31 oktober 2025

Review: Hannah Jadagu - Describe

De Amerikaanse muzikante Hannah Jadagu maakte indruk met haar gitaar georiënteerde debuutalbum Aperture en gooit het nu over een andere maar ook interessante boeg met het vooral met elektronica ingekleurde Describe
Hannah Jadagu maakte een album dat in het voorjaar van 2023 prima paste in de hokjes indiepop en indierock, maar het album klonk ook origineel. Dat geldt ook weer voor het deze week verschenen Describe, maar de twee albums verschillen flink van elkaar. Het debuutalbum van de muzikante uit New York had gitaren als basis, maar op haar tweede album kiest Hannah Jadagu vol voor de elektronica. Het album schuift hierdoor op van indierock naar indiepop, maar het is wel een album dat zich breed laat beïnvloeden en duidelijk anders klinkt dan de meeste andere albums in het genre. Het sluit misschien minder goed aan op mijn smaak dan het vorige album, maar ik ben zeker gecharmeerd van Describe.



De afgelopen week was een goede week voor de liefhebbers van indiepop en indierock. Het zijn genres waarin het al tijden flink dringen is, al heeft dat ook alles te maken met de brede definities van de genres. Ik was de afgelopen week al positief over een aantal albums die passen in de hokjes indiepop en indierock, maar gaf ook aan dat het steeds lastiger wordt om je als muzikant te onderscheiden in deze genres. Dat geldt vooral voor jonge vrouwelijke muzikanten, want die zijn, in ieder geval in mijn bubbel, oververtegenwoordigd in de indiepop en indierock van het moment. 

Toch voeg ik nog een indiepop en indierock album toe aan mijn selectie van deze week. Het gaat om Describe van de Amerikaanse muzikante Hannah Jadagu. Het is voor mij een bekende naam, want de muzikante, die een paar jaar geleden Texas verruilde voor New York, liet in het voorjaar van 2023 een uitstekende indruk achter met haar debuutalbum Aperture . Het is een album dat volgde op een met een stokoude iPhone opgenomen EP waarop Hannah Jadagu nog vooral bedroom pop maakte , maar op Aperture zette de Amerikaanse muzikante een flinke stap met een rijker en interessanter geluid. 

Met Describe zet Hannah Jadagu een volgende stap en het is wederom een boeiende stap. Ik noemde het debuutalbum van de Amerikaanse muzikante een indiepop en indierock album, maar als ik haar tweede album in een hokje moet stoppen, laat ik het label indierock achterwege. Het debuutalbum van Hannah Jadagu was nog grotendeels een gitaar georiënteerd album met meerdere uitstapjes richting indierock, maar op Describe is ze de rock vergeten. 

Op Describe zijn de gitaren vervangen door een flinke batterij analoge synths en een aantal drummachines. Het zorgt voor een totaal ander geluid, maar het is een geluid dat me wel bevalt. De ritmes zijn in een aantal tracks op Describe wat zwaarder aangezet, maar het album bevat ook flink wat dromeriger klinkende tracks. Hier en daar hoor ik wat flirts met muziek uit de jaren 80, wat vast komt door het gebruik van analoge synths, maar het tweede album van Hannah Jadagu is ook absoluut een album van deze tijd. 

In de tracks waarin de elektronica het zwaarst is aangezet wordt ook de stem van de Amerikaanse muzikante vervormt. Daar ben ik normaal gesproken helemaal niet gek op, maar de stemvervormingen op Describe zijn subtiel en dragen bij aan de bijzondere sfeer op het album. Het is een album dat best een indiepop album genoemd mag worden, maar Hannah Jadagu flirt ook op subtiele wijze met hiphop en R&B en heeft een aantal van haar songs voorzien van een wat psychedelisch sfeertje. 

Het zijn invloeden die ook te horen waren op het debuutalbum, maar ze pakken op Describe echt anders uit dan op Aperture. Het is een moedige stap die Hannah Jadagu heeft gezet, want kiezen voor een totaal ander geluid is een stap die niet zonder risico is, maar ik kan me best voorstellen dat het tweede album van Hannah Jadagu in staat is om een breder publiek aan te spreken dan haar debuutalbum.

Dan moet het album overigens wel meer aandacht krijgen dan het vooralsnog krijgt. Het zou wat mij betreft zeer terecht zijn, want binnen het enorme aanbod van indiepop albums klinkt Describe van Hannah Jadagu beter en interessanter dan de meeste andere albums. Erwin Zijleman

De muziek van Hannah Jadagu is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse muzikante: https://hannahjadagu.bandcamp.com/album/describe.


Describe van Hannah Jadagu is verkrijgbaar via de Mania webshop:



Review: HORSEBATH, Qbus, Leiden, 30 oktober 2025


In februari was ik bijzonder positief over Another Farewell, het debuutalbum van de Canadese band HORSEBATH. De band uit Montreal raakte op haar debuutalbum aan de grote bands binnen de alt-country scene van de vroege jaren 90, maar Another Farewell liet ook een duidelijke jaren 60 en jaren 70 vibe horen in de bonte mix van invloeden op het album. 

Het debuutalbum van HORSEBATH werd in Nederland verrassend goed opgepikt en voerde onder andere de Euro-Americana chart aan. Ook de roemruchte Britse muziektijdschriften Uncut en Mojo waren onder de indruk van de Canadese band en bejubelden het album. Alle reden dus om te verwachten dat het wel eens hard zou kunnen gaan met HORSEBATH. 

Toen Hans van Polanen, de man achter de bijzondere Leidse concertzaal Qbus, me in februari appte dat hij HORSEBATH wel even naar Leiden zou halen was ik dan ook sceptisch, maar op 30 oktober stond HORSEBATH in de Qbus. Het blijft bijzonder om naar een concert op loopafstand van mijn huis te gaan en het is nog aparter om een band met de potentie van HORSEBATH te zien in de relatief kleine zaal aan de Middelstegracht in Leiden. 

De zaal was redelijk gevuld, maar HORSEBATH liet eigenlijk direct vanaf de eerste noten horen dat ze een uitverkocht huis hadden verdiend. De vijfkoppige band beschikt naast een soepel spelende ritmesectie over drie gitaristen en de band heeft bovendien drie uitstekende zangers in huis. Het afwisselen van de leadzang zorgt voor een gevarieerd geluid, maar uiteraard zijn de drie zangers ook goed voor fraaie harmonieën. De meeste indruk maakte wat mij betreft de leadgitarist van de band, die continu tekende voor veelkleurig gitaarspel en prachtig melodieuze solo’s. 

In vijf kwartier kwam het debuutalbum van de band uit Montreal voorbij en was er bovendien ruimte voor nieuwe songs, die deels zijn geschreven tijdens de Europese tour van de band, die er bijna op zit. Het zijn songs die doen uitzien naar het het tweede album van de band uit Montreal.

Door te variëren met het tempo en verschillende invloeden, waaronder met name invloeden uit verschillende soorten countrymuziek, te verwerken in haar muziek verveelde het geen moment. Het gitaarwerk was voor mij steeds de kers op de taart, maar ook in vocaal opzicht deed de Canadese band alles goed. 


