Sundays, het vijfde album van de van oorsprong Texaanse muzikant Andrew Combs trekt in eerste instantie de aandacht door de bijzonder fraaie klanken en arrangementen. Met zijn nieuwe geluid kleurt Andrew Combs wat verder buiten de lijntjes van de Amerikaanse rootsmuziek, zonder het genre te verloochenen. In muzikaal opzicht is het smullen, maar ook in vocaal opzicht steekt de Amerikaanse muzikant in een geweldige vorm. De eigenzinnige en vaak persoonlijke songs maken Sundays vervolgens nog wat mooier en onweerstaanbaarder. Sundays klinkt anders dan verwacht, maar stelt zeker niet teleur. Integendeel zelfs, het is het beste Andrew Combs album tot dusver.
De Amerikaanse muzikant Andrew Combs trok in 2012 nog niet heel veel aandacht met zijn, achteraf bezien uitstekende, debuutalbum Worried Man, maar kon rekenen op zeer lovende recensies toen in 2015 zijn tweede album All These Dreams verscheen. Met All These Dreams en het in 2017 verschenen Canyons Of My Mind schaarde de in Dallas, Texas, geboren, maar inmiddels vanuit Nashville, Tennessee, opererende muzikant zich onder de smaakmakers binnen de Amerikaanse rootsmuziek.
Die status consolideerde Andrew Combs met het in 2019 verschenen Ideal Man, al schoof hij op zijn vierde album ook wel wat op richting de tijdloze singer-songwriter muziek uit de jaren 70. Ook op het deze week verschenen Sundays beperkt Andrew Combs zich zeker niet tot de Amerikaanse rootsmuziek. Nog meer dan Ideal Man is het vijfde album van de Amerikaanse muzikant er een waarop hij de grenzen van het genre opzoekt en hier meer dan eens overheen gaat.
Andrew Combs begon met het opnemen van Sundays nadat hij in 2020 last kreeg van mentale problemen, die ook nog eens werden versterkt door de coronapandemie, die het leven van een muzikant er zeker niet makkelijker op maakte. Op Sundays stelt de Amerikaanse muzikant zichzelf de grote levensvragen, wat een zeer persoonlijk album oplevert.
Bij eerste beluistering is Sundays ook vooral een bijzonder klinkend album. Andrew Combs maakte zijn vijfde album samen met producer Jordan Lehning (Kacey Musgraves) die het album in mono opnam. Dat is overigens niet de reden dat Sundays zo bijzonder klinkt. Andrew Combs kiest op zijn nieuwe album vooral voor subtiele en vaak bijzondere klanken en arrangementen.
Veel songs op het album zijn bijna minimalistisch ingekleurd, maar kaal klinken de songs van de muzikant uit Nashville zeker niet. Het doet af en toe wel wat denken aan de albums van de Amerikaanse muzikant en producer Blake Mills, die er ook in slaagt om met minimale middelen een maximaal en bijzonder effect te bereiken.
Vergeleken met de vorige vier albums klinkt Sundays het minst als een Amerikaans rootsalbum. Alleen wanneer de pedal steel van Spencer Cullum opduikt hoor je de rootsmuzikant Andrew Combs, maar in de andere tracks domineert het subtiele experiment. Andrew Combs kiest dit keer vooral voor veelkleurige en keer op keer fascinerende gitaarlijnen en een subtiel spelende ritmesectie, waarna orgels en blazers de muziek van de Amerikaanse muzikant voorzien van even mooie als subtiele accenten.
Het geluid op Sundays is zoals gezegd vrij sober, maar er valt veel te ontdekken in de fraaie details in de instrumentatie. De stem van Andrew Combs past perfect bij de subtiele klanken op het album. De zang is wat meer ingetogen dan we van hem gewend zijn, maar ik vind de stem van Andrew Combs, die zowel de hoge als de lage noten haalt, op Sundays nog mooier dan op zijn vorige albums.
Zeker als Andrew Combs het experiment wat steviger aanzet en bijvoorbeeld flirt met gitaarlijnen die zo weg lijken gelopen uit de Berlijnse jaren van Bowie, hoor je hoe veelzijdig hij is geworden, zonder volledig te vervreemden van de Amerikaanse rootsmuziek. Voor rootspuristen zal Sundays misschien even wennen zijn, maar wat mij betreft is het vijfde album van de Amerikaanse muzikant het volgende hoogtepunt in een bijzonder fraai oeuvre. Erwin Zijleman
Sundays van Andrew Combs is verkrijgbaar via de Mania webshop: