Allison Crutchfield groeide op in Birmingham, Alabama, en ontwikkelde, samen met haar tweelingzus Katie, al op hele jonge leeftijd een enorme liefde voor het maken van muziek.
De tweelingzussen formeerden meerdere indie-bands, waarvan P.S. Eliot de bekendste is, maar gingen hun eigen weg toen Katie koos voor het solopad.
Katie Crutchfield kennen we tegenwoordig als de eigenzinnige singer-songwriter Waxahatchee, terwijl Allison korte tijd aan de weg timmerde met de band Swearin’.
Het einde van haar relatie met de gitarist en medeoprichter van deze band was ook direct het einde van de band en daarom debuteert Allison Crutchfield nu solo met Tourist In This Town.
Het is een plaat die ik vanwege de foeilelijke cover art in eerste instantie makkelijk terzijde had geschoven, maar het debuut van Allison Crutchfield is een bijzondere plaat, die het verdient om gehoord te worden.
Tourist In This Town bevat flink wat sporen van de op de klippen gelopen liefdesrelatie van Allison Crutchfield, maar is uiteindelijk toch vooral een plaat die kracht uitstraalt. Het is ook een plaat die nauwelijks in een hokje is te duwen.
Bij de eerste noten lijkt Allison Crutchfield te vissen in de overvolle vijver van de soulvolle pop, maar al snel blijkt dat ze haar voorkeur voor eigenzinnige indie-pop niet kwijt is geraakt door haar liefdescrisis.
Tourist In This Town is een plaat met een bijzonder geluid en het is een geluid dat alle klanten op schiet. In de songs waarin de stevig aangezette keyboards domineren hoor ik raakvlakken met de eigenzinnige new wave en synth pop uit de jaren 80 (en vooral veel Yazzoo), maar Allison Crutchfield kan ook uit de voeten met stekelige (Sleater Kinney en Throwing Muses achtige) rocksongs of met songs die met een beetje fantasie ook door een popprinses kunnen worden vertolkt.
Zeker door het wollige of zelfs hoogpolige tapijt van synths klinkt Tourist In This Town anders dan de meeste andere platen van het moment en soms wat overdadig, al zijn er altijd geweldige gitaarloopjes en stevig aangezette ritmes voor voldoende contrast.
Opvallen doet de plaat ook door de vocalen van Allison Crutchfield. Het zijn vocalen die niet altijd even vast zijn, maar nergens echt ontsporen. In de meest zweverige momenten klinkt een vleugje Björk door, maar het doet me ook wel wat denken aan de best acceptabele soloplaten van Belinda Carlisle, aan de zoete pop van Belle & Sebastian of aan de bittere tranen van Sinéad O'Connor.
Zeker wanneer je Tourist In This Town wat vaker hoort, wakkert de liefde voor deze eigenzinnige maar ook aangename plaat makkelijk aan. De covert art vind ik nog steeds lelijk, maar de muziek begint me steeds meer te intrigeren en ook te raken. Allison is al met al bijna net zo bijzonder als haar zus, maar die sla ik nog net wat hoger aan. Erwin Zijleman