Hans van Polanen had me eerder deze week al gemeld dat er een ‘mystery guest’ op het programma stond en bij binnenkomst werd de naam van Sierra Ferrell onthuld. De Amerikaanse muzikante is in Nederland relatief onbekend, maar is in de Verenigde Staten behoorlijk groot. Ik was zeer onder de indruk van haar albums, die ik ook op deze site heb besproken, dus tijdens het optreden van HORSEBATH was het stiekem ook wel wachten op de komst van Sierra Ferrell. 

De Amerikaanse muzikante dook uiteindelijk pas op in het slotnummer van de avond en het werd door haar geweldige stem een fascinerend slotakkoord. Het concert van HORSEBATH deed uitzien naar veel meer en dat deed ook de bijdrage van Sierra Ferrell. Misschien moet Hans van Polanen haar nog eens apart naar de Qbus halen. Dat lijkt me op voorhand een volstrekt kansloze missie, maar de unieke Leidse concertzaal heeft me al vaker verrast. Erwin Zijleman

Voor de agenda van de Qbus zie: https://www.vanpolanenpresenteert.com.

De muziek van HORSEBATH is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Canadese band: https://horsebath.bandcamp.com/album/another-farewell.


Another Farewell van HORSEBATH is verkrijgbaar via de Mania webshop:



Review: Jennifer Walton - Daughters

De Britse muzikante Jennifer Walton heeft met Daughters een album gemaakt dat soms lastig te doorgronden is en soms tegen de haren instrijkt, maar er is ook veel moois te horen in haar bijzondere muzikale universum
Jennifer Walton opereerde tot dusver ver buiten mijn muzikale bubbel, maar met haar debuutalbum Daughters doet ze een poging om mijn bubbel binnen te dringen. Dat doet ze met een bijzonder album vol aardedonkere songs. Het zijn songs die heel af en toe redelijk conventioneel klinken, maar de Britse muzikante zoekt op Daughters ook nadrukkelijk het experiment. Het levert een album op dat ik in ieder geval niet direct kon omarmen, maar waarop steeds meer op zijn plek valt. Het is goed voor een fascinerende luistertrip die het je soms moeilijk maakt, maar die ook zomaar kan betoveren met prachtige klanken. Absoluut een bijzonder album.



Daughter, het debuutalbum van de Britse muzikante Jennifer Walton, is de afgelopen week niet heel breed opgepikt, maar de paar recensies die van het album verschenen waren wel zeer positief. In eerste instantie hoorde ik het zelf niet, want Daughters is zeker geen makkelijk album. Ik vond het debuutalbum van Jennifer Walton bij eerste beluistering vooral ongrijpbaar, maar ik vond de muziek van de Britse muzikante zo af en toe ook ronduit lelijk. 
Daughters zat dan ook niet bij mijn eerste selectie eind vorige week, maar vanwege de zeer lovende woorden van onder andere Pitchfork en The Guardian, bronnen die ik hoog heb zitten, ben ik het toch blijven proberen met het album, tot het kwartje alsnog viel. 

Ik was de naam Jennifer Walton nog niet eerder tegen gekomen, maar de muzikante uit Londen timmert al een aantal jaren aan de weg als, onder andere als DJ en studiotechnicus en vooral in de underground scene. De achtergrond van Jennifer Walton hoor je deels terug op Daughters, maar ze laat ook een nieuwe kant van zichzelf horen. 

Op Daughters laat de Britse muzikante vooral songs met een kop en een staart horen. Het zijn songs waarin de soms mooie en soms vervormde stem van Jennifer Walton zorgen voor structuur. Ik heb niet zo veel met elektronisch vervormde zang, maar gelukkig is de zang op het album over het algemeen mooi. 

De zang zorgt niet alleen voor structuur, maar is ook een constante factor op Daughters. De muziek op het album is veel minder constant en biedt zeker bij eerste beluistering weinig houvast. Jennifer Walton kiest in een aantal songs voor flink wat elektronica en kiest hiernaast vaak voor experiment, maar haar debuutalbum bevat ook een aantal sfeervolle en voornamelijk ingetogen songs. 

Het zijn de laatste songs waarin voor mij alles voor het eerst op zijn plek viel, waarna ik langzaam maar zeker ook de andere songs op het album meer ging waarderen. Prijsnummer is wat mij betreft het prachtige Miss America, waarin de muziek van Jennifer Walton behoorlijk conventioneel klinkt en haar zang op zijn mooist is. Het is de song die me overtuigde om verder te luisteren naar Daughters en daar heb ik geen spijt van gekregen. 

Zeker de wat complexere songs op het album hebben wat meer tijd nodig, maar ook in deze tracks heeft de Britse muzikante veel moois en bijzonders verstopt. Het album van Jennifer Walton is op het juiste moment verschenen, want Daughters bevat vooral songs die het daglicht maar nauwelijks kunnen verdragen. 

De meeste songs op het album zijn behoorlijk donker en doen me qua sfeer wel wat denken aan de muziek van Ethel Cain, die ook muziek maakt die niet geschikt is voor mensen die het leven uitsluitend door een roze bril willen bekijken of gevoelig zijn voor het effect vallende blaadjes. In muzikaal en vocaal opzicht is het debuutalbum van Jennifer Walton niet te vergelijken met de muziek van Ethel Cain, zeker niet wanneer het aandeel van elektronica wordt vergroot. 

Ik ben er nog steeds niet helemaal uit wat ik van het album vind, maar Daughters fascineert me inmiddels wel en het aantal favoriete songs op het album groeit. Het debuutalbum van Jennifer Walton is een album waarover je vooral niet te snel moet oordelen. De schoonheid komt dan vanzelf. Erwin Zijleman

De muziek van Jennifer Walton is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Britse muzikante: https://jenniferwalton.bandcamp.com/album/daughters.


Daughter van Jennifer Walton is verkrijgbaar via de Mania webshop:



30 oktober 2025

Review: Lily Allen - West End Girl

Ik had eerlijk gezegd geen aansprekend album van Lily Allen meer verwacht, maar na twee behoorlijk zwakke albums en een lange periode van stilte verrast de Britse muzikante met het prima West End Girl
Een portie persoonlijke ellende wens ik niemand toe, maar het levert wel vaak mooie albums op. We hoorden de afgelopen jaren niets van Lily Allen, maar na het op een vervelende manier op de klippen lopen van haar huwelijk begon ze aan het maken van haar vijfde album. West End Girl is deze week verschenen en is echt veel beter dan de vorige twee albums van de Britse muzikante. In muzikaal opzicht slaat Lily Allen wat andere wegen in, maar haar stem is uit duizenden herkenbaar en dat geldt ook voor haar teksten die afwisselend grof en grappig zijn. Ik had het totaal niet verwacht, maar het vijfde album van Lily Allen is echt een leuk album geworden.



