De zomervakantie komt er weer aan. Dat betekent niet alleen dat er veel minder interessante nieuwe releases verschijnen dan in de rest van het jaar, maar het betekent ook dat veel lezers van deze BLOG elders verblijven en alle informatiestromen even laten voor wat ze zijn.
Over het algemeen overbrug ik de vakantieperiode (en de muzikale komkommertijd) door uitgebreid terug te blikken en een flinke stapel recensies van mijn favoriete platen van de eerste helft van het jaar nog eens te herhalen.
Dit jaar doe ik het anders. De komende weken post ik wat minder dan gebruikelijk en kies ik bovendien voor wat andere vormen. Ik sta stil bij een aantal klassiekers uit mijn platenkast, bespreek het incidentele meesterwerk dat wel midden in de zomer verschijnt en mogelijk volgen er nog wat andere beschouwingen.
Toch wil ik ook terugblikken op de eerste helft van 2018, zij het selectief, al is het maar omdat 2018 tot dusver een prima muziekjaar is.
Wat viel me op in de eerste zes maanden van het jaar? Vandaag:
Mei
Ook mei was een prima muziekmaand. Natuurlijk doken er een aantal grote namen op met hun langverwachte nieuwe plaat, maar mei was ook de maand van de verrassingen en van persoonlijke favorieten die bijna uit het niets opdoken met een nieuwe plaat.
Naar 7 van Beach House heb ik een hele tijd uitgekeken waardoor de verwachtingen onrealistisch hoog waren. Desondanks heeft 7 mijn verwachtingen overtroffen. De nieuwe Beach House maakte direct diepe indruk en is sindsdien eigenlijk alleen maar mooier en indrukwekkender geworden. Net wat minder zweverig en daarom verrassend trefzeker, maar gelukkig zijn de uit duizenden herkenbare nevelwolken nooit echt ver weg.
http://dekrentenuitdepop.blogspot.com/2018/05/beach-house-7.html
En opeens lag er weer een nieuwe plaat van Matt Costa. De Amerikaanse muzikant is qua naam en faam wat achtergebleven bij de muzikanten met wie hij een jaar of tien geleden opdook, maar ik heb een enorm zwak voor de songs van de man. Het zijn songs die op zijn nieuwe plaat zijn voorzien van nog net wat meer diepgang, maar gelukkig maakt Matt Costa ook nog altijd songs die de zon uitbundig laten schijnen.
http://dekrentenuitdepop.blogspot.com/2018/05/matt-costa-santa-rosa-fangs.html
Een van de grote verassingen van de laatste tijd is de Britse band The Equatorial Group. Min of meer bij toeval luisterde ik naar hun tweede plaat en ik was na een paar noten verkocht. Er staat inderdaad Britse band, maar de muziek van de band klinkt vooral Amerikaans en heeft af en toe wel wat van de Cowboy Junkies, al zijn de Britten ook niet vies van Fleetwood Mac achtige pop. Heerlijke plaat.
http://dekrentenuitdepop.blogspot.com/2018/05/the-equatorial-group-apricity.html
Wussy is inmiddels al vele jaren mijn favoriete onbekende band. De Amerikaanse band heeft inmiddels een bescheiden stapeltje prachtplaten op haar naam staan en ze duiken allemaal op in mijn jaarlijstjes. Ook de gitaarpop op de nieuwe plaat van de band is weer van een bijzonder hoog niveau en verdient een breed publiek. Aan mij zal het niet liggen.
http://dekrentenuitdepop.blogspot.com/2018/05/wussy-what-heaven-is-like.html
Nog een verrassing: Jess Williamson. De Amerikaanse singer-songwriter slaat met haar muziek een brug tussen onder andere Amerikaanse rootsmuziek, psychedelische rockmuziek uit de jaren 60, Westcoast pop uit de jaren 70 en de muziek die in de tweede helft van de jaren 70 in New York werd gemaakt. Het klinkt zo af en toe als de plaat die Patti Smith nooit heeft gemaakt en die ik stiekem best had willen horen.
http://dekrentenuitdepop.blogspot.com/2018/05/jess-williamson-cosmic-wink.html