Orchestral Manoeuvres In The Dark, ook bekend als O.M.D., is nog steeds actief, maar de hoogtijdagen van de band liggen inmiddels heel ver achter ons.
Met name in de eerste helft van de jaren 80 maakte de band rond Paul Humphreys en Andy McCluskey een aantal uitstekende platen, waarvan ik persoonlijk Junk Culture uit 1984 de leukste vind (wat niet noodzakelijkerwijs betekent dat ik het ook de beste plaat van het duo vind, want dan kom ik uit bij het veel experimentelere Dazzle Ships uit 1983 of bij het inmiddels tot een klassieker uitgegroeide Architecture & Morality uit 1981).
Junk Culture vierde in de lente van 2014 zijn dertigste verjaardag, maar om onduidelijke redenen krijgt de plaat pas bijna een jaar later de zo verdiende luxe uitgave.
Junk Culture was een overgangsplaat voor O.M.D. en vormt de schakel tussen de duidelijk door Kraftwerk geïnspireerde albums met volop ruimte voor experiment en de albums waarop O.M.D. schaamteloos aanstekelijke popmuziek maakte. De albums die in de jaren na Junk Culture zouden volgen waren nauwelijks interessant, maar op de plaat uit 1984 heeft O.M.D. nog veel te bieden. Verrassend veel zelfs.
Junk Culture zou O.M.D. in de vorm van Tesla Girls, Locomotion en Talking Loud And Clear drie dikke hits opleveren, maar de plaat heeft meer te bieden dan aanstekelijke singles. Waar de band op haar vorige platen zeer dicht tegen het geluid van Kraftwerk aan schurkte, zoekt het op Junk Culture aansluiting bij exotische ritmes en moderner klinkende elektronica, waarbij men uiteraard flink kon profiteren van de op dat moment gloednieuwe en zeer populaire Fairlight synthesizer.
Door het intensieve gebruik van de Fairlight klinkt Junk Culture als een typische jaren 80 plaat, al heeft de muziek van O.M.D. de tand des tijd als je het mij vraagt beter doorstaan dan die van de meeste van haar soort- en tijdgenoten.
Junk Culture heb ik in de jaren 80 grijs gedraaid, maar ik vind het nog steeds een spannende plaat, die knap manoeuvreert tussen aanstekelijke singles en meer experimentele en avontuurlijke songs. Hier en daar duiken de Kraftwerk invloeden nog stevig op, maar O.M.D. voorziet deze invloeden dit keer van een duidelijk eigen versiering.
Tesla Girls vond ik altijd maar een niemendalletje, maar de tijd heeft de song absoluut goed gedaan. Dat geldt opvallend genoeg voor heel veel songs op de plaat. O.M.D. zag ik in de jaren 80 als een trendvolger, maar als ik nu naar de plaat luister hoor ik een band die in veel opzichten trendsettend is geweest. Zonder O.M.D. geen Pet Shop Boys en geen Erasure en ook flink wat hedendaagse synthpop bands hadden het niet gekund zonder het voorwerk van Orchestral Manoeuvres In The Dark.
Junk Culture is een frisse en avontuurlijke plaat van een band die het na deze plaat jarenlang flink kwijt zou zijn (opvolger Crush is tien klassen minder en dat geldt ook voor de meeste platen die volgden) en wordt nu terecht nog eens onder de aandacht gebracht. In een mooie en waardevolle uitvoering, want voor de afwisseling is ook het bonusmateriaal eens van grote waarde. Verplichte kost derhalve voor iedereen die de elektronische popmuziek een warm hart toedraagt. Erwin Zijleman