Ik was in 2006 wel een klein beetje verliefd op Lily Allen en nog net wat meer op haar debuutalbum Allright, Still, waarmee de Britse muzikante direct en volkomen terecht doorbrak naar een groot publiek. Die liefde groeide flink toen in 2009 haar tweede album It's Not Me, It's You verscheen. Ik vond en vind het tweede album van Lily Allen een album vol met briljante popsongs, die nog een stukje beter worden door de wat ordinaire humor in de teksten van de Britse muzikante. 

Als ik het album beluister word ik er ook 16 jaar later nog heel vrolijk van en dat is best bijzonder. Ik werd een stuk minder vrolijk van het in 2014 verschenen Sheezus, dat het vooral qua memorabele songs flink liet afweten. Het in 2018 verschenen No Shame was wel weer een stapje in de goede richting, maar nog altijd geen schim van It's Not Me, It’s You. Na No Shame schreef de Britse muzikante haar autobiografie en begon ze een nieuwe carrière als actrice. 

Het overigens zeer lezenswaardige My Thoughts Exactly maakte duidelijk dat het leven van Lily Allen even opwindend was als de songs op haar tweede album en sindsdien is het zeker niet saaier geworden. Lily Allen kan er wederom een boek over vol schrijven, maar na zeven jaar stilte komt ze eerst met een nieuw album op de proppen. Het is een album dat deels in het teken staat van de zoveelste gestrande liefdesrelatie, waardoor West End Girl een breakup album genoemd mag worden. 

Na Sheezus, No Shame en de stilte die volgde had ik eerlijk gezegd niet meer op een nieuw album van Lily Allen gerekend en al helemaal niet op een goed album. West End Girl bevalt me echter wel, al is ook het nieuwe album van Lily Allen niet zo goed als It’s Not Me, It’s You. West End Girl bevat geen 20-karaat popsongs als The Fear, maar ik hoor minstens een handvol memorabele popsongs en ook nog wel een aantal songs die uit kunnen groeien tot memorabele popsongs. 

Lily Allen heeft van haar hart nog nooit een moordkuil gemaakt en dat doet ze ook niet op haar nieuwe album. Met name haar vorige echtgenoot moet het flink ontgelden en dat levert flink wat behoorlijke grove teksten op die door Spotify worden aangemerkt als expliciet, maar die ook absoluut grappig zijn.

In muzikaal opzicht kan het op West End Girl alle kanten op. Het album bevat een aantal tracks die zich hebben laten inspireren door popmuziek die meer dan 65 jaar geleden werd gemaakt, maar Lily Allen kan ook opeens naar heel veel elektronica en de autotune grijpen. 

Ik vind met name de wat meer ingetogen en licht zoete songs op het album interessant. Het klinkt misschien anders dan de muziek die Lily Allen in het verleden maakte, maar het is door haar stem, door haar tongval en door de humor in de teksten ook vintage Lily Allen. 

Natuurlijk ligt het voor de hand om West End Girl te vergelijken met het topalbum dat de Britse muzikante 16 jaar geleden maakte, maar dat is niet helemaal eerlijk. De vergelijking met haar andere drie albums valt wat mij betreft overigens wel positief uit. West End Girl zal nooit zo goed worden als It's Not Me, It’s You, maar iedere keer als ik naar het nieuwe album van Lily Allen luistert vind ik het weer wat leuker, zeker als ik de teksten er bij pak. West End Girl is de door mij niet meer verwachte comeback van Lily Allen en het is een comeback die ik opvallend geslaagd vind. Erwin Zijleman


West End Girl van Lily Allen is verkrijgbaar via de Mania webshop:

29 oktober 2025

Review: Sigrid - There's Always More That I Could Say

Ik vond het tweede album van de Noorse popster Sigrid wat tegenvallen, maar het deze week verschenen There's Always More That I Could Say is minstens net zo onweerstaanbaar als haar debuutalbum Sucker Punch
Ik ben redelijk kieskeurig wanneer het gaat om pop, want ik bejubel misschien een aantal popalbums van het moment, maar er zijn er ook een hoop waar ik minder goed mee uit de voeten kan. Het nieuwe album van de Noorse muzikante Sigrid hoort wat mij betreft absoluut in de eerste categorie. Net als op haar debuutalbum Sucker Punch uit 2019 tovert Sigrid op haar derde album There's Always More That I Could Say de ene na de andere onweerstaanbaar lekkere popsong uit de hoge hoed. Sigrid klinkt op haar nieuwe album volwassener dan op haar debuutalbum, maar haar songs hebben nog altijd de frisse energie die Sucker Punch zo leuk maakte.



De Noorse muzikante Sigrid (Solbakk Raabe) maakte in het prille voorjaar van 2019 met Sucker Punch een werkelijk geweldig popalbum. Op haar debuutalbum maakte de destijds 23-jarige muzikante samen met een blik uitstekende producers bijzonder aanstekelijke popmuziek met een hoofdletter P. 

De vooral met elektronica ingekleurde songs op Sucker Punch sloten aan bij de mainstream pop van dat moment, maar Sigrid liet ook absoluut een eigen geluid horen op haar terecht stevig bewierookte debuutalbum, dat vol staat met perfecte popsongs, die na één keer horen voorgoed in het geheugen zitten. 

In het voorjaar van 2022 verscheen het tweede album van Sigrid, maar How To Let Go maakte op mij niet de verpletterende indruk die Sucker Punch drie jaar eerder wel maakte. Ik heb het heel vaak geprobeerd met het album, dat kon rekenen op geweldige recensies, maar How To Let Go kreeg me maar niet te pakken. Dat lag niet aan de kwaliteit van het album, want die was prima, maar het soort pop op het tweede album van Sigrid beviel me gewoon minder dan de sprankelende popsongs op haar debuutalbum. 

Deze week is het derde album van Sigrid verschenen en gezien de minder goede ervaringen met How To Let Go begon ik met bescheiden verwachtingen aan There's Always More That I Could Say. Sigrid heeft wederom de tijd genomen voor haar album en klinkt toch weer flink anders dan op haar vorige twee albums. 

There's Always More That I Could Say lijkt niet echt op Sucker Punch, maar het derde album van Sigrid heeft wel precies hetzelfde effect op mij als het debuutalbum van de Noorse muzikante. Direct bij eerste beluistering werd ik meedogenloos verleid door de nieuwe songs van Sigrid en sindsdien zitten de popsongs op There's Always More That I Could Say in mijn hoofd. En ze gaan er niet meer uit vrees ik. 

Het betekent overigens niet dat Sigrid op haar nieuwe album continu het soort pop maakt waar ik als een blok voor val, want dat is niet het geval. De Noorse muzikante laat zich op haar nieuwe album inspireren door een aantal decennia popmuziek en maakt iedere keer weer een net wat andere keuze. De ene keer hoor je vooral gitaren, de volgende keer toch weer elektronica of juist een piano. De meeste songs op het derde album van Sigrid klinken groots en meeslepend, maar ook als er even gas terug wordt genomen maakt het album indruk. 

