De Amerikaanse singer-songwriter John Hiatt heeft inmiddels zo’n 20 platen op zijn naam staan, maar ondanks mijn grote respect voor zijn muzikale staat van dienst, zitten er niet veel platen tussen die ik mee zou nemen naar een onbewoond eiland. John Hiatt debuteerde halverwege de jaren 70 met het veelbelovende Hangin' Around The Observatory, maar wist de belofte pas waar te maken met het in 1987 verschenen Bring The Family (met hierop het inmiddels doodgedraaide Have A Little Faith In Me) en de wat mij betreft nog net iets betere opvolger Slow Turning uit 1988 . Na deze twee prachtplaten zakte John Hiatt ver weg. Gedurende de jaren 90 maakte hij geen enkele onmisbare plaat en ook in het nieuwe millennium wist Hiatt in eerste niet te overtuigen. Sinds zijn overstap naar New West Records heeft John Hiatt zijn oude vorm gelukkig langzaam maar zeker hervonden. Het in 2003 verschenen Beneath This Gruff Exterior was Hiatt’s meest overtuigende plaat sinds Slow Turning. De vergelijkbare opvolgers Master Of Disaster (2005) en Same Old Man (2008) lieten een stijgende lijn horen, waardoor met name Same Old Man aardig dicht in de buurt kwam van Hiatt’s twee beste platen uit de late jaren 80. Op het deze week verschenen The Open Road trekt John Hiatt de lijn van zijn vorige platen door en weet hij wederom de kwaliteit een beetje op te voeren. The Open Road is hierdoor een plaat geworden die zich kan meten met John Hiatt’s beste werk. The Open Road is een typische John Hiatt plaat. Invloeden uit de blues en rock staan centraal en worden gecombineerd met tal van andere invloeden varierend van invloeden uit de folk en country tot invloeden uit de jazz. Vergeleken met Same Old Man is The Open Road net wat steviger, al heeft de plaat ook zijn wat meer ingetogen momenten. Bijgestaan door leden van zijn vaste live-band, baant John Hiatt zich op geïnspireerde en doorleefde wijze door een elftal uitstekende songs, waarbij hij net zo makkelijk raakt aan Johnny Cash, Chuck Berry of Bob Dylan, maar uiteindelijk toch vooral John Hiatt blijft. John Hiatt heeft zich de afgelopen 23 jaar niet kunnen ontworstelen aan de eeuwige vergelijking met de platen uit zijn creatieve hoogtijdagen, maar heeft met The Open Road eindelijk een plaat gemaakt die deze vergelijking aan kan. Omdat het beetje extra gruis op zijn stembanden de vocalen van John Hiatt eigenlijk alleen maar ten goede is gekomen en hij in tekstueel en muzikaal opzicht misschien nog wel meer imponeert dan in het verleden, stop ik in het koffertje voor het onbewoonde eiland uiteindelijk toch nog een John Hiatt plaat. Het is niet Bring The Family of Slow Turning; van mij mag The Open Road mee. Meer hoef ik eigenlijk niet te zeggen over deze verassend sterke plaat van een singer-songrwiter die zo langzamerhand echt behoort tot de grootheden in het genre. Erwin Zijleman