Beaches maakte in 2013 een voor mij onbetwiste jaarlijstjesplaat met She Beats.
Het debuut van de uit vijf vrouwen bestaande band uit het Australische Melbourne werd wat makkelijk in het hokje ‘shoegaze/dreampop revival’ geduwd, maar imponeerde met een broeierige en avontuurlijke mix van zeer uiteenlopende invloeden.
In het door gitaren gedomineerde geluid van Beaches (de band had zelf al drie gitaristen maar had er ook nog een ingehuurd) was zeker plaats voor invloeden uit de dreampop en shoegaze uit de jaren 90, maar de vijf Australische vrouwen wisten ook te verrassen met invloeden uit de 60s psychedelica, noiserock, experimentele Krautrock en donkere drones.
Op het nu verschenen Second Of Spring gaat Beaches verder waar het ruim vier jaar geleden was gestopt, maar dit keer kiezen de dames voor een nog wat overweldigender geluid. Second Of Spring is een plaat die als de spreekwoordelijke stoomwals over je heen dendert.
De gitaren stonden op het debuut van de Australische band al centraal, maar nemen nu een nog wat dominantere plek in. De vocalen zijn in de meeste tracks naar de achtergrond gedrongen, waardoor alle aandacht uit kan gaan naar de hoge gitaarmuren die Beaches opbouwt. Het zijn ook dit keer gitaarmuren waarin een aantal decennia rockmuziek voorbij komen.
Waar je de band vier jaar geleden nog wel enigszins recht deed met het etiket shoegaze of dreampop, sla je er dit keer de plank mee mis. Op Second Of Spring domineren invloeden uit de psychedelica en de spacerock, maar ook invloeden uit de Krautrock en invloeden van bands die monotone drones koesteren hebben hun weg gevonden naar de muziek van Beaches.
Zeker bij beluistering met de koptelefoon of bij beluistering met de volumeknop flink opengedraaid is Second Of Spring een overweldigende plaat, die je trommelvliezen te lijf lijkt te gaan met heel veel gitaren.
Wanneer je net wat beter luistert hoor je ook dit keer veel dynamiek in de muziek van Beaches en zijn er ook wel wat popliedjes met een kop en een staart en zelfs een honingzoet popliedje te vinden op Second Of Spring, maar de tracks met vooral geweldig gitaarwerk domineren.
Zeker bij eerste beluistering vond ik de tweede van Beaches zwaardere kost dan zijn voorganger, maar na enige gewenning komen alle songs op de plaat tot leven en blijken alle songs vol moois te zitten.
Platen in dit genre zijn vaak aan de korte kant om te voorkomen dat de verveling toeslaat of om de trommelvliezen te sparen, maar ook hier vormt Beaches de uitzondering. Second Of Spring bevat maar liefst 75 minuten muziek en komt in die 75 minuten met 17 songs op de proppen. Het zijn songs vol aansprekend gitaargeweld, maar gelukkig neemt Beaches ook af en toe gas terug en benevelt het met wat minder gitaargeweld en wat meer wolken psychedelica.
Beaches komt van ver en maakt het de luisteraar op haar tweede plaat lang niet altijd makkelijk, waardoor de plaat het vooralsnog moet doen zonder al teveel aandacht. Het is doodzonde, want Second Of Spring doet zeker niet onder voor zijn voorganger die van jaarlijstjesniveau was. Second Of Spring is niet voor iedereen weggelegd, maar liefhebbers van gitaarplaten zonder continu houvast horen het dit jaar echt niet veel beter dan op de tweede van het Australische Beaches. Erwin Zijleman