De songs op There's Always More That I Could Say klinken volwassener dan de songs op Sucker Punch, maar waar het plezier en de positieve energie wat mij betreft ontbraken op het tweede album van Sigrid, geeft haar nieuwe album mijn humeur weer een enorme boost. Het voorziet de enorm goede songs op There's Always More That I Could Say van nog wat extra glans. Dat doet Sigrid ook met haar stem, want ook de zang van de Noorse muzikante is uitstekend en is gegroeid sinds haar debuutalbum. 

Er verschenen ook dit jaar weer heel veel uitstekende popalbums en het zijn popalbums die zich voor een belangrijk deel binnen een vast stramien bewegen. Het album van Sigrid doet dit niet, want There's Always More That I Could Say klinkt echt anders dan de Britse of Amerikaanse popalbums van het moment. Het levert een album op dat alles heeft dat een nagenoeg perfect popalbum moet hebben. Sigrid is terug en hoe. Erwin Zijleman


There's Always More That I Could Say van Sigrid is verkrijgbaar via de Mania webshop:


Review: fanclubwallet - Living While Dying

Het tweede album van fanclubwallet, een project van de Canadese muzikante Hannah Judge, krijgt vooralsnog maar heel weinig aandacht, maar het is net als zijn voorganger een leuk, fris en zeer fantasierijk indiepop en indierock album
You Have Got To Be Kidding Me, het debuutalbum van fanclubwallet, bleef in 2022 wat onderbelicht, maar gelukkig kreeg ik het album wel op het netvlies. Het project van Hannah Judge uit Ottawa opereerde binnen de overvolle indiepop en indierock van dat moment, maar klonk origineler en spannender dan de meeste andere albums in het genre. Het geldt ook weer voor het deze week verschenen tweede album van de Canadese muzikante. Ook Living While Dying past in de hokjes indiepop en indierock, maar Hannah Judge doet alles net even wat anders. Het gaat haar waarschijnlijk niet wereldberoemd maken, maar dat dit album meer aandacht verdient dan het vooralsnog krijgt is 100% zeker.



De Canadese muzikante Hannah Judge maakte onder de naam fanclubwallet misschien niet het beste album van 2022, maar het in het voorjaar van dat jaar uitgebrachte You Have Got To Be Kidding Me behoorde wat mij betreft wel tot de leukere debuutalbums van 2022. 

Op haar debuutalbum als fanclubwallet maakte Hannah Judge muziek die goed aansloot bij de indiepop en indierock van persoonlijke favorieten van mij uit het betreffende jaar als Soccer Mommy, Snail Mail en Phoebe Bridgers, maar het album van fanclubwallet klonk ook lekker eigenzinnig en trok steeds weer de aandacht met verrassende wendingen, bijzondere klanken en andere eigenwijsheden. 

Er was in het voorjaar van 2022 helaas maar heel weinig aandacht voor het album van fanclubwallet, want eigenlijk pikte alleen de Amerikaanse muziekwebsite Paste het album op. Paste heeft het deze week verschenen nieuwe album van het project van Hannah Judge helaas niet opgemerkt, waardoor Living While Dying het waarschijnlijk met nog minder aandacht moet doen dan zijn voorganger. 

Het is jammer, want ook het tweede album van fanclubwallet is een album waar ik in ieder geval heel vrolijk van word. Living While Dying ligt in het verlengde van You Have Got To Be Kidding Me en is een album dat goed overweg kan met de etiketten indiepop en indierock. Ook op haar tweede album werkt Hannah Judge weer samen met muzikant en producer Michael Watson, die ook Living While Dying heeft voorzien van een fantasierijk geluid, dat continu een glimlach op je gezicht tovert. 

Het is een geluid waarin jengelende gitaren en soms wat cheesy klinkende synths op avontuurlijke wijze om elkaar heen draaien en steeds weer zorgen voor net wat andere accenten. Wanneer je het nieuwe album van fanclubwallet met de koptelefoon beluistert hoor je hoe knap het in muzikaal opzicht allemaal in elkaar zit, maar de muziek van fanclubwallet doet op hetzelfde moment wat lo-fi aan. 

Living While Dying is in meerdere oprichten een album van tegenstrijdigheden. De titel van het album verwijst naar de chronische ziekte waaraan Hannah Judge lijdt en die veel impact heeft op haar leven. Het zorgt er voor dat haar songs soms wat melancholisch klinken, maar het tweede album van fanclubwallet is ook een album vol zonnestralen. 

Bij vluchtige beluistering lijkt de muziek van de muzikante uit Ottawa misschien op de indiepop en indierock die wordt gemaakt door een heel legioen aan jonge vrouwelijke muzikanten, maar fanclubwallet weet zich wat mij betreft redelijk makkelijk te onderscheiden van alles dat er al is. 

De songs van Hannah Judge liggen stuk voor stuk bijzonder lekker in het gehoord, wat zowel de verdienste is van de veelkleurige en avontuurlijke instrumentatie als van de aangename fluisterstem van de Canadese muzikante, maar de songs op Living While Dying zijn interessanter dan de gemiddelde songs in deze genres en blijven de fantasie maar prikkelen. 

Het is daarom jammer dat vaste en invloedrijke tipgevers als Pitchfork en Paste deze week niet thuis geven, want het tweede album van fanclubwallet past wat mij betreft perfect in het muzikale straatje van beide websites. Ik ben zelf in ieder geval heel blij met dit leuke album van fanclubwallet, dat net als zijn voorganger toegankelijkheid en schoonheid combineert met avontuur en eigenzinnigheid. Erwin Zijleman

De muziek van fanclubwallet is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Canadese muzikante: https://fanclubwallet.bandcamp.com/album/living-while-dying.


Living While Dying van fanclubwallet is verkrijgbaar via de Mania webshop:



28 oktober 2025

Review: Eliza McLamb - Good Story

De Amerikaanse muzikante Eliza McLamb moet op haar tweede album Good Story concurreren met 1001 andere vrouwelijke muzikanten binnen de indiepop en indierock en dat gaat haar echt uitstekend af
Good Story van Eliza McLamb kan met name in de Verenigde Staten rekenen op zeer positieve recensies. Daar kan ik me van alles bij voorstellen, want direct bij de eerste keer horen was ik heel enthousiast over het album. Dat was ik overigens ook al over het debuutalbum van Eliza McLamb, maar haar nieuwe album is nog een stuk beter. Good Story staat vol met de indiepop en de indierock zoals die op het moment veel vaker wordt gemaakt, maar de songs van Eliza McLamb zijn beter, de muziek op het album is mooier, avontuurlijker en veelzijdiger en de muzikante uit New York is een prima zangeres. Op TikTok is Eliza McLamb al een grootheid, maar ook buiten dit medium gaat haar ster nu snel rijzen.



Er zijn momenteel zoveel vrouwelijke muzikanten actief in de indiepop en indierock dat ik wel eens een naam vergeet. De naam Eliza McLamb kwam mij in ieder geval niet bekend voor toen ik vorige week de lijst met nieuwe albums bestudeerde. Toen ik vrijdag mijn selectie voor deze week maakte beviel haar nieuwe album Good Story me wel meteen. 

