Het is zomer en dat heeft, of ik het nu wil of niet, effect op de muziek die ik uit de speakers laat komen. Zou ik in de winter zijn gevallen voor Complete Surrender van Slow Club? Ik denk het eigenlijk niet, maar als de temperaturen boven de 25 graden klimmen en ik denk aan zandstranden of kabbelende bergbeekjes, blijkt de muziek van het Britse duo maar lastig te weerstaan en is de overgave al vrij snel compleet en onvoorwaardelijk.
De verleiding van Slow Club is overigens niet nieuw voor mij, want precies vijf jaar geleden was ik behoorlijk gehecht aan het debuut van de band, Yeah, So?, dat om onduidelijke redenen geen plekje wist te bemachtigen op deze BLOG. Yeah, So? was een frisse folkpop plaat met af en toe een ruwe uitspatting, die achteraf bezien kan worden omschreven als The White Stripes die de blues hebben verruild voor de folk.
Over het in 2011 verschenen Paradise was ik destijds minder te spreken, maar toen ik de plaat tijdens het schrijven van deze recensie nog eens beluisterde viel het me eigenlijk niet tegen.
Deze recensie gaat echter over de nieuwe plaat van het tweetal, Complete Surrender, en dit blijkt weer een geheel andere plaat dan zijn twee voorgangers. Op Complete Surrender gaan Charles Watson en Rebecca Taylor vooral aan de haal met invloeden uit de soul. Zeker wanneer Rebecca Taylor de vocalen voor haar rekening neemt hoor je invloeden uit de Britse blue-eyed soul van weleer, maar Complete Surrender verwerkt net zo makkelijk invloeden uit de hoogtijdagen van Motown of invloeden uit de meer hedendaagse funk, triphop en R&B.
De soul van Charles Watson en Rebecca Taylor klinkt soms mooi authentiek, soms fris en eigentijds en altijd zwoel en verleidelijk. Vanwege mijn voorkeur voor vrouwenstemmen veer ik vooral op wanneer Rebecca Taylor het voortouw neemt, maar ook de songs waarin ze genoegen moet nemen met de tweede viool overtuigen vrij makkelijk.
Complete Surrender is niet geschikt voor liefhebbers van hele subtiele platen, want bijna alles op de derde plaat van Slow Club is groots en meeslepend. Het geldt voor de vocalen, het geldt voor de refreinen en het geldt het grootste deel van de tijd voor de lekker vol klinkende instrumentatie.
Overdaad ligt dan op de loer, maar een en ander wordt op bijzonder knappe wijze binnen de perken gehouden door de geweldige productie van Colin Elliot, die eerder hele mooie dingen deed voor Richard Hawley en die er nu keer op keer in slaagt om de grootse soul van Slow Club te voorzien van meedogenloos trefzekere accenten.
In eerste instantie stribbelde ik nog heel even tegen, maar inmiddels ben ik toch volledig gevallen voor de charmes van Slow Club in het algemeen en voor die van Rebecca Taylor in het bijzonder. Ik gooi het voorlopig maar even op de zomerkriebels, al zou het me niet verbazen als het zwoele en opwindende Complete Surrender van Slow Club veel langer gaat stand houden dan ik nu kan vermoeden. Heerlijke plaat. Erwin Zijleman