Het vijfde album van Virginia Wing is mijn eerste kennismaking met de muziek van de Britse band en ik ken eenvoudigere kennismakingen. Zeker bij eerste beluistering schiet de muziek van Virginia Wing alle kanten op en hoor je een aantal lagen die soms bijna tegenstrijdig lijken. Het lijkt op van alles en nog wat, maar tegelijkertijd ook op helemaal niets. Het kost even wat tijd om de muziek van de Britse band te doorgronden, maar alle energie die je er in steekt betaalt zichzelf terug. Het nieuwe album van Virginia Wing is geen album voor alle momenten, maar zo op zijn tijd prikkelt private LIFE op fraaie en fascinerende wijze de fantasie.
Deze week verscheen private LIFE van de Britse band Virginia Wing. Het is al het vijfde album van Alice Merida Richards en Sam Pillay, die dit keer gezelschap hebben gekregen van Christopher Duffin, maar ik had eerlijk gezegd nog nooit van Virginia Wing gehoord.
De muziek van de band uit Manchester is in het verleden vergeleken met de muziek van bands als Broadcast en Stereolab, maar Alice Merida Richards en Sam Pillay waren op hun vorige albums naar verluidt ook niet vies van flink wat experiment en uitstapjes buiten de gebaande paden, waaronder uitstapjes richting jazz en wereldmuziek. Ik moet de vorige albums van Virginia Wing nog eens beluisteren, maar experiment en uitstapjes buiten de gebaande paden spelen ook op private LIFE een belangrijke rol.
Het nieuwe album van de band is naar eigen zeggen geïnspireerd door Prince, Timbaland, producer Scott Storch en bands als Kleenex en The Slits. Dat is voor mij met uitzondering van de eerst en laatstgenoemde onontgonnen terrein, maar ik heb bij beluistering van private LIFE wel associaties met de muziek van The Raincoats en Laurie Anderson, om maar eens twee namen te noemen.
Heel lang gaan vergelijkingen sowieso niet mee, want de muziek van Virginia Wing schiet alle kanten op. Wanneer je de muziek van de Britse band uit elkaar rafelt hoor je flarden synthpop, springerige ritmes, een aaneenschakeling van vreemde geluidjes, een saxofoon die jazzy en funky accenten toevoegt en de onmiskenbaar Britse zang van Alice Merida Richards, die met haar stem, al dan niet vervormd door elektronica, ook weer alle kanten op kan.
Nu hou ik persoonlijk wel van makkelijk in het gehoor liggende popliedjes, maar hiervoor ben je bij Virginia Wing echt aan het verkeerde adres. Veel songs van de band uit Manchester zijn nogal ongrijpbaar en moet je echt een paar keer horen voor je er plezier aan kunt beleven. Dat plezier komt uiteindelijk wel, want private LIFE heeft veel interessants te bieden.
Veel ingrediënten van de songs van Virginia Wing zijn mooi of in ieder geval spannend en wanneer je vaker naar de songs van de Britse band luistert, grijpen deze ingrediënten langzaam maar zeker steeds meer in elkaar. Het is geen moment in een hokje te duwen, want bij herhaalde beluistering van private LIFE komen er alleen maar hokjes bij.
Na een paar keer beluisteren hoorde ik eindelijk hoe Virginia Wing zich heeft laten beïnvloeden door Prince en hoorde ik ook weer wat meer van Stereolab, maar ondertussen sleutelt Virginia Wing op private LIFE ook continu aan een uniek geluid. Het is een geluid dat afwisselend het oor streelt en stevig tegen de haren instrijkt, wat van private LIFE een bijzonder fascinerende luistertrip maakt.
Zeker bij beluistering met de koptelefoon valt op hoe vol de Britse band haar geluid heeft gestopt. Zoveel dat het je zo af en toe duizelt, maar beluistering met de koptelefoon laat ook horen hoe mooi de verschillende lagen van de muziek van de band uit Manchester zijn. Muziekliefhebbers die niet houden van moeilijkdoenerij moeten hier echt met een grote boog omheen lopen, maar als de hoeveelheid avontuur in muziek je niet groot genoeg kan zijn, zal private LIFE van Virginia Wing er mogelijk in gaan als koek. Fascinerend album, dat is zeker. Erwin Zijleman
De muziek van Virginia Wing is ook verkrijgbaar via de bandcamp pagina van de band: https://virginiawingmusic.bandcamp.com.