Ik heb de meeste platen van de Amerikaanse band Weezer volgens mij wel in de kast staan, maar hun tweede plaat, Pinkerton, staat hier niet tussen. In mijn herinnering werd de opvolger van het titelloze debuut uit 1994 (dat later de boeken in ging als The Blue Album) in 1996 volledig de grond in geschreven (Rolling Stone schaarde het zelfs onder de slechtste albums van het jaar) en was er geen enkele reden om de plaat in huis te halen. Tot mijn verbazing werd Pinkerton eind vorig jaar opnieuw uitgebracht in een luxe editie en nu opeens geroemd als het meesterwerk van de band. Ik ging er van uit dat het hier ging om een slechte verkooptruc, maar omdat ik niet geheel uit kon sluiten dat het ook zou kunnen gaan om veranderde inzichten, ben ik toch maar eens gaan luisteren naar deze voor mij onbekende Weezer plaat. Opener Tired Of Sex hakt er direct stevig in en laat vergeleken met het debuut een flinke stijlbreuk horen. Waar Weezer op haar debuut vooral zonnige en aanstekelijke powerpop maakte (met de legendarische single Buddy Holly als beste voorbeeld) laat Pinkerton op het eerste gehoor een donker en rauw geluid horen. Op Pinkerton zingt Weezer voorman Rivers Cuomo alle frustraties van zich af in stevige, vaak wat rammelende en vooral sombere songs. Heel even kon ik me voorstellen dat de critici en de fans deze plaat in 1996 niet konden pruimen, maar aan de andere kant is er niet heel veel tijd nodig om de puzzelstukjes ook dit keer op hun plaats te laten vallen. Ook Pinkerton zit immers vol met geweldige ideeën, prachtige hooks, onweerstaanbare melodieën en refreinen om in te lijsten. Het ligt allemaal net wat minder voor het oprapen dan op The Blue Album, maar een ieder die een beetje moeite doet, vindt op Pinkerton heel veel moois. Wanneer eenmaal duidelijk is dat Pinkerton destijds niet op objectieve gronden en waarschijnlijk geheel ten onrechte werd neergesabeld, begint de plaat te groeien en wordt hij eigenlijk alleen maar beter. Het blijft zo dat je Pinkerton niet moet vergelijken met zijn voorganger, want niet alleen de receptuur is anders; er wordt een compleet ander gerecht op tafel gezet. Waar The Blue Album vooral powerpop bevatte, put Pinkerton minstens net zo vaak uit de archieven van de metal, punk(pop), new wave en emo en komt het af en toe dicht in de buurt van het hier helaas zwaar onderschatte Green Day. Het resultaat is minstens even fraai als The Blue Album en wat mij betreft een stuk intrigerender. Waar de zonnige klanken van Weezer na enige tijd beginnen te vervelen en de houdbaarheid beperkt is, is Pinkerton een plaat die steeds weer nieuwe dingen laat horen en eigenlijk alleen maar beter wordt. Dit geldt vooral voor de opgepoetste versie van het album; een groot deel van de toegevoegde extra’s (B-kantjes en live-opnamen) zijn wat mij betreft overbodig. Of Pinkerton inderdaad het meesterwerk is van Weezer durf ik nog niet direct te zeggen, maar dat het een van de betere Weezer platen is staat wat mij betreft als een paal boven water. Een ieder die zich destijds, net als ik, zand in de ogen heeft laten strooien door de critici, moet Pinkerton absoluut een nieuwe kans geven. Grote kans dat de slechtste plaat van 1996 je niet teleur zal stellen. Erwin Zijleman