Het is alweer vijfentwintig jaar geleden dat de Australische muzikante Kasey Chambers debuteerde met The Captain. Het was het begin van een mooie carrière in de countrymuziek, al is de belangstelling voor de muziek van Kasey Chambers over de jaren helaas wel wat afgenomen. Dat heeft niets te maken met de kwaliteit van haar muziek, want ook het deze week verschenen Backbone is weer een uitstekend album. De Australische muzikante wordt begeleid door een aantal topmuzikanten, maar steelt ook dit keer vooral zelf de show met haar uit duizenden herkenbare stem, die gemaakt is voor de countrymuziek. We hebben lang op Backbone moeten wachten, maar het was het zeker waard.
De Australische muzikante Kasey Chambers stond al op haar tiende op het podium met de countryband van haar vader, waarin ook haar moeder en haar broer speelden. Toen The Dead Ringers Band door de scheiding van haar ouders uit elkaar viel, koos Kasey voor een solocarrière en nam ze samen met haar broer Nash haar eerste album op. The Captain verscheen 25 jaar geleden en was niet alleen in Australië, maar ook in de Verenigde Staten en Europa zeer succesvol.
De in 2001 verschenen opvolger Barricades & Brickwalls vond ik persoonlijk nog een stuk beter en schaarde Kasey Chambers aan het begin van dit millennium onder de smaakmakers binnen de alt-country scene. Dat was voor een belangrijk deel de verdienste van de stem van Kasey Chambers, die gemaakt leek voor dit genre en imponeerde met een fraaie snik.
Kasey Chambers bleef vervolgens prima albums maken, maar ze trokken helaas steeds minder aandacht, deels omdat ze net wat minder indrukwekkend waren dan de eerste twee albums van de Australische muzikante. Het in 2018 verschenen Campfire vond ik persoonlijk echter niet veel minder dan The Captain en Barricades & Brickwalls, maar het was tot voor kort helaas het laatste wapenfeit dan Kasey Chambers.
Deze week verscheen echter een nieuw album van de Australische muzikante en als ik goed geteld heb is het haar dertiende album. Ondanks het feit dat zes jaren zijn verstreken sinds de release van haar vorige album, klinkt Backbone direct vertrouwd. Dat heeft alles te maken met de stem van Kasey Chambers, die uit duizenden herkenbaar is, maar in de afgelopen vijfentwintig jaar alleen maar beter is geworden.
De Australische muzikante klinkt ook op Backbone weer als de grote countryzangeressen uit het verleden en blijft ook op haar nieuwe album de wat traditioneler klinkende countrymuziek trouw. Backbone verschijnt op hetzelfde moment als de autobiografie van de Australische muzikante, Just Don't Be A D**khead, waarin ze terug kijkt op haar kinderjaren in het Australische achterland en de vele jaren op het podium die volgden.
Al die jaren ervaring hebben er voor gezorgd dat Kasey Chambers inmiddels klinkt als een gelouterde muzikante en dat is te horen op Backbone. De zang op het album is echt geweldig en combineert doorleving met passie. Je hoort alle ervaring in de zang op het album, maar ook in de muziek en in de songs. Backbone klinkt traditioneler dan de meeste andere countryalbums van het moment en hoewel ik zeker niet vies ben van moderner klinkende countrypop, ben ik onmiddellijk gesteld geraakt op het nieuwe album van Kasey Chambers.
Op het album, dat zowel uptempo als meer ingetogen countrysongs bevat, wordt de Australische muzikante bijgestaan door een aantal Australische muzikanten als vader Bill en Sam Teskey van The Teskey Brothers, maar ook de Amerikaanse topdrummer Brady Blade is te horen op Backbone. Het draagt allemaal bij aan een album dat aan de ene kant klinkt als een typisch Kasey Chambers album, maar dat ook een album van een bijzonder hoge kwaliteit is. De afgelopen zes jaar hebben we niets gehoord van Kasey Chambers en het prachtige Backbone laat horen wat we al die jaren gemist hebben. Erwin Zijleman