Het bleek niet de eerste keer dat ik viel voor de muzikale charmes van de Amerikaanse muzikante, want helemaal aan het begin van 2024 was ik ook zeer positief over haar debuutalbum Going Through It. Het was een album dat een geluid liet horen met volop invloeden van met name boygenius en de drie leden van deze ‘supergroep’. Niets nieuws onder de zon dus, maar Eliza McLamb deed alles wel net wat beter dan de meeste andere muzikanten die zich hebben laten beïnvloeden door de vaandeldragers van de indiepop en indierock van het moment. 

Het was deels de verdienste van de productie van Sarah Tudzin, de vrouw achter de Illuminati Hotties, maar ook actief als producer voor onder andere Weyes Blood en boygenius, maar Eliza McLamb deed zelf ook een flinke duit in het zakje met een serie aansprekende songs en overtuigende zang. 

Ook voor haar tweede album wist Eliza McLamb de zeer getalenteerde Sarah Tudzin te strikken als muzikant en producer. Hiernaast deed ze een beroep op een wat groter aantal muzikanten, deels afkomstig uit de band van Lucy Dacus en Chappel Roan, van wie er een aantal werden gerekruteerd voor de ‘screams’ op het album, wat we op voorhand nieuwsgierig maakte naar Good Story. 

Eliza McLamb is in mijn bubbel volgens mij nog niet heel erg bekend, maar ze schijnt groot te zijn op TikTok, wat voor mij nog altijd een onbekend parallel universum is. De muzikante uit Brooklyn, New York, verdient het om ook in mijn bubbel bekend te zijn, want Good Story is nog wat beter dan haar debuutalbum. 

Ook Good Story past in de hokjes indiepop en indierock en klinkt direct bekend in de oren, maar waar Eliza McLamb op haar debuutalbum aansloot bij de smaakmakers binnen het genre, klinkt ze op haar tweede album een stuk eigenzinniger. Ze heeft haar songs gevarieerd en fantasierijk ingekleurd, waarbij het gitaarwerk de ene keer lekker staccato of fraai akoestisch klinkt en het volgende moment gierend uit de bocht vliegt, maar Good Story bevat ook een aantal folky popsongs die een stuk meer ingetogen klinken. 

Indiepop en indierock gaan op Good Story naadloos in elkaar over en dat is knap. In muzikaal opzicht klinkt Good Story een stuk avontuurlijker en ook beter dan het debuutalbum van Eliza McLamb en ook haar gevarieerdere zang spreekt me nog meer aan dan op haar vorige album. 

Het debuutalbum van Eliza McLamb vond ik al beter dan het gemiddelde album binnen de indiepop en de indierock en dat gaat in nog veel sterkere mate op voor Good Story. De muzikante uit Brooklyn is flink gegroeid als songwriter en tovert op haar tweede album de ene na de andere memorabele popsong uit de hoge hoed. Het zijn popsongs die goed passen bij haar leeftijd (23) die die vaak in het teken staan van het volwassen worden. 

Ik raak eerlijk gezegd wel eens wat uitgekeken op al die jonge vrouwelijke muzikanten in de indiepop en indierock van het moment, maar van Good Story van Eliza McLamb kan ik alleen maar heel blij worden. Nu nog op zoek naar die ‘screams’, want die ben ik volgens mij nog niet tegengekomen. Erwin Zijleman

De muziek van Eliza McLamb is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Amerikaanse muzikante: https://elizamclambmusic.bandcamp.com/album/good-story.



27 oktober 2025

Review: Brandi Carlile - Returning To Myself

Brandi Carlile is de afgelopen twintig jaar uitgegroeid tot een van de groten binnen de Amerikaanse rootsmuziek en bevestigt deze status met het zeer persoonlijke en uitstekende Returning To Myself
Brandi Carlile begon in the middle of nowhere en in haar eentje aan de songs voor haar nieuwe album, maar kreeg uiteindelijk hulp van meerdere producers, onder wie Aaron Dessner, en van een heel legioen topmuzikanten. Dat is goed te horen op Returning To Myself, dat in muzikaal en productioneel opzicht echt prachtig klinkt. De meeste indruk maakt Brandi Carlile echter zelf met een serie prachtige songs, met persoonlijke teksten en vooral met een stem die nog veel mooier is dan de stem die twintig jaar geleden zoveel indruk maakte op haar debuutalbum. Het maakt het stapeltje uitstekende Brandi Carlile albums nog wat groter en indrukwekkender dan het al was.



Het is bijna niet te geloven dat het alweer twintig jaar geleden is dat het titelloze debuutalbum van Brandi Carlile verscheen. Het is een album waarmee de Amerikaanse muzikante zich in één klap schaarde onder de smaakmakers binnen de Amerikaanse rootsmuziek, al had in 2005 nog lang niet iedereen dit door. 

Twintig jaar later wordt Brandi Carlile echter door de meeste liefhebbers van Amerikaanse rootsmuziek geschaard onder de groten binnen het genre. Daar valt ook weinig op af te dingen, want de muzikante uit Ravensdale, Washington, heeft inmiddels een stapeltje fraaie en invloedrijke albums op haar naam staan, haalde een imposant aantal Grammy awards op, timmerde aan de weg als producer voor onder andere Brandy Clark en Lucius, kreeg Joni Mitchell weer het podium op en vormt bovendien samen met Maren Morris, Amanda Shires en Natalie Hemby de ‘supergroep’ The Highwomen. 

Ik heb nog altijd een enorm zwak voor het debuutalbum van Brandi Carlile, maar ook de zes andere albums die ze uitbracht zijn van een hoog niveau. Van deze albums was het in 2021 verschenen In These Silent Days misschien wel de beste en bovendien het laatste wapenfeit van de solomuzikante Brandi Carlile. Tot deze week dan, want met Returning To Myself heeft de Amerikaanse muzikante haar achtste album uitgebracht. 

In de aanloop naar de release van het album luisterde ik weer eens naar haar debuutalbum, dat nog altijd indruk maakt. Het is een album dat flink ver verwijderd is van het nieuwe album van Brandi Carlile. Dat is ook niet zo gek, want wat is er de afgelopen twintig jaar veel gebeurd in de carrière van de muzikante, die nog altijd woont op het platteland van Washington State, ver verwijderd van Nashville. 

Returning To Myself is het tweede album dit jaar met de naam Brandi Carlile op de cover, want eerder dit jaar een album dat ze samen maakte met Elton John. Daar vond ik eerlijk gezegd niet veel aan, maar Returning To Myself is prachtig. Het album kwam tot stand nadat Brandi Carlile in contact was gekomen met producer en The National voorman Aaron Dessner. 

De Amerikaanse producer bood Brandi Carlile zijn afgelegen cabin in het bos aan en hierin sleutelde ze in eerste instantie in haar eentje aan de songs die terecht kwamen op het nieuwe album. Returning To Myself werd geproduceerd door Brandi Carlile en Aaron Dessner, waarna ook producer Andrew Watt aanschoof en bovendien een waslijst aan topmuzikanten, onder wie Justin Vernon (aka Bon Iver), Josh Klinghofer, Matt Chamberlain, Elton John, Rob Moose en Blake Mills. 

