02 oktober 2012
Diana Krall - Glad Rag Doll
Ik ben tot dusver geen heel groot fan van Diana Krall. Haar zwoele jazz klinkt weliswaar buitengewoon aangenaam op de zondagochtend, maar is mij over het algemeen toch te gepolijst en te weinig avontuurlijk om heel lang te kunnen boeien. Dit ligt vooral aan mij; pure jazz is niet helemaal mijn ding. Van alle platen van Diana Krall is eigenlijk alleen The Girl in the Other Room uit 2004 me bij gebleven; waarschijnlijk omdat Diana Krall zich op deze plaat buiten de gebaande paden van de jazz traditionals begeeft. Omdat Diana Krall absoluut een groot zangeres is en bovendien is getrouwd met één van de smaakmakers uit de geschiedenis van de popmuziek (Elvis Costello), kan een nieuwe plaat van de Canadese zangeres altijd op mijn aandacht rekenen en daarom verdween onlangs ook haar nieuwe plaat in mijn cd speler. Glad Rag Doll is wat mij betreft een enorme verrassing. Net als op The Girl In The Other Room treedt Diana Krall op Glad Rag Doll buiten haar comfort zone, maar het resultaat is nog een stuk fraaier dan acht jaar geleden. Glad Rag Doll werd geproduceerd door topproducer T Bone Burnett en bevat muzikale bijdragen van topmuzikanten als Marc Ribot, Jay Bellerose, Bryan Sutton, ene Howard Coward (dit kan alleen maar Elvis Costello zijn) en T-Bone Burnett zelf. Glad Rag Doll klinkt hierdoor anders dan de andere platen van Diana Krall: minder gepolijst en bij vlagen zelfs met een rauw randje. De repertoirekeuze sluit hier mooi op aan. Op Glad Rag Doll horen we eens niet de inmiddels van Diana Krall bekende jazzklassiekers, maar vooral stokoude songs die stammen uit de jaren 20 en 30 van de vorige eeuw. Muziek zoals die destijds werd gespeeld in rokerige nachtclubs waar de brave burger zich niet durfde te vertonen. Diana Krall heeft zich op de cover van haar nieuwe plaat in een ondeugende outfit gestoken, maar beperkt zich niet tot uiterlijk vertoon. Glad Rag Doll klinkt, zeker vergeleken met de vorige platen van Diana Krall, net wat rauwer en ondeugender, zeker in de songs met een theatraal tintje. Waar ik normaal na een paar nummers afhaak, houdt Glad Rag Doll me 13 tracks lang op het puntje van mijn stoel. T Bone Burnett tekent voor een losse productie waarin niet alle plooitjes worden gladgestreken en dit biedt Diana Krall de ruimte om eens wat anders te doen, wat ze vervolgens met verve doet. Glad Rag Doll valt op door een trefzekere productie en prachtige vocalen (want wat kan Diana Krall zingen), maar ook de instrumentatie verdient een pluim. Met name de inventieve gitaarlijnen van Marc Ribot (die op het moment wel op erg veel platen opduikt) zijn wonderschoon, maar ook bijdragen van onder andere ukelele, banjo en dobro geven de nieuwe plaat van Diana Krall een uniek geluid. De platen van Diana Krall waren tot dusver vooral goed voor de kleine uurtjes en voor de lome zondagochtenden, maar met Glad Rag Doll heeft ze een plaat gemaakt die ook de rest van de dag de aandacht weet op te eisen. Ik ben heel benieuwd of de fans van Diana Krall met deze plaat uit de voeten kunnen, maar mij heeft ze dit keer helemaal overtuigd. Erwin Zijleman