Blood Bitch van Jenny Hval staat, toch wel tot mijn verbazing, in de meeste jaarlijstjes die ik tot dusver heb bekeken.
Je zult de plaat bijna nooit vinden in de hogere regionen van deze jaarlijstjes, maar de constante aanwezigheid van de Noorse muzikante is wat mij betreft al opvallend genoeg.
Blood Bitch is immers een plaat die het de luisteraar zeker niet makkelijk maakt en die bij veel muziekliefhebbers tegen de haren in zal strijken.
Tot dusver vond ik de platen van Jenny Hval absoluut fascinerend, maar ook te ongrijpbaar om er uiteindelijk iets mee te kunnen.
Toen ik eerder jaar kort naar Blood Bitch luisterde kwam ik al snel tot de conclusie dat het ook dit keer niets zou worden tussen Jenny Hval en mij. Nieuwsgierig geworden door de aanwezigheid in jaarlijstjes van papieren en digitale media die ik hoog heb zitten, heb ik Blood Bitch echter een nieuwe kans gegeven en heb ik de plaat bovendien volledige aandacht gegeven door er met de koptelefoon naar te luisteren. Vooral door de grotere aandacht viel het kwartje dit keer wel, al heeft het vervolgens nog wel even geduurd voor ik Blood Bitch heb omarmd.
Jenny Hval laat zich op al haar platen beïnvloeden door de klassieke muziek, de avant garde en de elektronische popmuziek en dit zijn invloeden die ook op Blood Bitch domineren. Blood Bitch is een plaat die je op meerdere manieren kunt beluisteren. Als je de muziek op de achtergrond laat voortkabbelen zal je er in de meeste gevallen geen chocola van kunnen maken, maar wanneer je de verschillende lagen in de muziek van de Noorse muzikante van elkaar los pelt gebeurt er iets bijzonders.
De afzonderlijke lagen in de muziek van Jenny Hval blijken wonderschoon. Dit geldt zeker voor de klassiek aandoende en bijna sprookjesachtige klanken, maar het geldt ook voor de op 80s synthpop gebaseerde elektronische klanken. Eenmaal gewend aan de bijzondere klankentapijten op Blood Bitch groeit vervolgens ook de waardering voor de fluistervocalen van ijsprinses Jenny Hval en voor de vele uitstapjes buiten de gebaande paden, die het experiment geen moment schuwen.
Blood Bitch is zeker geen toegankelijke plaat, maar vergeleken met de vorige platen van de Noorse zijn er opvallend veel momenten die neigen naar experimentele pop met een kop en een staart. Hiernaast doet Jenny Hval precies waar ze zelf zin in heeft. Het maakt van Blood Bitch een behoorlijk ongrijpbare plaat, waarop bloed in meerdere gedaanten wordt geëerd.
Als Jenny Hval de volgende keer kiest voor het geluid van de beste songs op Blood Bitch kan ze ook voor mij zomaar een jaarlijstjesplaat afleveren. Voorlopig houd ik het echter op een zeer intrigerende plaat met een aantal wonderschone momenten. Erwin Zijleman