Met Returning To Myself heeft Brandi Carlile een zeer persoonlijk en voornamelijk ingetogen album gemaakt. Het album opent prachtig met de spaarzaam ingekleurde titelsong, waarin opvalt hoe mooi de stem van Brandi Carlile is. Returning To Myself bevat voornamelijk van dit soort ingetogen tracks, maar ook een drietal rocksongs, die wat mij betreft minder goed passen op het album en minder onderscheidend zijn. 

In alle tracks op het album trekt de verzorgde en hoogstaande instrumentatie de aandacht, maar ik word zelf vooral geraakt door de prachtige stem van Brandi Carlile, die haar persoonlijke songs voorziet van extra emotionele lading. Het was al een fraai oeuvre dat Brandi Carlile op haar naam had staan, maar met Returning To Myself voegt ze er nog maar eens een prachtalbum aan toe. Erwin Zijleman


Returning To Myself van Brandi Carlile is verkrijgbaar via de Mania webshop:

26 oktober 2025

Review: Elton John - Captain Fantastic And The Brown Dirt Cowboy (1975)

Elton John maakte in de eerste helft van de jaren 70 een serie tot klassiekers uitgegroeide albums, waarvan Captain Fantastic And The Brown Dirt Cowboy nu als laatste de vijftigste verjaardag viert
Mijn stapeltje favoriete Elton John albums kwam tot voor kort uit de jaren 1970, 1971, 1972 en 1973. Na mijn eerste kennismaking met Captain Fantastic And The Brown Dirt Cowboy uit 1975 voeg ik dit album toe aan dit stapeltje. Het album is inmiddels alweer vijftig jaar oud en is het laatste echt goede album van Elton John uit de jaren 70 en misschien zelfs wel het laatste echt goede album van de Britse muzikant. Het is een album waarop het duo Elton John en Bernie Taupin nog in topvorm verkeert, al mist het album de grote hits van zijn voorgangers. Er valt echter genoeg te genieten op Captain Fantastic And The Brown Dirt Cowboy, dat misschien geen grote hits bevat, maar wel een serie excellente songs.



Op een of andere manier bleef de muziek van Elton John voor mij lange tijd onbelicht of in ieder geval onderbelicht. Wat niet hielp is dat mijn interesse voor singer-songwriters uit de jaren 70 halverwege de jaren 80 begon te groeien en dat was ook het moment waarop Elton John opdook met het vreselijke Nikita, waardoor ik de Britse muzikant direct helemaal afschreef. 

Ik heb het oeuvre van Elton John daarom pas veel later ontdekt en heb toen snel geconcludeerd dat eigenlijk alleen de albums die hij aan het begin van de jaren 70 maakte interessant zijn. Met iets meer nuance beschouw ik ook Too Low For Zero uit 1983 als een heel behoorlijk album, maar verder blijf ik er bij dat Elton John aan het begin van de jaren 70 zijn beste albums maakte. 

Bij het ontdekken van het oeuvre van Elton John begon ik zo’n twintig jaar geleden bij Elton John uit 1970, maar mijn favoriete albums van de Britse muzikant werden Tumbleweed Connection (1970), Madman Across The Water (1971), Honky Château (1972), Don't Shoot Me, I'm Only The Piano Player (1973) en Goodbye Yellow Brick Road (1973). Ongelooflijk trouwens hoe productief Elton John aan het begin van de jaren 70 was, want welke andere muzikant maakte in een paar jaar tijd zoveel klassiekers? 

Na Goodbye Yellow Brick Road verscheen in 1974 het album Caribou, dat ik een stuk minder interessant vond dan zijn voorgangers. Het was voor mij het moment om te stoppen met het ontdekken van het oeuvre van Elton John. Met de kennis van nu weet ik dat ik na Goodbye Yellow Brick Road niet heel veel meer heb gemist, maar in 1975 verscheen nog een album dat door de critici wordt geschaard onder de allerbeste albums van de Britse muzikant. 

Captain Fantastic And The Brown Dirt Cowboy verscheen precies 50 jaar geleden en werd deze week uitgebracht in een luxe versie. Het is een album dat ik nog niet eerder had beluisterd. Het is bovendien een album waarvan ik maar heel weinig songs blijk te kennen. De cover van The Beatles track Lucy In The Sky With Diamonds heb ik altijd wat overbodig gevonden en Philadelphia Freedom schaar ik niet onder de meest memorabele Elton John singles, maar verder hoorde ik niets bekends op het album. 

Over het algemeen genomen ben ik echter wel enthousiast over Captain Fantastic And The Brown Dirt Cowboy, dat prima past in het bovenstaande rijtje klassiekers van de Britse muzikant. Op het album werkt Elton John, net als op al zijn andere memorabele albums, samen met Bernie Taupin en het is een combinatie die ook op Captain Fantastic And The Brown Dirt Cowboy uitstekend werkt. 

Op het conceptalbum staan Elton John en Bernie Taupin stil bij de jongere en minder succesvolle versies van zichzelf. Het album bevat in tegenstelling tot de voorgangers geen hele grote hits, maar de kwaliteit van de songs is hoog. Captain Fantastic And The Brown Dirt Cowboy is een typisch jaren 70 singer-songwriter album en het is een album waarop een geweldig spelende band is te horen. 

Er is hoorbaar veel energie gestoken in de songs en de teksten. Omdat het album volledig nieuw voor me was, ging ik wat minder snel overstag dan bij beluistering van de andere albums van Elton John uit de eerste helft van de jaren 70, waarop ik altijd wel wat grote hits tegen kwam, maar toen ik het album voor de derde keer beluisterde merkte ik wel dat Captain Fantastic And The Brown Dirt Cowboy zich steeds meer begon op te dringen. 

Na het album ging het snel bergafwaarts met Elton John. De samenwerking met Bernie Taupin werd tijdelijk beëindigd en het niveau van de albums van Elton John kelderde, net als zijn fysieke en mentale gesteldheid. Aan mijn oorspronkelijke conclusie verandert dan ook niet veel, maar Captain Fantastic And The Brown Dirt Cowboy voeg ik toe aan mijn lijstje met de beste Elton John albums. Erwin Zijleman


Captain Fantastic And The Brown Dirt Cowboy is verkrijgbaar via de Mania webshop:

Review: Alice Phoebe Lou - Oblivion

Alice Phoebe Lou begon een jaar of twaalf geleden als straatmuzikant in Berlijn, maar heeft inmiddels een stapel prachtalbums op haar naam staan, waaraan deze week het uiterst sobere maar zeer intieme Oblivion wordt toegevoegd
Ik hou altijd wel van bijzondere vergelijkingen en wat te denken van deze: “Oblivion takes the confessional poetry of artists like Joni Mitchell, the vocal tenderness of Billie Eilish and combines those with the calm, collected lament of storytellers like Leonard Cohen”. Is het een onzinnige vergelijking? Nee, al blijft Alice Phoebe Lou wel een unieke en bijzonder eigenzinnige muzikante. Op haar nieuwe albums doet de Zuid-Afrikaanse voor de afwisseling eens alles zelf. Het levert een behoorlijk ingetogen geluid op, waarin alles draait om de stem van Alice Phoebe Lou en die is zoals altijd prachtig. Oblivion is het zesde album van de muzikante uit Berlijn en het zesde prachtalbum op rij.



