Een paar dagen geleden was ik bijzonder enthousiast over de eigenwijze indiepop van de Amerikaanse band Givers en nu zit er al weer een psychedelisch poppareltje in de cd-speler. Suego Faults is het debuut van Wolf Gang, het alter ego van de Brit Max McElligott. McElligott had zijn debuutalbum een tijdje geleden al op de plank liggen, maar was zo ontevreden over het eindresultaat dat de tapes in de prullenbak verdwenen en de hele plaat opnieuw werd opgenomen met de Amerikaanse producer Dave Fridmann (Flaming Lips, Mercury Rev, Tame Impala, MGMT) achter de knoppen. Dat lijkt een verstandig besluit, want Suego Faults klinkt werkelijk fantastisch. Aan het begin van de recensie noem ik het debuut van Wolf Gang in één adem met het debuut van Givers, maar de twee platen lijken nauwelijks op elkaar, buiten het feit dat zo nu en dan de muziek van Talking Heads opduikt als inspiratiebron (bij Givers overigens vaker dan bij Wolf Gang). Vergeleken met de eigenzinnige muziek van Givers, klinkt Suego Faults van Wolf Gang bijzonder gelikt en bij vlagen zelfs overdadig. Veel songs moeten het hebben van grootse refreinen, funky bassen, pompeuze gitaarsolo's, kabbelende piano's, honingzoete koortjes en een elektronisch klankentapijt dat als een tank over je heen walst. Hierbij komen de in het oor springende stem van Max McElligott, die mij vooral aan Mika doet denken, en zijn fijne neus voor aanstekelijke popliedjes. Suego Faults doet meer dan eens denken aan MGMT, maar dan vermengd met een vleugje Talking Heads eigenwijsheid, Prince funk, Bowie glamrock, Elton John kitsch en gepolijste 70s softrock. Suego Faults is een plaat waarmee Wolf Gang met gemak plat op zijn bek had kunnen gaan, maar de plaat wordt gered door de briljante productie van Dave Fridmann, die het bombast net binnen de perken houdt en de vaak wat gladde popliedjes van Max McElligott een aangenaam ruw randje geeft. Suego Faults is nog altijd een plaat die je makkelijk op het verkeerde been zet. Luister met net even te weinig aandacht en de kans is groot dat je de plaat opzij zet als bombastische kitsch. Met voldoende aandacht luister je echter door het misschien net wat te dikke suikerlaagje heen en hoor je het ene na het andere geweldige popliedje. Zeker met de koptelefoon openbaart zich een avontuurlijk muzikaal landschap dat eigenzinniger is dan het op het eerste gehoor klinkt, waarna de popmuziek van Wolf Gang langzaam maar zeker een eigen gezicht krijgt. Suego Faults laat in eerste instantie vooral horen wat een briljante producer Dave Fridmann is, maar uiteindelijk komt toch ook de muzikale genialiteit van Max McElligott aan de oppervlakte. Ik las van de week in de krant dat 2011 het moet doen zonder echte zomerhit. Alternatieve zomerhits zijn er echter voldoende. Suego Faults van Wolf Gang is één van de aangenaamste en uiteindelijk ook één van de beste van het stel. Erwin Zijleman