The Flaming Lips nemen je op American Head mee terug naar de jaren 70 en doen dit met fraaie arrangementen, prachtige psychedelische klanken en verrassend melodieuze songs. American Head is een album om heerlijk bij weg te dromen, maar het is ook een Flaming Lips album, dat de fantasie zo nu en dan stevig prikkelt. De band maakte het ons de afgelopen jaren wel eens moeilijk, maar American Head is vooral een buitengewoon aangenaam album dat je mee terug neemt naar de zorgeloze jaren uit de jeugd van voorman Wayne Coyne. American Head is een album waarop heel veel moois valt te ontdekken, met de gastvocalen van Kacey Musgraves als kers op de taart.
De tijd dat een nieuw album van The Flaming Lips al bij voorbaat zeker was van een plekje in de jaarlijstjes ligt al een tijd achter ons. Hiervoor moeten we terug naar albums als The Soft Bulletin uit 1999 en Yoshimi Battles The Pink Robots uit 2002 die menig aansprekend jaarlijstje aanvoerden. Sindsdien is het oeuvre van de band uit Oklahoma City, Oklahoma, een stuk wisselvalliger. Wisselvallig of niet, saai zijn de albums van The Flaming Lips nooit, waardoor ik altijd nieuwsgierig ben naar nieuw materiaal van de Amerikaanse band.
Dit keer was ik extra nieuwsgierig want American Head werd in de aankondigingen die aan de release van het album vooraf gingen vergeleken met de bovengenoemde twee albums, die inmiddels best klassiekers mogen worden genoemd. American Head is volgens voorman Wayne Coyne’s geïnspireerd door zijn zorgeloze jeugd in Oklahoma in de vroege jaren 70, al gaat tegelijkertijd het verhaal dat de belangrijkste inspiratie kwam van een documentaire waarin ook de jonge jaren van Tom Petty, een van de helden van Wayne Coyne, werd belicht.
Wat het ook is, het heeft The Flaming Lips geïnspireerd tot een opvallend melodieus en toegankelijk album. De wat zweverige psychedelische klanken op het album doen inderdaad wel wat denken aan The Soft Bulletin en Yoshimi Battles The Pink Robots, al vind ik vergelijken met het beste werk van de band lastig en hoor ik net zo veel verschillen als overeenkomsten. Het tempo op American Head ligt laag, het geluid is vol en in muzikaal opzicht duiken meer dan eens invloeden uit de jaren 70 op, wat ook niet zo gek is voor een album dat Wayne Coyne de soundtrack van zijn jeugd noemt.
De muziek van The Flaming Lips streek de afgelopen jaren met grote regelmaat flink tegen de haren in, maar op American Head klinkt alles even mooi, melodieus en aards. Het is muziek om heerlijk bij weg te dromen, zeker als de klanken en vocalen breed uit mogen waaien, wat nogal eens het geval is op American Head.
Een volgende verrassing duikt op wanneer Wayne Coyne in vocaal opzicht voor het eerst gezelschap krijgt van niemand minder dan Kacey Musgraves. Bij Kacey Musgraves denk ik onmiddellijk aan countrypop, maar ook in het psychedelische klankentapijt van The Flaming Lips gedijt haar uitstekende stem uitstekend.
The Flaming Lips maakte de afgelopen jaren ook een aantal wat tegendraadse en spacy albums, maar op American Head klinkt alles even aards en harmonieus. Dat kunnen we in deze bijzondere tijden best gebruiken en ik heb het nieuwe album van The Flaming Lips daarom ook direct vol liefde omarmd.
Of het album uiteindelijk dezelfde status weet te bereiken als The Soft Bulletin of Yoshimi Battles The Pink Robots zal de tijd moeten leren, maar vooralsnog word ik volop betoverd door de rijk gearrangeerde en ingekleurde en heerlijk melodieuze songs op het nieuwe album van de Amerikaanse band. Het is een album dat aan de ene kant associaties oproept met heel veel psychedelische popmuziek uit de jaren 70, maar aan de andere kant is het toch ook een typisch Flaming Lips album, waarop het aan het einde toch nog even schuurt.
Het is een album waarop de elektronica in dikke wolken op je af komt en waarop strijkers een belangrijke rol spelen, maar hier en daar is er ook zeker ruimte voor heerlijk gitaarwerk. En dit alles verpakt in songs die verleiden en betoveren. Al met al een van de betere albums van The Flaming Lips, zeker een van de meest aangename en waarschijnlijk de makkelijkste. Erwin Zijleman