Eerder dit jaar werd het complete werk van Johan fraai verzameld in de box-set 12.5 Years, 3 Albums, 36 Songs. Een box-set die op indrukwekkende wijze duidelijk maakte dat de drie platen die Johan tot dusver heeft gemaakt moeten worden gerekend tot de klassiekers binnen de Nederlandse popmuziek. Of de vierde plaat van de band, met de toepasselijke titel 4, zich hier ook onder zal scharen zal de tijd moeten leren, maar dat ook de vierde plaat van Johan weer een uitstekende plaat is, is direct bij eerste beluistering duidelijk. Waar Johan voorman Jacco de Greeuw nadrukkelijk zijn stempel drukte op de vorige drie platen van de band, is 4 wat meer een bandplaat. Dit uit zich vooral in een wat grotere diversiteit. Zo opent 4 voor Jan begrippen opvallend stevig en zijn er ook elders op de plaat wat muzikale uitstapjes die tot dusver niet erg gangbaar waren in het werk van Johan. 4 klinkt hierdoor misschien net wat anders dan zijn drie voorgangers, maar gelukkig is het ook een echte Johan plaat. Ook op 4 maakt Johan monumentale popliedjes. Popliedjes met vaak een Beatlesque ondertoon en een vleugje psychedelica. Popliedjes die nooit direct het achterste van de tong laten zien, maar na een paar keer horen onmisbaar zijn. Ondanks het feit dat de teksten van Jacco de Greeuw niet altijd even opgewekt zijn, wordt het wanneer je 4 in de cd-speler stopt direct lente. Hoewel het in het begin even wennen is aan de wat grotere diversiteit, blijkt ook dit al snel een positieve ontwikkeling. Johan overtuigt in de wat stevigere songs en verrast in songs die zijn voorzien van wat elektronica, extra psychedelica of invloeden uit de woestijn van Arizona. De vierde van Johan moet je door de experimenten buiten de gebaande paden misschien wat vaker horen dan zijn drie voorgangers, maar het eindoordeel is uiteindelijk niet anders. Ook met 4 heeft Johan weer een briljante popplaat afgeleverd. Johan is in Nederland al vele jaren een klasse apart, maar kan met 4 ook de buitenlandse concurrentie met gemak aan. Erwin Zijleman