurde geluid dat de popmuziek van het moment domineert, maar in een track als I Feel Pretty gooit ze er ook stevige gitaren tegenaan. De Amerikaanse muzikante is verder ook niet vies van behoorlijk ingetogen en stemmige klanken, waardoor haar derde album een aantal kanten op kan. 

In muzikaal en productioneel opzicht klinkt Girl Violence een stuk volwassener dan de eerste twee album van King Princess. Hier blijft het niet bij, want ook de songs van Mikaela Straus zijn beter en hetzelfde geldt voor haar teksten, die wat minder vreemd zijn en inzoomen op de worstelingen met onder andere haar seksualiteit die ze bij het volwassen worden tegen kwam. Ook de zang op het derde album van King Princess is een stuk beter, want de stem van Mikaela Straus is op Girl Violence eigenlijk altijd mooi. 

Als ik de muziek van King Princess vergelijk met de grote popzangeressen van het moment kom ik vooral bij Billie Eilish uit, maar van treffend vergelijkingsmateriaal is zeker geen sprake. Het aanbod is momenteel enorm in dit genre, maar Girl Violence van King Princess verdient absoluut de aandacht. Erwin Zijleman

De muziek van King Princess is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse muzikante: https://kingprincess.bandcamp.com/album/girl-violence.


Girl Violence van King Princess is verkrijgbaar via de Mania webshop:



14 september 2025

Review: Ann Peebles - I Can't Stand The Rain (1974)

Ann Peebles maakte met name in de eerste helft van de jaren 70 een aantal uitstekende soulalbums, waarvan I Can’t Stand The Rain uit 1974 de bekendste en wat mij betreft ook de beste is
De single I Can’t Stand The Rain is de afgelopen decennia door menigeen vertolkt, maar de originele versie komt van het gelijknamige album van de Amerikaanse soulzangeres Ann Peebles. Het is een album dat werd opgenomen in Memphis, Tennessee, de bakermat van de zuidelijke soul, met niemand minder dan Willie Mitchell achter de knoppen. Ann Peebles zou snel in de vergetelheid raken, maar op I Can’t Stand The Rain is ze in topvorm. Het soulgeluid op het album klinkt bijzonder aangenaam en de songs zijn uitstekend, maar het is vooral de geweldige soulstem van Ann Peebles die indruk maakt. Niet het bekendste soulalbum uit de jaren 70, wel een hele goede.



Ik heb inmiddels al redelijk lang een duidelijke voorkeur voor vrouwenstemmen, maar dat is zeker niet altijd zo geweest. Toen ik ooit begon aan het ontdekken van de klassiekers uit de soulmuziek kwam Aretha Franklin wel voorbij, maar verder ging mijn aandacht toch vooral uit naar de grote soulzangers uit de jaren 60 en 70. 

Niet zo lang geleden kwam ik een lijstje tegen met albums van grote soulzangeressen uit deze periode en op dit lijstje stond onder andere I Can’t Stand The Rain van Ann Peebles. Het is misschien niet het beste soulalbum uit de jaren 60 en 70 en mogelijk niet eens het beste album van Ann Peebles (dat is volgens velen Straight From The Heart uit 1972), maar sinds ik I Can’t Stand The Rain heb ontdekt, ben ik zeer verknocht aan het album uit 1974. 

Dat ben ik vooral omdat Ann Peebles een geweldige zangeres is. Het is een zangeres met uiteraard heel veel soul in haar stem, maar Ann Peebles vertrouwt in tegenstelling tot veel van haar tijdgenoten niet alleen op kracht. De Amerikaanse zangeres kan enorm uithalen met haar krachtige strot, maar ook prachtig ingetogen zingen zonder de soul in haar stem te verliezen. 

I Can’t Stand The Rain ontleent een flink deel van zijn kracht aan de zang van Ann Peebles, maar het album heeft veel meer te bieden. Zo bevat het album flink wat songs die je ook van anderen kent, waaronder de titeltrack, maar ook songs als (You Keep Me) Hanging On (niet de gelijknamige Motown song van The Supremes) en I'm Gonna Tear Your Playhouse Down, waardoor het album direct bekend in de oren klinkt. 

De titeltrack is overigens van de hand van Ann Peebles zelf, al werd ze wel een handje geholpen door de fameuze songwriter en echtgenoot Don Bryant, die meeschreef aan meer songs op het album. De kwaliteit van de songs, voor een deel van de hand van anderen, is een album lang bijzonder hoog, wat extra bijdraagt aan de kracht van I Can’t Stand The Rain. 

Het album werd ook nog eens geproduceerd door de legendarische Willie Mitchell, die tekent voor een warm en ook sfeervol soulgeluid, met een voorname rol voor strijkers en blazers, maar ook heerlijke orgelpartijen en gitaarakkoorden en een swingend spelende ritmesectie. Het in Memphis, Tennessee, opgenomen album klinkt zoals een soulalbum uit de jaren 70 moet klinken, al zou de geluidskwaliteit nog wel wat opgepoetst kunnen worden. 

Ann Peebles bracht de meeste van haar albums in de jaren 70 uit, maar het succes van I Can’t Stand The Rain zou ze nooit meer benaderen. Het is dankzij de liefde van Jools Holland voor dit soort soulmuziek dat Ann Peebles nog wel eens opduikt, maar een zangeres die een album kan maken als I Can’t Stand The Rain had wel wat meer respect verdiend en had een respectabel stapeltje geweldige soulalbums moeten maken. 

Zelf kende ik Ann Peebles tot voor kort ook niet, maar ik kan echt geen genoeg krijgen van haar album uit 1974, dat ik zelf nog net wat hoger inschat dan de drie voorgangers, die ik inmiddels ook ken. Ik ben vast niet de enige die de collectie soul uit de jaren 60 en 70 vooral vulde met de albums van de erkende grote soulzangers uit deze periode, maar er waren ook geweldige soulzangeressen die uitstekende albums afleverden. I Can’t Stand The Rain van Ann Peebles behoort absoluut tot deze albums. Wat een stem, wat een geluid, wat een songs. Heerlijk. Erwin Zijleman


I Can't Stand The Rain van Ann Peebles is verkrijgbaar via de Mania webshop: