Ik ben meestal niet zo gek op hele traditionele bluegrass albums, al mag het muzikale vuurwerk er meestal wel zijn. Dat muzikale vuurwerk is ook op I Built A World van Bronwyn Keith-Hynes dik in orde, want de muzikante uit Nashville kan uitstekend uit de voeten op de viool en heeft bovendien een aantal geweldige muzikanten om zich heen verzameld. Ze blijkt ook nog eens te beschikken over een uitstekende sten, die centraal staat in de songs op het album. I Built A World is hierdoor een relatief toegankelijk bluegrass album, dat recht doet aan de rijke tradities van het genre, maar dat ook bij liefhebbers van net wat minder traditioneel klinkende Amerikaanse rootsmuziek in de smaak zal vallen.
De Amerikaanse muzikante Bronwyn Keith-Hynes debuteerde in de herfst van 2020 met Fiddler’s Pastime. Het is een album dat me destijds vooral opviel door de flinke lijst met aansprekende gastmuzikanten, maar in muzikaal opzicht was het album me, ondanks al het muzikale vuurwerk, toch net wat te traditioneel. Het door de viool van Bronwyn Keith-Hynes gedomineerde en voor een belangrijk deel instrumentale album leunde zwaar op de bluegrass en dat is sowieso een genre waarvoor ik in de stemming moet zijn. Dat was ik deze week kennelijk wel, want I Built A World bevat me een stuk beter dan het debuutalbum van Bronwyn Keith-Hynes.
Dat betekent overigens zeker niet dat de muzikante uit Nashville de authentiek klinkende bluegrass heeft afgezworen, want ook I Built A World is diep geworteld in de tradities van het genre. Bronwyn Keith-Hynes heeft ook dit keer een aantal aansprekende gastmuzikanten naar de studio gehaald, onder wie Molly Tuttle (in wiens band Golden Highway ze viool speelt), Sam Bush, Dierks Bentley, Darrell Scott en Brit Taylor, en heeft zich bovendien omringd met een competent spelende band. Het levert een geluid op waarin de fraaie bijdragen van gitaren, mandoline en banjo opvallen, maar uiteraard is er ook een voorname rol weggelegd voor de viool van Bronwyn Keith-Hynes.
Hoewel I Built A World net als Fiddler’s Pastime een echt bluegrass album is, zijn er ook wel verschillen tussen beide albums. Het belangrijkste verschil is dat Bronwyn Keith-Hynes op haar tweede album niet alleen laat horen dat ze geweldig viool kan spelen, maar ook etaleert dat ze kan zingen. Waar het debuutalbum van de Amerikaanse muzikante voor een belangrijk deel een instrumentaal album was, is I Built A World vooral een vocaal album, al is het muzikale vuurwerk er niet minder om.
Het zorgt er niet alleen voor dat het nieuwe album van Bronwyn Keith-Hynes anders klinkt dan zijn voorganger, maar het zorgt ook voor wat toegankelijkere songs. Ik ben af en toe best onder de indruk van bluegrass albums waarop de instrumenten en met name de banjo alle snelheidsrecords breken, maar de songs met een kop en een staart op I Built A World bevallen me persoonlijk een stuk beter.
Bronwyn Keith-Hynes vertrouwde tot dusver vooral op haar vioolspel, maar ze beschikt over een uitstekende stem, die me af en toe aan Alison Krauss en af en toe aan Gillian Welch doet denken en dat zijn twee stemmen die me dierbaar zijn. Het is bovendien een stem die prachtig past bij het fraai klinkende geluid op het album. Het is een geluid waarin de diverse snarenwonders die op het album zijn te horen af en toe de ruimte krijgen, maar de songs staan centraal op het album.
In Nashville is de verleiding momenteel erg groot om traditioneel klinkende Amerikaanse rootsmuziek te voorzien van een laagje pop, maar Bronwyn Keith-Hynes is hier niet voor gezwicht. I Built A World is een echt bluegrass album, maar het is wel het soort bluegrass dat een wat breder publiek aan moet kunnen spreken en dat ook in de smaak zal vallen bij liefhebbers van folk en country. Ik moet zelf altijd even wennen aan bluegrass albums, maar het zeer smaakvol ingekleurde I Built A World van Bronwyn Keith-Hynes bevalt me iedere keer dat ik het album hoor weer wat beter. Erwin Zijleman