Voor de oorsprong van mijn zwak voor Tracey Thorn moet ik terug naar 1984, toen ze samen met Ben Watt debuteerde als Everything But The Girl. Everything But The Girl’s debuut Eden bleek met een vleugje jazz en bossanova een ultieme zomerplaat, die tot op de dag van vandaag mee gaat. Eden dankte haar stevige impact voor een belangrijk deel aan Tracey Thorn’s zwoele vocalen; vocalen die je alles om je heen deden vergeten en de gevoelstemperatuur tot broeierige proporties opdreven. De stem van Tracey Thorn bleek een buitengewoon sterk wapen dat zo’n 10 platen mee ging, tot het doek voor Everything But The Girl rond 1999 viel. Deze platen waren overigens lang niet allemaal even sterk, maar naast Eden mogen ook Idlewild (1988), mijn persoonlijke favoriet Amplified Heart (1994) en het met invloeden uit de dance en triphop geïnjecteerde Walking Wounded (1996) inmiddels best klassiekers worden genoemd. Toen het einde voor Everything But The Girl daar was hervatte Tracey Thorn na enkele jaren ouderschapsverlof de solocarrière die ze eigenlijk al in 1983 was begonnen met het naar verluid bijzonder fraaie A Distant Shore (met een beetje geluk is de heruitgave uit 2002 nog wel te krijgen, al is het mij nog niet gelukt). Dit leverde in 2007 het uitstekende Out Of The Woods op; een plaat die ondanks het verstrijken der jaren bijna naadloos aansloot op de muziek die Everything But The Girl in haar laatste jaren maakte. Tracey Thorn’s nieuwe plaat, Love And Its Opposite, klinkt toch weer wat anders. De elektronische invloeden die op de laatste platen van Everything But The Girl en op Out Of The Woods zo nadrukkelijk aanwezig waren, zijn naar de achtergrond gedrongen en hebben plaats gemaakt voor een meer ingetogen geluid dat herinnert aan de eerste platen van Everything But The Girl. Het is een geluid dat fraai kleurt bij de nogal altijd bijzonder aangename vocalen van Tracey Thorn. Haar warme stem heeft nog altijd veel impact en zorgt vrijwel onmiddellijk voor een aangenaam gevoel. Het feit dat Tracey Thorn op Love And Its Opposite op nogal melancholische wijze naar het leven naar haarzelf en haar generatiegenoten (waar ik mezelf ook toe mag rekenen) kijkt, verandert hier niets aan. Love And Its Opposite is een buitengewoon stemmige plaat met mooie ingetogen popliedjes die Tracey Thorn op geheel eigen wijze tot leven brengt. Love And Its Opposite is hierdoor een plaat die je vrijwel onmiddellijk in je hart zult sluiten, maar je hoort eigenlijk pas hoe goed deze plaat is wanneer je hem eindeloos hebt gehoord en de betovering plaats heeft gemaakt voor nieuwsgierigheid naar de diepere betekenis van de songs op deze plaat. De meeste iconen uit de jaren 80 mogen zelfs niet meer denken aan een plaat die ook maar in de buurt komt van het werk uit hun hoogtijdagen. Tracey Thorn heeft daarentegen een plaat gemaakt die haar beste werk uiteindelijk misschien nog wel eens zou kunnen overtreffen. Het mag best een prestatie van formaat worden genoemd. Love And Its Opposite van Tracey Thorn is een plaat om eindeloos te koesteren. Erwin Zijleman