Broken Bells, het gelegenheidsduo bestaande uit The Shins voorman James Mercer en producer Brian Burton, beter bekend als Danger Mouse, baarde een jaar of vier geleden veel opzien, zeker toen de onverwachte samenwerking in de lente van 2010 een opvallend debuut opleverde. De samenwerking tussen Mercer en Burton werd als tijdelijk gezien, maar vier jaar later krijgt het titelloze debuut met After The Disco een onverwacht en verrassend vervolg. After The Disco had afgaande op een aantal tracks op de plaat ook In The Disco kunnen heten, want bij beluistering van de plaat had ik meerdere malen associaties met de muziek van de Bee Gees uit de jaren 70, of de hierdoor geïnspireerde muziek van Scissor Sisters van een paar jaar geleden. Dat klinkt dus weer heel anders dan op het debuut van Broken Bells van vier jaar geleden, al was ook die plaat mijlenver verwijderd van het werk van met name The Shins. After The Disco is vooral geïnspireerd door 70s disco, 70s en 80s new wave en postpunk en 80s synthpop, maar het is uiteindelijk geen plaat die in één van deze hokjes past. Daarvoor verruilen Mercer en Burton de aanstekelijke en zonnige tracks van de eerste helft van de plaat op de tweede helft te makkelijk voor atmosferischer klinkende tracks die zorgen voor een duistere en beklemmende sfeer. Zeker bij niet heel aandachtige beluistering vervliegt de tweede plaat van Broken Bells vrij makkelijk. Ik was in eerste instantie zeker niet onder de indruk van de nieuwe plaat van het weinig voor de hand liggende duo, maar After The Disco is een plaat die schreeuwt om beluistering met de koptelefoon. Juist dan komen de vele nuances op de plaat tot leven en komen de meerder lagen van de plaat in beweging. Het is aan de ene kant jammer dat Mercer en Burton op After The Disco niet voortborduren op het in mijn ogen bijzonder fraaie debuut, maar aan de andere kant siert het de heren dat ze zich willen vernieuwen. Met aanstekelijkere klanken lijkt Broken Bells een aantal tracks te kiezen voor de makkelijke weg, maar dat is over de hele linie genomen zeker niet het geval. Daarvoor steekt After The Disco te knap in elkaar en nemen Mercer en Burton te vaak afstand van de invloeden die ze bij vlagen zo stevig omarmen. Zeker wanneer de aanstekelijke synths gezelschap krijgen van zweverige maar ook dreigende gitaren of wanner het tempo fors wordt vertraagd, groeit de muziek van Broken Bells. In een aantal gevallen naar grote hoogten. Hiertegenover staan perfect geproduceerde popsongs die niet alleen aan de broers Gibb maar ook aan Hall & Oates doen denken; ook al geen naam die ik verwacht bij James Mercer en Brian Burton. After The Disco is een plaat waaraan je moet wennen. Als ik vorige week een recensie had moeten schrijven was deze zeker negatief geweest, maar inmiddels ben ik toch steeds meer gecharmeerd van deze plaat die de kunst van het schijven van perfecte popliedjes combineert met gedoseerde en soms goed verstopte eigenzinnigheid. Iedereen die de tijd neemt voor deze plaat en de koptelefoon er bij pakt, zal langzaam maar zeker vallen voor de verleidingen die James Mercer en Brian Burton op de band hebben gezet. After The Disco is uiteindelijk een fraai eerbetoon aan de popmuziek uit de jaren 70 en vooral 80, maar dan wel voorzien van een eigengereid hedendaags tintje. Eerst vond ik het niks, toen een 'guilty pleasure', maar zo langzamerhand ben ik er van overtuigd dat Broken Bells een hele goede plaat heeft gemaakt. Misschien niet de plaat die je op voorhand van James Mercer en Brian Burton had verwacht, maar dat maakt After The Disco uiteindelijk alleen maar interessanter. Erwin Zijleman