Alice Phoebe Lou werd geboren in Zuid-Afrika, maar vertrok op haar 19e naar Europa om zich eerst in Amsterdam en later in Berlijn te vestigen. Ze verdiende in eerste instantie haar geld met straattheater, maar koos uiteindelijk voor de muziek. Ze timmerde als straatmuzikant aan de weg bij het metrostation Warschauer Straße, maar kreeg als snel de kans om haar muziek uit te brengen. 

Het resulteerde in 2016 in haar debuutalbum Orbit, dat ik reken tot mijn favoriete albums aller tijden. Alice Phoebe Lou laat op Orbit een bijzonder eigen geluid horen. Het is een geluid dat opvalt door sprookjesachtige muziek met invloeden uit de folk en de jazz, maar het is vooral de stem van Alice Phoebe Lou die opzien baart. Het is een stem die anders klinkt dan de meeste andere stemmen en het is bovendien een stem die je direct de wereld van Alice Phoebe Lou in sleurt. 

Met Orbit maakte Alice Phoebe Lou een niet of nauwelijks te overtreffen album, maar ook alle andere albums die ze tot dusver maakte zijn van hoog niveau en laten een zeer karakteristiek geluid horen. Ik heb niet alleen een enorm zwak voor Orbit, maar koester ook Paper Castles (2019), Glow (2021), Child's Play (2021) en Shelter (2023). Niet zo gek dus dat het deze week verschenen Oblivion het album is waar ik het meest naar uit keek deze week. 

Alice Phoebe Lou doet sinds haar debuutalbum precies waar ze zelf zin in heeft en dat siert haar. Voor het deze week verschenen Oblivion liet de Zuid-Afrikaanse muzikante haar band maar eens thuis en koos ze voor het in haar eentje muziek maken. Dat is niet makkelijk, maar het is een kunst die Alice Phoebe Lou als voormalig straatmuzikant uitstekend beheerst. 

Oblivion is een stuk soberder ingekleurd dan de vorige albums van de muzikante uit Berlijn. Alice Phoebe Lou heeft op haar nieuwe album genoeg aan haar akoestische gitaar of de piano en voegt incidenteel nog wat synths toe. Het album herinnert aan singer-songwriter albums uit een ver verleden, maar bevat ook de unieke handtekening van Alice Phoebe Lou. 

Oblivion laat vooral invloeden uit de folk en de jazz horen en mist het sprookjesachtige karakter van bijvoorbeeld Orbit. De muziek speelt op het nieuwe album van Alice Phoebe Lou een bijrol, want alles draait om haar stem. Dat is zeker geen straf, want het is de stem van de Zuid-Afrikaanse muzikante, die haar vorige albums zo’n uniek karakter gaven. Ook op Oblivion zingt Alice Phoebe Lou prachtig en weet ze de luisteraar aan de speakers te kluisteren. 

De zang op het album is vooral zacht, maar heeft het bezwerende karakter dat ook de zang op de vorige albums kenmerkte. Alice Phoebe Lou kan flink variëren met haar stem, waardoor Oblivion een sober maar zeker geen eenvormig album is geworden. Af en toe verlang ik wel naar de bijzondere muziek die de vorige albums van Alice Phoebe Lou zo betoverend mooi maakte, maar Oblivion maakt op een andere manier indruk. Het album straalt een bijzondere rust uit, maar wordt ook gekenmerkt door een hoge mate van intimiteit. 

Zeker als je het album met volledige aandacht en enig volume beluistert lijkt het wel of Alice Phoebe Lou naast je staat, wat met grote regelmaat zorgt voor kippenvel. Alice Phoebe Lou gaat de afgelopen twaalf jaar op bijzondere en ook succesvolle wijze haar eigen weg en doet ook op Oblivion weer op fraaie wijze haar eigen ding. Het dwingt wederom heel veel respect af. Erwin Zijleman

De muziek van Alice Phoebe Lou is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de Zuid-Afrikaanse muzikante: https://alicephoebelou.bandcamp.com/album/oblivion.



25 oktober 2025

Boek: Bruce Springsteen in OOR - onder redactie van Tom Engelshoven

Het Nederlandse muziektijdschrift OOR bundelt alles dat het de afgelopen 50 jaar heeft opgeschreven over Bruce Springsteen, wat een mooi, lijvig, interessant en zeer lezenswaardig boekwerk oplevert dat iets toevoegt aan alles dat er al is


Je kunt inmiddels aardig wat boekenplanken vullen met boeken over Bruce Springsteen. Ik heb er zelf ook meerdere gelezen, waaronder helaas flink wat die niet veel toevoegen aan alles dat ik al wist. Sinds het verschijnen van het door Springsteen zelf geschreven Born To Run is het schrijven van de ultieme Springsteen biografie wat mij betreft een volkomen zinloze bezigheid geworden, waardoor ik de afgelopen jaren bijna alle nieuwe boeken over Bruce Springsteen heb laten liggen. 

Ik heb de afgelopen jaren maar één keer een uitzondering gemaakt en dat betrof het door Warren Zanes geschreven en echt bijzonder boeiende Deliver Me from Nowhere, dat zich in eerste instantie richt op het maken van het album Nebraska. Het boek van Warren Zanes is inmiddels verfilmd en is vanaf de afgelopen week ook in Nederland in de bioscoop te zien. 

Hiernaast verscheen deze week een box-set met naast het originele Nebraska album ook een versie die bestaat uit demo’s, een elektrisch versterkte versie en een live-versie van het album. Het is een box-set die ik laat liggen, want de nieuwe versies van de songs van het album voegen wat mij betreft niet veel toe en zijn bovendien minder dan de versies op het originele album. 

Het zijn dure dagen voor de Springsteen fan, want naast de film en de box-set verscheen ook een nieuw boek over Bruce Springsteen. Ik heb zoals gezegd vrijwel alle boeken die zijn verschenen na de door Springsteen zelf geschreven autobiografie laten liggen, maar ik maak een uitzondering voor het deze week verschenen Bruce Springsteen in OOR (ondertitel: In de ban van The Boss, 50 jaar Springsteen door de ogen van OOR). 

Het is een fraai uitgevoerd en ruim 400 pagina’s tellend boek dat het goed zal doen als pronkstuk op de koffietafel, maar het is ook een boek dat ik met heel veel plezier heb gelezen. Het idee achter het boek is simpel. Onder redactie van Tom Engelshoven bundelt Bruce Springsteen in OOR alles dat het Nederlandse muziektijdschrift de afgelopen vijftig jaar over de Amerikaanse muzikant heeft geschreven. 

