Begin vorige maand verscheen Pitiful Blues van Malcolm Holcombe. Geen handig moment voor een nieuwe release, want midden in de zomervakantie worden nieuwe platen makkelijk over het hoofd gezien.
Gelukkig komt kwaliteit altijd boven drijven, waardoor ik, met enige vertraging, alsnog ben gevallen voor de nieuwe plaat van de Amerikaanse singer-songwriter.
Ik ken de muziek van Malcolm Holcombe sinds het uit 2006 stammende Not Forgotten, dat zo’n twintig jaar na Holcombe’s eerste wapenfeit verscheen. Het had Malcolm Holcombe tot dat moment niet echt mee gezeten, al bracht hij in de jaren 90 nog wel een stapeltje platen uit, maar sinds Not Forgotten krijgt iedere plaat van de singer-songwriter uit North Carolina, zeker in Nederland, flink wat aandacht.
Pitiful Blues is de opvolger van het twee jaar geleden verschenen Down The River, dat behoorlijk wat indruk wist te maken. Malcolm Holcombe wist voor zijn vorige plaat flink wat grote namen aan zich te verbinden, waardoor uiteindelijk grootheden als Darrell Scott, Kim Richey, Emmylou Harris en Steve Earle act de présence gaven.
Deze grote namen schitteren door afwezigheid op Pitiful Blues, al wist Malcolm Holcombe wel een aantal uitstekende muzikanten te strikken voor zijn nieuwe plaat, wat fraaie muzikale accenten oplevert. De grote namen worden overigens niet erg gemist, want op de platen van Malcolm Holcombe draait uiteindelijk alles om Malcolm Holcombe.
De Amerikaanse singer-songwriter wordt volgens jaar 60, maar klinkt minstens twintig jaar ouder. Een leven waarin de fles vaak centraal stond, heeft de stem van Malcolm Holcombe flink aangetast, waardoor Holcombe op Pitiful Blues meer dan eens klinkt als Johnny Cash in zijn laatste levensjaren en bovendien raakt aan een ouwe rot als Michael de Jong. Het draagt op één of andere manier alleen maar bij aan de zeggingskracht van de muziek van Malcolm Holcombe.
Ook op Pitiful Blues maakt Malcolm Holcombe weer muziek met vooral invloeden uit de folk, blues en country. Het is muziek die de afgelopen tien jaar nauwelijks is veranderd, maar wel steeds doorleefder is gaan klinken.
Bijgestaan door een subtiel spelende band en bij vlagen subliem snarenwerk, worstelt Malcolm Holcombe zich door zijn songs heen, waarbij het, zeker vergeleken met Down The River, wat meer ingetogen geluid op deze plaat de stem nog wat nadrukkelijker in de spotlights zet. De versleten stembanden zullen niet door iedereen gewaardeerd worden, maar in het geval van Malcolm Holcombe vind ik het prachtig.
Malcolm Holcombe schotelt ons dit keer 10 songs in net een half uur voor. Dat is kort, maar het is ook genoeg. De indringende verhalen van Malcolm Holcombe en zijn uitgewoonde stem gaan je immers niet in de koude kleren zitten en snijden zo af en toe dwars door de ziel. Wederom een buitengewoon indrukwekkende plaat van deze bijzondere muzikant. Erwin Zijleman