Het is een opvallend oeuvre dat de Amerikaanse muzikant Josh Rouse inmiddels op zijn naam heeft staan en het is helaas ook een oeuvre dat door veel te weinig muziekliefhebbers op de juiste waarde wordt geschat.
Dat heeft deels te maken met de grilligheid van de carrière van Josh Rouse. Josh Rouse debuteerde aan het eind van de jaren 90 en maakte, mede door de zeer positieve recensies in Britse muziektijdschriften als Mojo en Uncut, direct in kleine kring naam als rootsmuzikant.
Nadat Josh Rouse zichzelf op de kaart had gezet met het bijzonder fraaie Under Cold Blue Stars, koos hij op het 2003 verschenen 1972 echter voor een andere weg en eerde de Amerikaan op bijzonder aangename en fraaie wijze de radiovriendelijke popmuziek en singer-songwriter muziek uit de vroege jaren 70. Het is een lijn die Josh Rouse sindsdien heeft doorgetrokken.
Dit kwam het best uit de verf op het in 2005 verschenen Nashville (laat je niet misleiden door de titel), dat wat mij betreft de beste plaat van Josh Rouse tot dusver is. Na de release van Nashville volgde Josh Rouse zijn hart en bracht de liefde hem naar Spanje. Josh Rouse bleef goede platen vol memorabele popliedjes maken, maar op een of andere manier trokken zijn platen sinds zijn verhuizing naar Spanje minder aandacht. Het zal niet aan de subtiele toevoegingen uit de Spaanse muziek hebben gelegen.
De afgelopen jaren stak Josh Rouse in een net wat minder goede vorm, wat platen opleverde die net wat minder memorabel waren dan de genoemde platen en de eerste platen die Josh Rouse vanuit Spanje maakte. Op The Embers Of Time heeft Josh Rouse zijn oude vorm gelukkig weer gevonden.
Het is een wat sombere plaat geworden vol songs over verlies, relatieproblemen en psychische problemen, wat kennelijk een betere voedingsbodem is voor goede muziek dan de Spaanse zon of een roze bril.
Josh Rouse woont nog altijd in Valencia, maar nam The Embers Of Time ook gedeeltelijk in Nashville op. Josh Rouse werkte dit keer met producer Brad Jones, die al eerder aanschoof voor zijn platen en hiernaast mooie dingen deed voor onder andere Tim Easton, Chuck Prophet en Over The Rhine. Het is een combinatie die heeft gewerkt, want The Embers Of Time is een plaat die goed is voor een brede glimlach.
Ook op zijn nieuwe plaat maakt Josh Rouse muziek die is geworteld in de jaren 70. Denk aan Paul McCartney, denk aan Harry Nilsson en denk ook zeker aan Paul Simon, met wie ik in vocaal opzicht de meeste overeenkomsten hoor. Hiernaast hoor ik ook raakvlakken met Bob Dylan, Nick Drake en zelfs Lou Reed. Het zegt iets over de inspiratiebronnen van Josh Rouse, maar het zegt ook iets over zijn veelzijdigheid.
Net als bijvoorbeeld Ron Sexsmith beschikt Josh Rouse over het vermogen om songs te schrijven die direct bij de eerste keer horen memorabel zijn. Het zijn popliedjes die buitengewoon lekker in het gehoor liggen, maar het zijn ook popliedjes met diepgang. Deze diepgang komt deels uit de teksten waarin de heftige thema’s niet uit de weg worden gegaan, maar ook de continue maar ook subtiele flirts van Josh Rouse met Amerikaanse rootsmuziek dragen nadrukkelijk bij aan een geluid dat net wat anders is dan dat van de meeste andere singer-songwriters in dit segment.
Het was even geleden dat ik direct bij eerste beluistering verliefd was op een plaat van Josh Rouse, maar met The Embers Of Time heeft hij het weer geflikt. Prachtplaat. Punt. Erwin Zijleman