Van de recensie van het debuutalbum van Bruce Springsteen in 1973, waarin de muziek van een jonge Springsteen bijna als plagiaat wordt bestempeld omdat hij wel erg dicht bij zijn muzikale helden blijft, tot de zeer uitgebreide recensie van de eerder dit jaar verschenen box-set Tracks II en als bonus een overzicht van de muzen en de levenslessen van The Boss. 

Omdat het gaat om een bundeling van eerder verschenen artikelen en recensies leest het allemaal bijzonder lekker. Voor de afwisseling eens geen ellenlange verhalen waarin kleine feitjes worden uitvergroot, maar compacte en goed geschreven stukken door de crème de la crème van de Nederlandse muziekjournalistiek. 

Wat het lezen van Bruce Springsteen in OOR extra broeiend maakt is dat er altijd met de kennis van dat moment wordt geschreven, wat een ander licht werpt op de muziek van de Amerikaanse muzikant dan een beschouwing achteraf, al wordt af en toe wel een kanttekening uit het heden toegevoegd. 

Grappig om te lezen hoe destijds werd aangekeken tegen de gelijktijdige release van Lucky Town en Human Touch, twee albums die de meeste Springsteen fans hebben laten verstoffen de afgelopen dertig jaar, maar die in eerste instantie konden rekenen op een behoorlijk positieve recensie. Mooi ook om terug te lezen hoe goed het solo optreden van Springsteen tijdens de Devil’s & Dust Tour in 2005 was en zo kom je van het ene in het andere boeiende artikel terecht. 

Bruce Springsteen in OOR is ook nog eens prachtig uitgevoerd en voorzien van heel veel en fraai fotomateriaal. De meeste boeken die de afgelopen jaren over Bruce Springsteen zijn geschreven vind ik zoals eerder gezegd overbodig, maar van dit boek heb ik genoten en ik ga het nog vaak raadplegen. Zoek je nog een Sinterklaas, kerst of gewoon cadeau voor een Springsteen fan? Niet verder zoeken. En je kunt jezelf natuurlijk ook een plezier doen met dit fraaie boekwerk. Erwin Zijleman

Bruce Springsteen In Oor kan worden besteld via de website van OOR: https://oor.nl/oor-shop/bruce-springsteen-in-oor/

Of via BOL.com:



Review: Jess Jocoy - Cul-De-Sac Kid

De naam Jess Jocoy zal niet bij iedereen een belletje doen rinkelen, maar iedereen die haar eerste twee albums kent weet dat ze behoort tot de beste rootszangeressen van het moment, wat nog eens wordt onderstreept op album drie
Ik koester de eerste twee albums van de Amerikaanse muzikante Jess Jocoy, die haar muziek aan het begin van 2020 persoonlijk onder mijn aandacht bracht. Met Such A Long Way en Let There Be No Despair maakte Jess Jocoy twee prachtige rootsalbums, die deze week gezelschap krijgen van album nummer drie. Cul-De-Sac Kid doet niet onder voor zijn twee voorgangers en staat vol met zeer aansprekende en smaakvol ingekleurde songs. Ondanks het beperkte budget klinkt ook het nieuwe album van Jess Jocoy weer prachtig en de Amerikaanse muzikante maakt ook op Cul-De-Sac Kid weer diepe indruk met haar sensationeel goede stem. Wat mij betreft een van de grootste talenten binnen de Amerikaanse rootsmuziek van het moment.



In het begin van 2020, vlak voor het uitbreken van de coronapandemie, stuurde de Amerikaanse muzikante Jess Jocoy mij haar debuutalbum Such A Long Way. Ik werd onmiddellijk verliefd op het album, waarop de muzikante uit Nashville, Tennessee, echt alles goed deed. Toen het album een paar maanden later verscheen was de wereld totaal veranderd, maar mijn liefde voor het debuutalbum van Jess Jocoy was alleen maar groter geworden. 

Het album haalde aan het eind van 2020 dan ook met overtuiging mijn jaarlijstje en dat lukte twee jaar later ook het in het voorjaar van 2022 verschenen Let There Be No Despair, dat ik net als zijn voorganger schaarde onder de beste rootsalbums van de afgelopen jaren. 

Op Such A Long Way en Let There Be No Despair imponeert Jess Jocoy als zangeres. De Amerikaanse muzikante beschikt over een mooie, krachtige en karakteristieke stem, maar de zang van Jess Jocoy zit ook vol gevoel, waardoor haar songs keihard binnen komen. De songs van de Amerikaanse muzikante zijn op beide albums ook nog eens fraai ingekleurd met vooral snareninstrumenten en het zijn van die songs die onmiddellijk vertrouwd klinken en die je vervolgens eindeloos wilt koesteren. 

Het is daarom niet zo gek dat mijn hart vorige week een sprongetje maakte toen ik een nieuw album van Jess Jocoy tegen kwam in de lijsten met de nieuwe albums van deze week. Ik begon met torenhoogte verwachtingen aan de eerste beluistering van Cul-De-Sac Kid, maar na een paar noten wist ik al dat Jess Jocoy de verwachtingen met gemak waar zou gaan maken. 

Ook op haar derde album zingt de muzikante uit Nashville weer de sterren van de hemel, wat je nog wat beter hoort wanneer je het album met de koptelefoon beluistert. Het is bijna niet te geloven en eigenlijk ook diep triest dat een geweldige zangeres als Jess Jocoy met twee prachtalbums op zak een crowdfunding campagne nodig had voor het maken van haar derde album, maar gelukkig is de campagne geslaagd. 

Er kwam uiteindelijk een kleine 12.000 dollar op tafel voor het maken van Cul-De-Sac Kid en dat is niet heel veel. Het was wel genoeg om een geweldig klinkend album te maken, want het derde album van Jess Jocoy klinkt nog wat mooier dan zijn twee voorgangers. De muziek op Cul-De-Sac Kid is over het algemeen genomen subtiel en beperkt zich af en toe tot een akoestische gitaar, maar met grote regelmaat zijn ook fraaie elektrische gitaar en vioolpartijen te horen en worden bovendien bas en drums toegevoegd aan het geluid van Jess Jocoy, dat af en toe wat steviger klinkt.

Het is een warm en een verzorgd klinkend geluid, maar het is boven alles een geluid dat alle ruimte biedt aan de stem van Jess Jocoy. Dat is een wijs besluit, want de Amerikaanse muzikante behoort wat mij betreft tot de beste zangeressen binnen de Amerikaanse rootsmuziek van het moment. De zang op haar vorige twee albums was al prachtig, maar de stem van de muzikante uit Nashville lijkt alleen maar mooier te worden. 

De songs op Such A Long Way en Let There Be No Despair zijn me inmiddels zeer dierbaar en de songs op Cul-De-Sac Kid zijn zeker niet minder. Het zal inmiddels duidelijk zijn dat Jess Jocoy wederom een droom van een rootsalbum heeft afgeleverd en het is een album dat zeker zal opduiken in mijn jaarlijstje over een kleine twee maanden. Ga dat vooral horen! Erwin Zijleman